TOETS - Stepping Stones 1bk - Theme 3 Body Talk - woordjes ABC & grammar 7- Lardinois

• Engels
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 1

Theme 3 Body talk

TOETS 1

De toets voor Theme 3 maak je via deze LessonUp. 

Op de gele slides staat de uitleg, 

op de blauwe slides staat de opdracht.

A. Vocabulary

Op de volgende slides staan 5 Engelse woorden en 12 Nederlandse woorden.

Sleep het juiste Nederlandse woord naar het Engelse woord.
Je houdt in elke slide steeds 7 woorden over die je niet gebruikt.

1. body

5. face

4. candle

2. proud

3. female

vrouw

lichaam

gezicht

bijpraten

broek

kaars

verwachten

trots

eerste

vrouwelijk

vreemd

knap

10. catch up

7. crisps

8. famous

6. watch

9. first

lichaam

mond

bijpraten

chips

knapperig

beroemd

kijken

trots

eerste

jas

wachten

knap

B. Vocabulary

Welk woord hoort op de stippenlijn? 

Sleep het juiste woord naar de juiste zin. 
Je houdt in elke slide steeds 6 woorden over die je niet gebruikt. 

1. What will                      if I press this red button?

2. He wears a baseball cap on his                     . 

3. The dentist took my bad                     out. 

4. My jeans are too big, I need a                     .

...

...

...

...

happen

head

belt

knee

night

finger

tooth

curly

invite

surprise

5. I will                     Tom to my party on Saturday. 

6. I like chocolate,                     Mars bars. 

7. De Efteling is an                     . 

8. Her hair is not straight, it's                     . 

...

...

...

...

happen

lip

belt

adventure park

for example

pointy

tooth

curly

invite

surprise

C. Vocabulary

Op de volgende slides zie je een Nederlands woord staan. 

Wat is dat woord in het Engels?

Typ je antwoord.

gezicht

chips

neus

nacht

hoofd

D. Grammar

In de volgende slides staan gewone zinnen. 

Verander deze zinnen in een vraagzin.

Typ je antwoord.

Voorbeeld: We are sporty.           Are we sporty?

Miss Smith is your teacher.

They are fond of shopping.

The teachers are tired.

She is in her room.

E. Grammar

vul de juiste vorm van te be in in de vraagzin.

Typ je antwoord.

Voorbeeld: ....  we sporty?          Are we sporty?

.......they great friends?

.......your brothers twins?

.......your cat agressive?