Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Week 44 les 1
Week 44 les 1
Wat heb je nodig vandaag?
- pen
- schrift
- boek
- device
1 / 26
suivant
Slide 1:
Diapositive
Engels
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3
Cette leçon contient
26 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
40 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Week 44 les 1
Wat heb je nodig vandaag?
- pen
- schrift
- boek
- device
Slide 1 - Diapositive
Doelen
- Ik weet wat er tot de kerstvakantie van mij verwacht wordt.
- Ik heb grammatica één en twee van hoofdstuk 1 herhaald en geoefend.
Slide 2 - Diapositive
Tot de kerstvakantie
Proefwerk hoofdstuk 1 - 7 november
Slide 3 - Diapositive
Welke grammaticaonderdelen horen bij hoofdstuk 1?
Slide 4 - Carte mentale
Prepositions.....?
Prepositions noem je in het Nederlands
voorzetsels
.
In, op, achter, naast, onder, etc.
Wist je toch?
Slide 5 - Diapositive
Prepositions of transportation and instrument
Transportation
by - met
She travelled across Europe by train.
Instrument
with - met
I am painting the wall with a paint brush.
Slide 6 - Diapositive
Prepositions of direction
a couple more
across - van de ene naar de andere kant
around - ergens omheen
away from - ergens vandaan
down - naar beneden
to - ergens naartoe
Slide 7 - Diapositive
Prepositions of direction
a couple more
into - ergens naar binnen
off - ergens vanaf
over - ergens overheen
through - ergens doorheen
towards - in de richting van iets
Slide 8 - Diapositive
Other prepositions
a couple more
of
with
to
from
- iets maakt deel uit van iets anders - van
- dingen of personen zijn bij elkaar - met
- fysieke connecties - met
- waar iets of iemand vandaan komt - uit
Slide 9 - Diapositive
Preposition of direction:
Can you get the meat ... the freezer?
A
into
B
off
C
over
D
out of
Slide 10 - Quiz
Preposition of direction:
He reached ... the table for the pen.
A
across
B
around
C
from
D
into
Slide 11 - Quiz
(A) little, (a) few, much, many, lots of, a lot of
Ook wel telwoorden genoemd, gebruik je om informatie te geven over hoeveel er van iets is.
Slide 12 - Diapositive
Much, many, lots of, a lot of, (a) little, (a) few
much
veel; gebruik je als iets niet telbaar is, bijvoorbeeld "air"
many
veel, gebruik je als iets telbaar is, bijvoorbeeld "people"
a lot of
veel, kan je altijd gebruiken
lots of
veel, kan je altijd gebruiken
a little
een beetje; gebruik je als iets niet telbaar is, bijvoorbeeld "grass"
a few
een beetje, gebruik je als iets telbaar is, bijvoorbeeld "houses"
little
weinig, gebruik je als iets niet telbaar is, bijvoorbeeld "love"
few
weinig, gebruik je als iets telbaar is, bijvoorbeeld "questions"
Slide 13 - Diapositive
Kies het juiste antwoord:
I don't have ... time.
A
much
B
many
Slide 14 - Quiz
Kies het juiste antwoord:
We need ... matches (lucifers).
A
much
B
many
Slide 15 - Quiz
Kies het juiste antwoord:
We also need ... pans.
A
much
B
many
Slide 16 - Quiz
Kies het juiste antwoord:
Make sure you buy ... rolls of toilet paper.
A
a few
B
a little
Slide 17 - Quiz
Kies het juiste antwoord:
I only had ... money left in my wallet.
A
a few
B
a little
Slide 18 - Quiz
Kies het juiste antwoord:
... people go camping properly prepared.
A
Few
B
Little
Slide 19 - Quiz
Kies het juiste antwoord:
It takes ... trips to become a real camper.
A
a lot of
B
much
Slide 20 - Quiz
Kies het juiste antwoord:
Buy as ... items as you think we'll need.
A
many
B
much
Slide 21 - Quiz
Time to practise
Oefenen grammatica één en twee van hoofdstuk 1.
Geen device = werkblad pakken!
Ga naar stepping stones online en volg de stappen:
1. Klik op jouw boek (4 vmbo gt)
2. Klik op hoofdstuk 1: To the extreme
3. Klik op extra opdrachten
Slide 22 - Diapositive
Time to practise
Maak de volgende opdrachten:
Quiz grammar: Prepositions 1
Quiz grammar: Prepositions 2
Quiz grammar: Prepositions 3
Quiz grammar: Prepositions 4
Quiz grammar: Prepositions 5
Quiz grammar: (A) little, (a) few, much, many, lots of, a lot of 1
Quiz grammar: (A) little, (a) few, much, many, lots of, a lot of 2
Quiz grammar: (A) little, (a) few, much, many, lots of, a lot of 3
timer
10:00
De eerste 10 minuten werk je zelfstandig en in stilte. Na 10 minuten mag je overleggen en-/ of muziek aan via je oordopjes en eigen device.
Klaar?
- Leren proefwerk / lezen boek (zie It's)
Slide 23 - Diapositive
Lessonup.app
klascode: gcrit
Slide 24 - Diapositive
Heb je de doelen bereikt?
Waarom wel of waarom niet?
Slide 25 - Question ouverte
Toetsen
Hoofdstuk 1 proefwerk = dinsdag 7 november
Slide 26 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
Prepositions (voorzetsels 4B Grammar 1 Stepping Stones
Septembre 2023
- Leçon avec
15 diapositives
Engels
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 4
Week 42 les 2
Octobre 2023
- Leçon avec
19 diapositives
Engels
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 4
Lesson 7. Grammar revision
Octobre 2022
- Leçon avec
22 diapositives
Engels
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 4
Recap grammar theme 1 and 2
Septembre 2020
- Leçon avec
31 diapositives
Engels
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
4KD theme 1 much, many, lots of, little, few
Septembre 2023
- Leçon avec
32 diapositives
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
VMBO T
Novembre 2022
- Leçon avec
15 diapositives
Engels
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
Prepositions
Novembre 2023
- Leçon avec
43 diapositives
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
4K - 30 okt - Chapter 1
Octobre 2024
- Leçon avec
28 diapositives
Engels
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 4