Les 2: Werkwoorden en persoonsvorm

  • Telefoon in de telefoontas.
  • Ga zitten op je plaats.
  • Pak je boeken en schrift voor je.

  • Wees stil wanneer de les gaat beginnen.
1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

Cette leçon contient 10 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

  • Telefoon in de telefoontas.
  • Ga zitten op je plaats.
  • Pak je boeken en schrift voor je.

  • Wees stil wanneer de les gaat beginnen.

Slide 1 - Diapositive

Lezen
  • Tijd: 10 minuten

Slide 2 - Diapositive

Wat gaan we doen?
- Vorige les
- Opdracht bespreken
- Oefenen
- Huiswerk
- Afsluiting


Slide 3 - Diapositive

Lesdoelen
  • Je weet wat werkwoorden zijn en herkent ze in een tekst.
  • Je kunt de persoonsvorm van zinnen benoemen.

Slide 4 - Diapositive

Vorige les
Wat zijn werkwoorden?
  • Woorden die aangeven wat iemand of iets doet/overkomt.
  • Hij ziet iemand in het bos. 

Wat is de persoonsvorm?
  • Een werkwoord dat van tijd kan veranderen.
  • Persoonsvorm vinden: de zin in een andere tijd te zetten. 

Slide 5 - Diapositive

Opdracht bespreken
Het werkblad 

Slide 6 - Diapositive

Oefenen
  1. Maak een zin met het woord en de persoon die jullie gekregen hebben (minimaal 6 woorden).
  2. Schrijf de zin netjes op in een schrift.

Slide 7 - Diapositive

Oefenen
3. Geef het schrift met de zin aan het groepje dat naast je zit.

4. Onderstreep de werkwoorden.
5. Zet de zin in een andere tijd (en schrijf de zin op).
6. Omcirkel de persoonsvorm(en). 


Slide 8 - Diapositive

Lesdoelen
  • Je weet wat werkwoorden zijn en herkent ze in een tekst.
  • Je kunt de persoonsvorm van zinnen benoemen.

Slide 9 - Diapositive

Huiswerk
- Leren: Woordenschat H1, H2 en H3
- Meenemen: Een leesboek




Slide 10 - Diapositive