Taak 5 goed gebekt (deel 1)

• Nederlands
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 2

Uitdrukkingen/gezegdes

Wat betekenen de volgende uitdrukkingen en gezegdes?

1. Hij maakt zich er met een jantje-van-leiden van af.

1. Hij raffelt het af
2. Hij doet het heel goed
3. Hij doet of zijn neus bloedt

2. In de schaduw van iemand staan.

1. Iemand na-apen
2. Iemand in de weg staan
3. Minder goed zijn dan een ander

3. De goeden niet te na gesproken.

1. Spreek niet te veel met goede mensen
2. Iets geldt niet voor degenen die zich er niet schuldig aan maken
3. Probeer niet altijd iemand te imiteren.

4. Goedkoop is duurkoop.

1. Alles wat goed is, is duur
2. Wat duur is, moet je niet kopen.
3. Iets wat goedkoop gekocht is, blijkt vaak niet goed te zijn.

5. Het gaat hard tegen hard.

1. Vechten
2. Geen van de partijen wil toegeven
3. Erg op elkaar letten

6. De nieuwe directeur is een onbeschreven blad.

1. Iemand van wie nog niets bijzonders bekend is
2. Iemand zonder strafblad
3. Iemand die nooit gehuwd is geweest.

7. De afgetreden burgemeester werd aan de schandpaal genageld.

1. Gevangen genomen
2. In het openbaar vernederd door op zijn fouten te wijzen
3. Verboden een nieuwe baan te zoeken

8. Hij heeft ruggengraat.

1. Is een doorzetter
2. Kan heel veel tillen
3. Heeft chronische rugklachten

9. Het is op een oor na gevild.

1. Het is bijna klaar
2. Het is niet duidelijk te horen
3. Het is verbazingwekkend

10. Iets met argusogen bekijken.

1. Iets nauwelijks volgen
2. Iets met argwaan in de gaten houden
3. Iets nauwlettend volgen

Welk woord hoort bij de volgende omschrijving?

Correlatie

Typografie

Associatie

Synoniem

Epidemie

De manier waarop iets gedrukt is

Een ander woord met dezelfde betekenis

Een gedachte die door iets opgeroepen wordt

Het verband tussen twee zaken/dingen

Een zich snel uitbreidende besmettelijke ziekte

Eruptie

Relikwie

Titulatuur

Vivisectie

Monopolie

De uitbarsting van een vulkaan

Het alleenrecht om te handelen

Het nemen van proeven op levende dieren

Het gebruik van titels, bv. in correspon-dentie

Een overblijfsel van een heilige

Vul aan met het juiste woord

Weg

Dank

Hand

Mouw

Sop

Iemand iets op de ... spelden

Naar de bekende ... vragen

Het ruime ... kiezen

Iets naar je ... zetten

Stank voor ... krijgen

Lood

Lakens

Kaart

Munt

Meug

De ... uitdelen

Iets tegen heug en ... opeten

Ergens ... uit slaan

Dat is ... om oud ijzer

Iemand in de ... spelen