8.3 Democratisering

8.3 Democratisering in de 19e eeuw
Hoe tussen 1800 en 1900 meer mannen (en ook vrouwen) inspraak kregen in de regering

Focus op politiek in de 19e eeuw
1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

8.3 Democratisering in de 19e eeuw
Hoe tussen 1800 en 1900 meer mannen (en ook vrouwen) inspraak kregen in de regering

Focus op politiek in de 19e eeuw

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Waar denk je aan bij 'democratisering'?

Slide 3 - Carte mentale

Leerdoelen
1.  Hoe ontwikkelde de democratie zich in Nederland?

2. Hoe ontwikkelde de democratie zich in de VK?

3.  Hoe ontwikkelde de democratie zich in het Duitse Keizerrijk?
Dit is meneer Thorbecke, die de grondwet van 1848 schreef. De koning verloor al zijn macht: een grote stap voor de democratisering van Nederland!

Slide 4 - Diapositive

Belangrijke begrippen
Democratisering: uitbreiding van de democratie

Parlementair stelsel: politiek systeem waarin de volksvertegenwoordiging de hoogste macht heeft.

Censuskiesrecht: kiesrecht dat afhangt van de te betalen belastingen.

Districtenstelsel: kiesstelsel waarbij het land is verdeeld in districten die eigen kandidaten voor het parlement kiezen.

Budgetrecht: recht van het parlement om uitgaven van de regering goed of af te keuren




Slide 5 - Diapositive

Hoe ontwikkelde de democratie zich in Nederland?
In Nederland kwam er vanaf 1848 een parlementair stelsel, omdat Thorbecke een grondwet aannam waarbij de koning geen macht meer had. Het parlement had álle macht.

In 1848 was Willem I door een revolutie in Parijs bang geworden dat dit in Nederland ook zou gebeuren. Hij stond zijn macht af en Thorbecke mocht een nieuwe grondwet schrijven.

Vanaf 1848 heersde er censuskiesrecht onder de mannen. Dit werd pas in 1887 meer uitgebouwd.

Pas in 1917 mochten alle mannen stemmen en in 1919 ook alle vrouwen.

Slide 6 - Diapositive

Hoe ontwikkelde de democratie zich in de VK?
Engeland had al lang een parlement met invloed (sinds 1688), maar dat veranderde in 1837. Toen mocht niet de koning, maar alleen de gekozen partijen de ministers aanstellen. Dit was het districtenstelsel.

In het Verenigd Koninkrijk mochten vanaf 1837 rijke burgers vanuit districten(regio's) eigen ministers benoemen voor het parlement.

In het Hogerhuis zat de adel, die hun plekken erfden.

In het Lagerhuis zaten de ministers,  door de rijke burgers gekozen.
Pas in 1918 kregen mannen algemeen kiesrecht en vrouwen in 1928.


Slide 7 - Diapositive

Hoe ontwikkelde de democratie zich in de Duitse staten tussen 1800 en 1900?
In Duitsland waren allerlei kleinere staten. De grootste was Pruissen - zij voerden wel een grondwet in (1850) en hadden een gekozen parlement. 
De König van Pruissen liet zich echter niets zeggen...

Het Parlement van Pruissen had budgetrecht, maar daar trok de Pruissische adel zich niets van aan.
Ondanks een conflict in het parlement, wilde Bismarck alle andere Duitse rijken veroveren om een éénheid te maken.
Dat lukte hem in 1871.

Ook het Duitse Keizerrijk had een parlement (Reichstag), maar dat had amper rechten. De Duitse adel bepaalde grotendeels wat er gebeurde. Uiteindelijk voerde Bismarck wel het algemeen mannenkiesrecht in vlak voor WOI.

Slide 8 - Diapositive

Hoe ontwikkelde de democratie zich in NL, DU en de VK in de 19e eeuw?
Nederland
V.K.
Duitsland
1848: grondwet van Thorbecke voert parlementair stelsel in.




Geslaagde democratisering; geen macht meer voor koning.





Vanaf 1917 en 1919 algemeen kiesrecht.
1838: districtenstelsel geeft rijke burgers meer macht. 




iets tragere democratisering:
Adel en koning behouden macht, maar rijke bevolking heeft meer inspraak door districten stelsel.



Vanaf 1918 en 1928 algemeen kiesrecht
1850: Pruissen voert grondwet in, maar geeft parlement enkel budgetrecht.
1871: Duitse eenheidsstaat.


minimale democratisering:
Adel in Pruissen en later het Duitse Keizerrijk (1871) behouden veel macht. Parlement wordt gekozen, maar wetten worden vaak afgeslagen.

Vanaf 1871 mochten alle mannen vanaf 25 stemmen.

Slide 9 - Diapositive

Leg uit hoe de democratie zich ontwikkelde in Nederland.

Slide 10 - Question ouverte

Leg uit waarom 1848 een belangrijk jaar is voor de democratisering in Europese landen.

Slide 11 - Question ouverte