dag 6

• NT2
• Basisschool
• Groep 1

Woordenschat

Vandaag vijf (nieuwe) woorden bij het thema Eten.

Schrijf het woord op en ook de betekenis.

het aantal

• de hoeveelheid;
• een groep mensen of dingen die bij elkaar horen.
• Zin: Het aantal jongens in deze klas is groot.
• Zin: Wat is het aantal chocolade in de vaas?

de alcohol

• een stof in sommige dranken, die invloed heeft op je geest en lichaam;
• Als je veel alcohol drinkt, word je dronken.
•  Zin: In bier en wijn zit bijna altijd alcohol.
• Zin: Je mag geen alcohol drinken als je jonger bent dan 18 jaar.

het eetschema

• een overzicht met daarop wat je eet en wanneer je dit eet.
• Zin: Als je wilt afvallen, is een eetschema handig om te gebruiken
• Zin: Ik schrijf elke dag in mijn eetschema wat ik eet en hoe laat ik dat eet.

de frietsaus

• een soort mayonaise voor bij de patat;
• Ander woord voor patat is friet.
  
• Zin: Ik neem altijd frietsaus bij mijn patat. En jij?

het geboorteland

• het land waarin je bent geboren;
• Zin: Het geboorteland van mevrouw Marieke is Nederland.
• Zin: Hoeveel verschillende geboortelanden hebben wij in de klas?

Ik eet altijd frietsaus bij mijn patat.

Wat is het aantal klassen op Schakel aan Zee?

Zoek een foto van een drank waar alcohol in zit.

In welke zin is het woord
het eetschema
goed gebruikt?

1. In een eetschema staat wat we vandaag gaan doen op school.
2. In een eetschema staat wat wij allemaal drinken op een dag.
3. In een eetschema staat welk voedsel wij nemen op een dag.

Mijn geboorteland is:

Opdracht: welk woord hoort in de zin?

Welk woord hoort in de zin? Schrijf alleen het woord op, niet de hele zin!

Ik heb teveel ............ gedronken. Nu heb ik hoofdpijn.

Heb jij een ............... of wil je niet weten wat je eet op een dag?

Veel mensen eten ketchup op de hamburger. Ik heb liever ............. .

Er is een groot ............. docenten op school vandaag.

Ik wil graag weten wat jouw ........... is. Ik weet wel in welk land je nu woont!

Zinnen maken

Het rad draait een naam, zie je jouw naam dan maak je een zin met een van de woorden.

het geboorteland, het eetschema, de frietsaus, het aantal, de alcohol