3e jaar m - 6.3 Winst of verlies?

• Economie
• Middelbare school
• mavo, havo
• Leerjaar 3

Of Goedemiddag!

Wat gaan we doen vandaag:

• Behandelen vragen par. 6.2
• Leerdoelen paragraaf 6.3 (deze periode Hfst 6)
• Instructie paragraaf 6.3
• Aan de slag met 6.3
• Afsluiting

Programma - rekenen!!!

Uitleg omzet, afzet en brutowinst 

Filmpje wat is winst? 

 

Opdrachten maken 24 t/m 28 op pagina 170

Einde les

Volgende les opdrachten 29 t/m 35 maken

De groenteboer

De groenteboer koopt op 1 dag 8 appels in voor € 0,25 cent per stuk. Dezelfde dag verkoopt hij deze 8 appels voor € 0,50 cent per stuk.

Wat is de omzet?

Wat is de afzet?

Wat is de brutowinst?

De groenteboer

Omzet                                                          € 4,-

- Inkoopwaarde van de omzet          € 2,-

Brutowinst                                                 € 2,-

- Bedrijfskosten                                       € 1,-

Nettowinst                                                  € 1,-

Quiz

4 vragen

Wat zijn bedrijfskosten? Noem een voorbeeld.

Hoe bereken je de brutowinst

1. Nettowinst - Bedrijfskosten
2. Omzet - Inkoopwaarde van de omzet

Hoe bereken je de omzet?

1. Afzet x verkoopprijs
2. Bedrijfskosten - inkoopwaarde van de omzet

Stel de omzet is € 20.000,-.
De inkoopwaarde van de omzet is € 12.500,- De bedrijfskosten zijn € 5.000,- De nettowinst is:

1. € 20.000,-
2. € 12.500,-
3. € 2.500,-
4. € 7.500,-

Hoe bereken je de nettowinst?

Omzet

- Inkoopwaarde van de omzet

Brutowinst

- Bedrijfskosten

Nettowinst

De groenteboer

Omzet                                                          € 4,-

- Inkoopwaarde van de omzet          € 2,-

Brutowinst                                                 € 2,-

- Bedrijfskosten                                       € 1,-

Nettowinst                                                  € 1,-

6.3 Winst of verlies? (deel 2)

• De brutowinstmarge gebruiken winkeliers om de verkoopprijs te berekenen:
• Verkoopprijs = Inkoopprijs + brutowinstmarge 

Verkoopprijs + Consumentenprijs

Verkoopprijs = inkoopprijs + brutowinstmarge

Consumentenprijs = verkoopprijs + btw

Als de brutowinstmarge 65% is en de BTW 21% ziet het overzicht er zo uit!

Programma

Opdrachten maken 24 t/m 34