P2 Week 1 - Toets en inleiding

• Filosofie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Welkom

Programma vandaag

1. Toets bespreken
2. Introductie Ethiek
3. Gedachte-experimenten
4. Uitleg: normen, waarden en stromingen in de ethiek

Leerdoelen

Aan het einde van deze les:

-Weet je wat je kan meenemen over de toets.

-Heb je geoefend met argumenteren over 'gedachte-experimenten'.

-Weet je wat waarden en normen zijn.

-Ken je de drie hoofdstromingen binnen de ethiek.

Toets

Wat is ethiek?

Ethiek gaat over:

• Goed en kwaad
• Het 'goede leven'
• Hoe mensen nadenken over goed en kwaad

Wat is ethiek?

Mag je stelen van de rijken om aan de armen te geven?

Moet je liegen over de nieuwe look van een vriend?

Moet je een geheim bewaren als dat iemand kan schaden?

Mag je één persoon opofferen om er meerdere te redden?

Moet je regels en wetten altijd volgen?

Mag de overheid overal camera's ophangen 

voor de veiligheid?

'Gedachte experimenten'

Gedachte experimenten zijn verhalen die filosofen verzinnen om:

-een argument te maken over wat goed en fout is.

-of om te onderzoeken hoe mensen bepalen wat goed en fout is.

'Gedachte experimenten'

We gaan vier gedachte experimenten doen.

1. Luister naar het verhaal.
2. Bedenk wat je zou doen en schrijf op waarom.
3. Plak je briefje op het bord.

1. Het trolley probleem

• Je staat bij een spoorwissel
• Op het spoor liggen vijf mensen vastgebonden
• Er komt een trein aanrijden ze gaat overrijden, de trein gaat te snel om te remmen.
• Als je de hendel overhaalt gaat de trein naar het andere spoor
• Haal je de hendel over? 

2. Het trolley probleem V2

• Je staat bij een spoorwissel
• Op het spoor liggen vijf mensen vastgebonden
• Er komt een trein aanrijden die ze gaat overrijden, de trein gaat te snel om te remmen.
• Als je de hendel overhaalt gaat de trein naar het andere spoor, maar daar ligt ook iemand vastgebonden
• Haal je de hendel over? 

3. Het trolley probleem V3

• Je staat op een brug boven een spoor.
• Op het spoor liggen vijf mensen vastgebonden
• Er komt een trein aanrijden die ze gaat overrijden, de trein gaat te snel om te remmen.
• Op de brug staat een man met een hele zware rugzak, als je hem op het spoor duwt stopt dat de trein
• Duw je de man op het spoor?

4. Het ziekenuis

• Je bent arts in een ziekenhuis.
• In het ziekenhuis liggen drie patiënten. Meneer A heeft een hart nodig, meneer B heeft een nier nodig en meneer C heeft een lever nodig.
• Dan komt de postbode binnen met een werkend hart, nier en lever.
• Neem je de organen van de postbode om drie levens te redden?

4. Het ziekenuis

• Je bent arts in een ziekenhuis.
• In het ziekenhuis liggen drie patiënten. Meneer A heeft een hart nodig, meneer B heeft een nier nodig en meneer C heeft een lever nodig.
• Dan komt de postbode binnen met een werkend hart, nier en lever.
• Neem je de organen van de postbode om drie levens te redden?

Uitleg: normen en waarden

Waarde:  Geeft aan wat mensen belangrijk en nastrevenswaardig vinden. Een morele waarde is bijv. eerlijkheid.

Norm: Een regel of ondergrens afgeleid van een waarde. Een morele norm stelt hoe je moet handelen.

uitleg: normen en waarden

Normen en waarden zijn aan elkaar verbonden. Uit een waarde kun je een norm afleiden en andersom.

Waarde                          Norm

 

Eerlijkheid	Lieg niet
Gastvrijheid	Laat mensen altijd binnen
Respect	.....
	Geef geld aan goede doelen

De stromingen in de ethiek

-Gevolgenethiek

-Plichtethiek

-Deugdethiek

Gevolgenethiek

Goed of fout gaat om de gevolgen van de actie.

Plichtethiek

Goed of fout gaat om wat de rede zegt dat je moet doen.

Deugdethiek

Goed of fout gaat over je karakter.

Leerdoelen

Aan het einde van deze les:

-Weet je wat je kan meenemen over de toets.

-Heb je geoefend met argumenteren over 'gedachte-experimenten'.

-Weet je wat waarden en normen zijn.

-Ken je de drie hoofdstromingen binnen de ethiek.