Examentraining vwo 2

• Engels
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 6

Examentraining Engels

Voorbereiding op Centraal examen Engels

havo

Als je vooruit kon reizen naar het moment waarop je voor je examen zit, welke 2 tips zou je jezelf geven?

Het centraal examen

tekstboekje - 13 teksten

vragenboekje -42 vragen

antwoordblad

hulpmiddelen: woordenboek eng-nl

handig...

potlood of highlighter voor de meerkeuze vragen en het onderstrepen van belangrijke woorden.

* later met pen dan nalopen

weten: hoe herstel je een fout antwoord?

Algemeen stappen plan teksten

1. Wat is het onderwerp van de tekst?

2. Welk gegevens heb ik nodig om de vraag te beantwoorden (wat moet je doen!)

3. hoofdlijnen of detailvraag?

4. hele tekst lezen of deel tekst?

5.intensief (detail) of globaal (hele tekst) lezen?

6.moet ik woorden opzoeken?

Waar vind je (meestal) het antwoord op een globale conclusie vraag.

1. eerste paragraaf
2. in de hele tekst
3. laatste paragraaf
4. laatste zin.

Wat doe je bij tekst 3 vraag 4?

1. zoeken naar argumenten schrijver
2. zoeken naar synoniem over het hoofd
3. zoeken naar synoniem groep

Tekst 1 - vraag 1 Hoe pak je dit aan?

1. skimmen voor synoniemen Avian Influenza
2. alle zinnen onderstrepen die over ziekte gaan
3. Opzoeken woord influenza

Oefening 1- op tijd

Sla je examen op naar tekst 1 1 en 12. vragen 40,41,42.

  

Je hebt beperkt de tijd voor de volgende opdrachten.

Hoe heb je vraag 42 aangepakt?

Hoe zit het met de tijd?

ruim gehaald tijd over

net aan genoeg

niet gehaald/gegokt

pas op de helft

De antwoorden:

40. C

41. De huizen daar worden meer waard. of De huizenprijzen stijgen. of Er willen meer mensen in die wijken wonen.

Hoeveel goed?

1. 3
2. 2
3. 1
4. minder

oefening 2 -tekst 8,9,10

Doe het volgende:

- onderstreep wat je moet doen.

- Beslis of wat en wanneer je moet lezen

- onderstreep hoofdwoorden in antwoorden (bij twijfel)

- zoek naar connectie woorden (indien nodig)

- onderstreep waar je je antwoord hebt gevonden.

Antwoorden

30.B

31.C

32.D

33. Nee

34. 1.wel 2.niet  3.niet 4.wel

35.B

36.C

37.B

38.D

39. 1.wel 2.niet 3.niet 4. wel

Wat heb je gedaan?

de instructie gevolgd 10 goed

de instructie gevolgd 9 goed

de instructie gevolgd 8 goed

de instructie gevolgd minder goed

eigen aanpak 10 goed

eigen aanpak 9 goed

eigen aanpak 8 goed

eigen aanpak minder goed

Hoe zit het met de tijd?

ruim gehaald tijd over

net aan genoeg

niet gehaald/gegokt

pas op de helft

Pauze 10 min

Wat doe je als je een vraag niet weet

ik sla deze over en ga door

ik blijf zoeken

ik gok

Oefening 3 Maak nu teksten 8+9

Weet wat je zoekt!- onderstreep kernwoorden in de vraag 

Beantwoordt eerst zelf de vraag - staat jouw antwoord erbij?

Topic sentence = onderwerp van de paragraaf

Summary sentence = conclusie paragraaf

kijk naar -   plaatjes * de titel* het onderschrift* de bron*

Antwoorden:

30.B

31.C

32.D

33.Nee

34. 1.wel 2.niet 3.niet 4.wel

35.B

36.C

37.B

Oefening 4-tekst 7 - twee zijn incorrect

zoek waar het antwoord staat

23.D

24.A

25.D

26. niet, niet, wel, wel

27.B

28. C

29.A

Mijn mening over deze training!

ik heb nieuwe inzichten opgedaan

ik weet nu waar ik op moet letten

ik heb meer oefening nodig

ik had alles goed

Ik ga slagen

JA

NEE

weet ik niet

Examentraining Geslaagd!