Bij het berekenen van de snelheid, bereken je vaak de gemiddelde snelheid.
De gemiddelde snelheid is de snelheid die je gemiddeld hebt gehad over een langere afstand.
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3
Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Gemiddelde snelheid
Bij het berekenen van de snelheid, bereken je vaak de gemiddelde snelheid.
De gemiddelde snelheid is de snelheid die je gemiddeld hebt gehad over een langere afstand.
Slide 1 - Diapositive
Een sprinter doet ongeveer 10 seconden over de 100m.
Dat is elke seconde 10 meter.
ofwel 10m/s
Slide 2 - Diapositive
Snelheid
A
Grootheid
B
Eenheid
Slide 3 - Quiz
Welke formule gebruik je bij het berekenen van snelheid
A
snelheid = afstand * tijd
B
snelheid = afstand : tijd
C
snelheid = tijd : afstand
D
snelheid = tijd * afstand
Slide 4 - Quiz
Van snelheid in m/s naar snelheid km/h doe je door:
A
Snelheid in m/s keer 3,6
B
Snelheid in m/s gedeeld door 3,6
C
Snelheid in m/s keer 36
D
Snelheid in m/s gedeeld door 36
Slide 5 - Quiz
Stefan fiets 5 kilometer in 15 minuten. Wat is zijn gemiddelde snelheid?
A
10 km/h
B
15 km/h
C
20 km/h
D
25 km/h
Slide 6 - Quiz
Jonathan loopt 10 km/h hard. Hij loopt 20 minuten. Hoeveel kilometer heeft hij gelopen?
A
2 kilometer
B
3.33 kilometer
C
5 kilometer
D
30 kilometer
Slide 7 - Quiz
Snelheid berekenen
s = Afstand in kilometers (of meter)
v = Snelheid in km/h (of m/s)
t = tijd in uur (of seconde)
Slide 8 - Diapositive
Meneer Janzen gaat op de racefiets van Rouveen naar zijn werk, met een gemiddelde snelheid van 25 km/h doet hij er 45 min over. Welke afstand heeft hij gereden?