leerjaar 1, 5.4 les1 en les2

we gaan nu kijken naar een video over de Nederlandse cultuur (15 min)
Door socialisatie  voelen de meeste mensen zich verbonden met de dominante cultuur, maar ook met de cultuur van kleine groepen waartoe ze behoren. Door groepsidentificatie kan er een sterk wij-gevoel ontstaan.
--> bedenk tijdens de video bij welke kleinere cultuur jij jezelf vindt horen...


1 / 45
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

Cette leçon contient 45 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

we gaan nu kijken naar een video over de Nederlandse cultuur (15 min)
Door socialisatie  voelen de meeste mensen zich verbonden met de dominante cultuur, maar ook met de cultuur van kleine groepen waartoe ze behoren. Door groepsidentificatie kan er een sterk wij-gevoel ontstaan.
--> bedenk tijdens de video bij welke kleinere cultuur jij jezelf vindt horen...


Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Wat gaan we vandaag doen?
-herhaling/ powerpoint met uitleg en vragen tussendoor
-korte video en gezamenlijk lezen stukje blauwe tekst
-zelfstandig opdrachten maken 
-video en mindmap
-zelfstandig werken 


Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

waar denk jij aan bij Nederlandse cultuur?

Slide 5 - Carte mentale

Nederland en deze kenmerken
  1. Nederlands en over algemeen Christelijk/atheïstisch
  2. Vrije opvoeding, veel eigen keuzes in relaties
  3. Westerse stijl kleding, spijkerbroeken, Stroopwafels, kaas, Van Gogh, Rembrandt

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Welke cultuur elementen zie je op deze kaart?
A
Taal en afkomst
B
Taal en grondgebruik
C
Religie en afkomst
D
Taal en religie

Slide 13 - Quiz

Wat is niet een cultuur element?
A
taal
B
godsdienst
C
opleiding
D
gebouwen

Slide 14 - Quiz

Wat zijn bekende cultuur elementen van Zuid-Amerika?
A
Volle randstad, grote werksteden en saaie landschappen
B
veel muziek en dans, sport op straat en kleurrijke kleding
C
Zuid Amerika heeft helemaal geen bekende cultuur elementen

Slide 15 - Quiz

Op de afbeelding zie je de inwoners van Bolivia. bij welk cultuur element hoort de foto?
A
taal
B
Godsdienst
C
gewoonte
D
kleding

Slide 16 - Quiz

Wat is geen cultuur element?
A
Taal
B
Godsdienst
C
Gewoonte
D
Dans

Slide 17 - Quiz

gezamenlijk lezen blauwe stukje uit werkboek
daarna: werken aan opdracht 1 -2

Slide 18 - Diapositive

Werk zelfstandig of in tweetallen in je werkboek aan opdracht 1 en 2 
Rustig overleggen op je eigen plek mag / roepen door klas niet
eten/drankjes (behalve water) mag ook niet
als je iets niet snapt steek je je hand op

Hierna: aandacht naar voren en gezamenlijk bespreken 
timer
1:00

Slide 19 - Diapositive

Okee, nu aandacht naar voren en stilte
We gaan opdracht 1 en 2 bespreken

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Vidéo

bij welke culturen hoor jij zelf allemaal?

Slide 22 - Carte mentale

Werk zelfstandig of in tweetallen verder in je werkboek 
Rustig overleggen op je eigen plek mag / roepen door klas niet
eten/drankjes (behalve water) mag ook niet
als je iets niet snapt steek je je hand op

Hierna: aandacht naar voren 
timer
10:00

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Nederland en deze kenmerken
  1. Nederlands en over algemeen Christelijk/atheïstisch
  2. Vrije opvoeding, veel eigen keuzes in relaties
  3. Westerse stijl kleding, spijkerbroeken, Stroopwafels, kaas, Van Gogh, Rembrandt

Slide 26 - Diapositive

Welkom Bk1B!
Ga lekker zitten en pak je boeken + laptop op tafel
laat de laptop dicht tijdens de uitleg
tassen op de grond svp

Slide 27 - Diapositive

Wat gaan we vandaag doen?
stukje herhaling + powerpoint met wat vragen om te testen wat je onthouden hebt
video (4 min)
zelf werken aan huiswerk: 5.4 moet af deze week
stukje video
wat vragen en werken aan opdrachten

Slide 28 - Diapositive

wat weet je nog over vorige les? (cultuur/cultuurelementen)

Slide 29 - Carte mentale

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Diapositive

Slide 32 - Diapositive

Slide 33 - Diapositive

Slide 34 - Diapositive

Wat is een Multiculturele samenleving
A
Een samenleving die bestaat uit stadsmensen en mensen van het platteland
B
Een samenleving die uit meerdere mensen bestaat
C
Een samenleving met mensen uit verschillende cultuur gebieden
D
Een samenleving waar apartheid is

Slide 35 - Quiz

Wat is cultuurverspreiding?
A
Dat je vindt dat jouw cultuur de beste is
B
Het verspreiden van jouw culturele opvattingen.
C
Verovering, oorlog en kolonisering
D
De verspreiding van cultuurelementen over de wereld

Slide 36 - Quiz

De McKroket is een voorbeeld van ...
A
cultuurverspreiding
B
cultuurvermenging

Slide 37 - Quiz

In Nieuw-Zeeland wordt Engels gesproken. Dat is een voorbeeld van cultuurverspreiding.
A
juist
B
onjuist

Slide 38 - Quiz

Werk zelfstandig of in tweetallen verder in je werkboek 
Rustig overleggen op je eigen plek mag / roepen door klas niet
eten/drankjes (behalve water) mag ook niet
als je iets niet snapt steek je je hand op

Hierna: aandacht naar voren 
timer
15:00

Slide 39 - Diapositive

we gaan kijken naar een video (15 min)
Zolang Nederland bestaat zijn er mensen weggegaan en mensen bijgekomen. We noemen ze migranten. Immigranten brengen hun eigen cultuur en gewoontes mee.

Welke van jouw gewoontes zie jij in de video terug?


Slide 40 - Diapositive

Slide 41 - Vidéo

welke gewoontes/culturen herkende jij in de video?

Slide 42 - Carte mentale

Een immigrant is iemand die:
A
Uit een ander land komt en in Nederland is gaan wonen
B
Vanuit Nederland naar een ander land verhuist

Slide 43 - Quiz

Multiculturele samenleving
A
Mensen uit het buitenland die in Nederland komen werken.
B
Een samenleving met vele verschillende culturen bij elkaar.
C
De verplichting voor buitenlanders om een cursus Nederlands en maatschappijoriëntatie te volgen en een diploma hiervoor te halen.
D
Mensen met tenminste één niet in Nederland geboren ouder.

Slide 44 - Quiz

Werk zelfstandig of in tweetallen verder in je werkboek 
Rustig overleggen op je eigen plek mag / roepen door klas niet
eten/drankjes (behalve water) mag ook niet
als je iets niet snapt steek je je hand op

Hierna: aandacht naar voren voor afsluiting les
timer
15:00

Slide 45 - Diapositive