6. Waterwinning en watergebruik in Nederland

6. Waterwinning en watergebruik in Nederland 
1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

6. Waterwinning en watergebruik in Nederland 

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen 
• Je kunt verschillen in het watergebruik tussen huishoudens, landbouw en industrie beschrijven en verklaren.
• Je kunt de manieren van drinkwaterwinning in Nederland beschrijven en verklaren.

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke groepen gebruiken water in Nederland

Slide 3 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Examenvraag 

Slide 4 - Diapositive

maximumscore 2
• Menselijke oorzaak: de mens pompt (te veel) water op 1
• Beschrijving: door het oppompen slinkt de zoetwaterzak onder de duinen waardoor het zoute water kan opdringen 1
of:
• Menselijke oorzaak: het versterkte broeikaseffect leidt tot
zeespiegelstijging 1
• Beschrijving: Als het verschil tussen de zeespiegel en het daar achterliggende grondwaterpeil van het land groter wordt, zal meer zoute kwel ontstaan in de kustzone 1

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Industrie
Koelwater 
= water dat gebruikt wordt om stoom weer af te koelen 

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Industrie 
Proceswater 
= tijdens het proces in de fabriek wordt water gebruikt om een product te maken. 

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Landbouw 
Irrigatie 
= het kunstmatig nathouden of natmaken van akkers en gewassen

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wij 
Maar deze kennen we al heel goed. 

Toename:
- bevolkingsgroei 
- welvaart 

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Er zijn drie manieren 
Waar komt jou water vandaan? 
1. grondwater 
2. oppervlakte 
3.duinen 

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Soorten drinkwater 
De prijs van ons water
Oppervlakte water is duurder. Waarom? 

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Beantwoord de examenvraag 

Slide 13 - Diapositive

maximumscore 2
• Menselijke oorzaak: de mens pompt (te veel) water op 1
• Beschrijving: door het oppompen slinkt de zoetwaterzak onder de duinen waardoor het zoute water kan opdringen 1
of:
• Menselijke oorzaak: het versterkte broeikaseffect leidt tot
zeespiegelstijging 1
• Beschrijving: Als het verschil tussen de zeespiegel en het daar achterliggende grondwaterpeil van het land groter wordt, zal meer zoute kwel ontstaan in de kustzone 1

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 16 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe goed ken je het nu? 

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom hebben waterbesparende maatregelen thuis weinig invloed op het totaal?

Slide 18 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

'Brak' water is...
A
Zout water
B
Zoet water
C
Water tussen zout en zoet water in
D
Water met een kater

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is grijs water?
A
zwaar vervuild water
B
licht vervuild water
C
normaal water
D
helder water

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom worden energiecentrales vaak gebouwd naast een rivier?
A
Koelwater aanwezig
B
Wonen weinig mensen in de buurt
C
Is toeval
D
Bluswater aanwezig

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat gebeurt het met het water van een rioolwaterzuiveringsinstallatie?
A
Hier wordt drinkwater van gemaakt
B
Het water wordt geloosd op het oppervlaktewater
C
Het wordt gebruikt als koelwater
D
Het wordt gebruikt als proceswater

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke vorm van irrigatie zien we hier?
A
Oppervlakte-irrigatie
B
Beregening
C
Druppel irrigatie
D
Geen irrigatie

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


A
Beregening
B
Druppelirrigatie
C
Oppervlakte-irrigatie

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat bedoelen ze met je watervoetafdruk?
A
hoeveelheid water dat je per dag gebruikt
B
het huishoudelijke watergebruik
C
het industrieel watergebruik

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

In het diagram zie je het watergebruik van Nederlanders per persoon per dag. Achter een aantal kleuren in de legenda is het watergebruik vervangen door de letters P, Q en R.

Waar staat het juiste watergebruik bij de letters uit de legenda van het diagram?
A
P= douche Q = wastafel R= wasmachine
B
P = douche Q = wasmachine R = wastafel
C
P = wasmachine Q = wastafel R = douche
D
P = wastafel Q = douche R = wasmachine

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de goedkoopste manier van drinkwaterwinning?
A
Oppervlaktewater
B
Regenwater
C
Grondwater

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat moet je nu kunnen en kennen? 
Je moet alle begrippen kunnen uitleggen. 
Je moet de lesdoelen kunnen beantwoorden.
Je moet een samenvatting of een mindmap kunnen maken.

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions