Begeleiden Client Les 5/6

Zelfredzaamheid stimuleren en
Methodisch werken
Begeleiden Client 
Les 5 en 6
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
begeleiden clientMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Zelfredzaamheid stimuleren en
Methodisch werken
Begeleiden Client 
Les 5 en 6

Slide 1 - Diapositive

Lesdoelen
  • De student weet hoe je de zelfredzaamheid kunt stimuleren
  • De student maakt kennis met methodisch werken 

Slide 2 - Diapositive

Hoe zit je er nu bij?
😒🙁😐🙂😃

Slide 3 - Sondage

Wat gaan we vandaag leren?
Hoe je de zelfredzaamheid kan stimuleren
Wat methodisch werken inhoudt

Slide 4 - Diapositive

Wat is zelfredzaamheid?

Slide 5 - Question ouverte

Zelfredzaamheid is ...
A
Het helpen van cliënten
B
Het stimuleren van mensen om voor zichzelf te zorgen
C
Het zorgen voor jouw kat
D
Het stimuleren van mensen om alles zelf te kunnen

Slide 6 - Quiz

Wat is een goed voorbeeld van het stimuleren van de zelfredzaamheid
A
Breakdancen met hoogbejaarden
B
Bungeejumpen met kleine kinderen
C
Het maken van een wandeling met een bewoonster van een verzorgingshuis
D
Het aantrekken van kleding bij jonge kinderen

Slide 7 - Quiz

Hoe houd je rekening met de wensen van de cliënten?
A
Door er zelf naar te vragen
B
Door dat zelf in te vullen
C
Door jouw collega hierover te vragen
D
Door daar geen rekening mee te houden

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Vidéo

Wat ervaren de kinderen, door zichzelf aan te kleden
A
Moeite
B
Frustratie
C
Geluk
D
Succeservaring

Slide 10 - Quiz

Waarom is een succeservaring belangrijk voor alle doelgroepen?

Slide 11 - Question ouverte

Waarom is het belangrijk dat je altijd aan de cliënt vertelt, wat je gaat doen?

Slide 12 - Question ouverte

Wat is het juiste voorbeeld van voordoen
A
Roy laat meneer van Oirschot zien wat hij gaat doen en wast vervolgens meneer van Oirschot
B
Ahmed legt alle spullen in de juiste volgorde klaar voor meneer van Oirschot, zodat meneer van Oirschot zichzelf kan wassen. Na het douchen doet Mohammad de douchekraan weer dicht.
C
Aicha doet alles voor meneer van Oirschot en betrekt meneer van Oirschot niet hierin.
D
Kelly laat aan meneer van Oirschot zien hoe het niet moet en vertelt daarna aan meneer van Oirschot wat hij allemaal fout heeft gedaan

Slide 13 - Quiz

Bij welke situatie heb je een aanpassing van hulpmiddelen nodig?
(meerdere antwoorden kunnen goed zijn)
A
Aangepast bestek voor een cliënt met fysieke beperkingen
B
Aangepaste bal voor de linksvoetige voetballers
C
Aangepaste pannen voor beginnende kokers
D
Aangepaste stoel voor cliënten met een hernia

Slide 14 - Quiz

Waar groeit het zelfvertrouwen van
A
Cliënt straf geven
B
Aan de cliënt vertellen wat hij anders kan doen
C
Complimenten geven
D
Cliënt negeren

Slide 15 - Quiz

"Lorenzo is mevrouw van Donk aan het aankleden. Lorenzo laat mevrouw van Donk het voor zo ver mogelijk zelf doen. Het gaat misschien niet zo snel, maar Lorenzo heeft respect en begrip voor de situatie van mevrouw van Donk. Dus hij brengt er geduld voor op."
Wat doet Lorenzo goed in dit verhaal?
A
Hij laat mevrouw van Donk haar eigen gang gaan.
B
Hij vindt het niet erg om een oudere dame aan te kleden
C
Hij werkt voor zijn centen
D
Hij heeft respect en geduld voor de tempo van mevrouw van Donk

Slide 16 - Quiz

In welke fase ben je als cliënt als je bijna niks meer zelf kan?
A
De PDL fase
B
De ADL fase
C
De BBL
D
De AOL fase

Slide 17 - Quiz

Waar staat PDL voor?
A
Positieve Dagelijkse Levensbehoeften
B
Pijn Doet Leven
C
Passieve Dosis Levensverrichtingen
D
Passieve Dagelijkse Levensverrichtingen

Slide 18 - Quiz

"Mevrouw Schippers is 88 jaar oud en is terminaal (ongeneselijk) ziek en heeft heel veel pijn en kan alleen nog maar op haar bed liggen"
Welke begeleiding past hier het beste bij?

A
Zelfredzaamheid
B
Cliënt stimuleren
C
Cliënt motiveren
D
PDL (Passieve Dagelijkse Levensverrichtingen)

Slide 19 - Quiz

Kies de juiste volgorde
Stap 1 tot 5

Slide 20 - Diapositive

Beginsituatie vaststellen
Stap 1
Stap 2
Stap 3
Stap 4
Stap 5
Doelen formuleren
Plan maken
Plan uitvoeren
Evalueren
Beginsituatie vasttellen

Slide 21 - Question de remorquage

Waar wordt Methodisch werken in vastgelegd?
A
In "mijn documenten" op mijn pc
B
In de archieven
C
In het zorgplan
D
In een notitieboek

Slide 22 - Quiz

Wat betekent een EVV'er
A
Eerst verantwoordelijke verzorgende
B
Eerste vrijdag vrij
C
Eerst verantwoordelijke verantwoorder
D
Eenmaal vogel vrij

Slide 23 - Quiz

Het zorgdossier
  • Een zorgplan is onderdeel van het zorgdossier
  • Een zorgdossier is het complete pakket van gegevens van een cliënt
  • Ze worden allemaal bewaard in het electronisch cliëntendossier

Slide 24 - Diapositive

Wat zit er allemaal in het zorgdossier?
A
IBAN, BSN nummer, DigiD
B
Geboortedatum, geboorteplaats, woonplaats en hobbies
C
Persoonsgegevens, Beschrijving van levensloop, medische gegevens, zorgovereenkomst, het zorgplan en rapportages
D
De telefoonnummers van de familie van de cliënten

Slide 25 - Quiz

Wat is een zorgovereenkomst

Slide 26 - Question ouverte

Zorgleefplan
  • In het zorgleefplan staat hoe de cliënt wil leven
  • De wensen, behoeften en voorkeuren van de cliënt
  • Ook staat er op welke ondersteuning de cliënt kan rekenen
  • Het gaat over gezondheid en zorg, leefomgeving, de kring van mensen
  • Activiteiten en persoonlijke leefstijl

Slide 27 - Diapositive

Wat hoort er NIET in het Zorgleefplan?
A
De wensen van de cliënt
B
De vakantiedagen van de cliënt
C
Welke ondersteuning de cliënt wil krijgen
D
Welke activiteiten de cliënt aan mee kan doen

Slide 28 - Quiz

Hoe vonden jullie deze les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 29 - Sondage