Révision Chapitre 1 2GYM

Révision Chapitre 1
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Révision Chapitre 1

Slide 1 - Diapositive

Les buts du cours (doelen van de les)

Aan het eind van deze les:
Kan ik mijn vakantie beschrijven in de voltooid tegenwoordige tijd. 
Kan ik het bezittelijk voornaamwoord gebruiken.
Kan ik een gesprek voeren over vakantie.
Weet ik hoe ik de é en de è moet uitspreken.

Slide 2 - Diapositive

Le cours
- Lessonup passé composé
       bezittelijk voornaamwoord
Pauze musicale
uitspraak é en è
Dialoog over de vakantie
Fini: leren voor het proefwerk/ extra oefening passé composé +bezittelijk voornaamwoord


Slide 3 - Diapositive

Zet in de passé composé:
Ils parlent français

Slide 4 - Question ouverte

Tekst
Het voltooid deelwoord van 'faire'
Het voltooid deelwoord van 'avoir'
Het voltooid deelwoord van 'être' 
fait
été
eu

Slide 5 - Question de remorquage

Zet in de passé composé:
Elle est en France

Slide 6 - Question ouverte

Zet in de passé composé:
On a une fête

Slide 7 - Question ouverte

Wat moet je dus kunnen voor de passé composé?
1. Hulpwerkwoord avoir kunnen vervoegen
2. Voltooid deelwoord kunnen maken van een regelmatig werkwoord op -er en van de onregelmatige werkwoorden avoir, faire en être
3. Het hulpwerkwoord en het voltooid deelwoord in de zin kunnen plaatsen. 

Slide 8 - Diapositive

Bezittelijke Voornaamwoorden enkelvoud
Maak de juiste combinaties.
Le pronom possessif 
MIJN
JOUW
ZIJN/HAAR
  mon
 ton
  son
  ta
  tes
  mes
  ses
   ma
  sa

Slide 9 - Question de remorquage

Vertaal in het Frans:
Isabelle is mijn vriendin (amie)

Slide 10 - Question ouverte

Vous avez oublié -----(jullie) livres
A
mon
B
leurs
C
vos
D
ses

Slide 11 - Quiz

Attention!! ma,ta,sa voor klinker en stomme h worden mon, ton,son

Slide 12 - Diapositive

Pauze musicale
La quête - Orlesan

Slide 13 - Diapositive

Prononciation é et è
De é spreek je uit als (ee) zoals in het woord zee. Het accent heet aigu.
été                     donné                    rentrée

De è spreek je uit als (e) zoals in het woord gek. Het accent heet grave.
frère                        collège                         très

Slide 14 - Diapositive

Parlez de vos vacances
Vous allez faire un dialogue. Il faut changer de rôle. (Jullie gaan een dialoogje doen, je wisselt van rol)


Apprendre pour l'intérrogation/faire un exercice du passé composé et les pronoms possessifs
timer
1:00

Slide 15 - Diapositive