wiskunde

• Wiskunde
• Lager onderwijs

Wiskunde  Bewerkingen Blok 3

Vraagstuk 

Ali fietst supersnel. Na een uur fietsen heeft hij 20 kilometer afgelegd. 

Hoeveel kilometer fietst Ali in 8 uur tijd?

Bewerking: 

Antwoord:

Vraagstuk juist antwoord

bewerking: 8 x 20= 160 

Antwoord: Ali heeft in 8 uur tijd 160 kilometer afgelegd.

Vraagstuk 

Oma verdeelt 300 euro eerlijk onder haar vijf kleinkinderen.

Hoeveel euro krijgt ieder kleinkind?

Bewerking: 

Antwoord: 

Vraagstuk antwoord

Bewerking: 300:5=60

Antwoord: ieder kind krijgt 60 euro.

Ziya en Nasr gaan op fietvakantie.

Ze fietsen 270 kilometer in 3 dagen 

( elke dag dezelfde afstand).

hoeveel kilometer fietsen ze per dag?

bewerking:      

antwoord:

Bewerking: 270:3= 90 

antwoord: ze fietsen 90 kilometer per dag.

Hoofdrekenen: optellen tot 1000

500+200= 

540+200=

181+600=

784+3=

verbetering 

500+200= 700

540+200=  740

181+600=  781

784+3=  787

Sok oefening 

250+330= 

624+36=

vraagstuk

Aziz heeft knap gespaard.

Hij koopt een laptop van 360 euro en een muis van 27 euro. 

Hoeveel euro heeft Aziz?

Bewerking: 360+27= 387

Antwoord: Aziz betaalt 387 euro.

Hoofdrekenen: aftrekken tot 1000

640-40=

700-300=

910-200=

382-60=

Verbetering

640-40=600

700-300= 400 

910-200= 710

382-60=322

Sok Oefeningen 

765-230=

879-48=

Vraagstukken

In onze scoutsgroepen zitten 168 kinderen.

56 daarvan zijn jongens.

Hoeveel meisjes zitten er in onze kinderen?

bewerking: 

antwoord:

bewerking: 168-56=104

110/            50       6

antwoord: Er zitten 104 meisjes in de groep.

We vroegen 500 tieners: 'Wat is de hoofdstad van Belgie?

Zeven van hen hadden het fout.

Hoeveel tieners antwoordden Brussel?

bewerking: 

antwoord:

bewerking: 500-7= 443

antwoord: Er antwoordden 443 tieners Brussel.