Literatuurgeschiedenis vwo 5

Literatuurgeschiedenis
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare school

Cette leçon contient 12 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Literatuurgeschiedenis

Slide 1 - Diapositive

Middeleeuwen

1. Tijd

2. Standenmaatschappij + literatuur + functie

3. Lezen = luisteren! Opdrachtgevers, etc.

Slide 2 - Diapositive

Vervolg
4. Feodale stelsel
5. Hofdag
6. Rederijkers

Slide 3 - Diapositive

Herhaling renaissance
Wat betekent Renaissance? Hoe vind je dit terug in kunst en literatuur?


Zorg dat je kort iets kunt vertellen over de Reformatie, Maarten Luther, Calvijn.

Wat is het gevolg van de Reformatie

Wat was de inspiratiebron van de schrijvers in de Renaissance.

Volgens welke principes (3) werd er aandacht besteed aan de klassieke literaire genres?

Noem een voorbeeld van een succesvol Renaissancewerk+ inhoud

Slide 4 - Diapositive

Herhaling middeleeuwen
Wat is een sonnet? Noem een voorbeeld van een sonnettenschrijver? 
Wat is een tragedie?
Wat verstaan we onder emblematiek?

Slide 5 - Diapositive

Noem vijf nieuwe genres die zijn uitgekomen in de Renaissance. Geef een korte uitleg en een voorbeeld van elk werk.

 Welke genres kregen vernieuwde aandacht? Geef een korte uitleg en een voorbeeld van elk werk. 

Slide 6 - Diapositive

Wat is een sonnet? Noem een voorbeeld van een sonnettenschrijver? 
Wat is een tragedie?
Wat verstaan we onder emblematiek?

Slide 7 - Diapositive

Zestiende en zeventiende eeuw

Slide 8 - Diapositive

Punten ter bespreking
1. De grote drie versus de grote 5
2. Tijd: 
  • onrust: godsdienstig en politiek
  • welvaart: Gouden Eeuw
Belangrijk voor literatuur: Statenbijbel 
Strijdliederen: Wilhelmus

Slide 9 - Diapositive

Punten ter bespreking
6. Literatuur.
Doel is translatio, imitatio, aemulatio.
Doel van de literatuur is lering, vermaak, opinie, (voorbeeld). 
Komt steeds meer werk uit van individuele schrijver (tendens 1)
Opkomst van Renaissanceliteratuur (t.o. rederijkersliteratuur)

Slide 10 - Diapositive

Punten ter bespreking
6. Literatuur.
Doel is translatio, imitatio, aemulatio.
Doel van de literatuur is lering, vermaak, opinie, (voorbeeld). 
Komt steeds meer werk uit van individuele schrijver (tendens 1)
Opkomst van Renaissanceliteratuur (t.o. rederijkersliteratuur)

Slide 11 - Diapositive

Maandag 8 oktober
Onderwerp Classicistisch toneel: Darina, Damien, Raoel, Bent
Onderwerp Spectatoriale tijdschriften: Mees, Sergio, Michiel, Bas
Onderwerp Kinderliteratuur: Dionna, Esra, Laila,
Onderwerp Imaginaire reisverhalen: Quinten, Vivienne, Ravi
Onderwerp Zedenroman: Luuk, Wesley, Job
Onderwerp Briefroman: Sem, Shanti, Wouter-Ja

Slide 12 - Diapositive