De Present Simple: Een simpele tijd voor dagelijkse activiteiten
De Present Simple: Een simpele tijd voor dagelijkse activiteiten
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1
Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
De Present Simple: Een simpele tijd voor dagelijkse activiteiten
Slide 1 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Leerdoel
Aan het einde van de les kun je uitleggen wat de Present Simple is en de juiste vormen van het werkwoord gebruiken in zinnen in de Present Simple.
Slide 2 - Diapositive
Leg aan het begin van de les uit dat het leerdoel is om de leerlingen vertrouwd te maken met de Present Simple en hen in staat te stellen om correcte zinnen te vormen in deze tijd.
Wat weet je al over de Present Simple?
Slide 3 - Carte mentale
Cet élément n'a pas d'instructions
Wat is de Present Simple?
De Present Simple is een tijd in de Engelse taal die wordt gebruikt voor regelmatige activiteiten, feiten en gewoontes. Het wordt ook gebruikt voor algemene waarheden en tijdschema's.
Slide 4 - Diapositive
Geef een korte definitie van de Present Simple en leg uit wanneer het wordt gebruikt.
Vormen van de Present Simple
De vormen van de Present Simple zijn eenvoudig. Voor hij/zij/het zinnen wordt er een 's' of 'es' toegevoegd aan het werkwoord. Wanneer het werkwoord op een o of een s eindigt plak je er es achter.
I go to school --> He goes to school
I see you --> He sees you
I stretch my feet --> she stretches her feet
Slide 5 - Diapositive
Laat voorbeelden zien van de verschillende vormen van de Present Simple en leg uit hoe de derde persoon enkelvoud verschilt.
Voorbeelden van de Present Simple
I eat breakfast every morning. He goes to school by bus. They play football on Sundays.
Slide 6 - Diapositive
Geef enkele voorbeeldzinnen in de Present Simple en vraag de leerlingen om te identificeren welke persoon enkelvoud of meervoud is.
Vul de juiste vorm van de present simple in: The sun ______ (to rise) in the east.
A
rose
B
rise
C
rising
D
rises
Slide 7 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Vul de juiste vorm van de present simple in: We ______ (to eat) dinner at 7 pm.
A
eat
B
eats
C
ate
D
eating
Slide 8 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Vul de juiste vorm van de present simple in: She ______ (to study) English literature at university.
A
studied
B
studying
C
studies
D
study
Slide 9 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Vul de juiste vorm van de present simple in: They ______ (to play) basketball every Sunday.
A
playing
B
played
C
plays
D
play
Slide 10 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Vul de juiste vorm van de present simple in: Peter ______ (to work) at a bank.
A
working
B
work
C
works
D
worked
Slide 11 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Oefening: Maak zinnen
Write a sentence in the Present Simple using the verb 'to play'.
Slide 12 - Diapositive
Vraag de leerlingen om individueel een zin te maken in de Present Simple met het werkwoord 'to play'. Laat enkele leerlingen hun zinnen voorlezen.
Samenvatting
De Present Simple wordt gebruikt voor regelmatige activiteiten, feiten, gewoontes, algemene waarheden en tijdschema's. Het heeft eenvoudige vormen en sommige werkwoorden zijn onregelmatig.
Slide 13 - Diapositive
Vat de belangrijkste punten van de les samen en benadruk het belang van oefenen om de Present Simple goed te kunnen gebruiken.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 14 - Question ouverte
De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.
Slide 15 - Question ouverte
De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.
Slide 16 - Question ouverte
De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.