Keuzedeel ICH meeloopdag

Keuzedeel ICH meeloopdag
2024
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
SportMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Keuzedeel ICH meeloopdag
2024

Slide 1 - Diapositive

Wat weet je al van het keuzedeel ICH?
Wat verwacht je te gaan doen?

Slide 2 - Carte mentale

Testen en Meten
Trainingsmethoden

Slide 3 - Diapositive

Wat betekend trainen voor jouw?

Slide 4 - Question ouverte

Trainingscomponenten
1. Duur
2. Frequentie
3. Omvang
4. Intensiteit

Slide 5 - Diapositive

Alle factoren van inloed op training
1. Persoonlijke/psychische eigenschappen
2. Techniek/tactiek
3. Conditionele factoren(CLUKS)
4. Aanleg/gezondheid

Slide 6 - Diapositive

Wat zijn de CLUKS?
A
Geen idee
B
Conditionele factoren
C
Coördinatie, lenigheid, Uithoudingsvermogen, Kracht en Snelheid
D
Lekker drankje bij carnaval

Slide 7 - Quiz

CLUKS
Motorische basisvaardigheden

Slide 8 - Diapositive

Supercompensatie
opdracht:
"zoek op internet op wat supercompensatie betekend en waarom dit belangrijk is bij trainen"

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Testen en meten

Slide 11 - Diapositive

Heb je wel eens een (sport)test gedaan? En zo ja welke?

Slide 12 - Carte mentale

Waar moet je op letten bij een test?
1. Reproduceerbaar
Betrouwbaar zijn waarnemingen, die onder dezelfde omstandigheden herhaald, dezelfde uitkomst geven.
2. Objectief
Iets is objectief als het onafhankelijk is van de waarneming of voorkeuren van mensen: als er geen interpretatie bij nodig is. Dit staat tegenover subjectief.
3. Valide
Je moet testen wat je wilt testen (10 x 5 meter zegt iets over acceleratie snelheid en bijv. NIET over maximale snelheid)
4. Transparant
Transparantie houdt in dat het voor studenten duidelijk is op grond waarvan en hoe zij worden getest.(sporter moet testdoel en testprocedure helder hebben)

Slide 13 - Diapositive

Opdracht
1. Bereken je maximale HF(hartslag) met behulp van de 
karvonen methoden

2. Je gaat m.b.v. een hartslag meter trainen. De trainer zegt dat je op 70-80% van de HFmax gaat trainen. Op hoeveel BPM is dat?


Slide 14 - Diapositive

Einde, vragen?

Slide 15 - Diapositive