H1 hoofd- en bijzaken les 2

Leesvaardigheid
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Leesvaardigheid

Slide 1 - Diapositive

Lesdoel:

HOOFD- EN BIJZAKEN EN KERNZINNEN


Je kunt:

  • de kernzin van een alinea vinden
  • hoofd- en bijzaken in een tekst vinden



Slide 2 - Diapositive

Schrijf op
  1. Hoe vind je de hoofdzaak/hoofdzaken in een tekst? (Wat zijn de voorkeursplaatsen?)
  2. Wat is het verschil tussen hoofd- en bijzaken?
  3. Geef een voorbeeld van een bijzaak? 
timer
1:30

Slide 3 - Diapositive

Hoofdzaken en bijzaken
De belangrijkste zaken in een tekst noem je hoofdzaken. 

Minder belangrijke zaken als uitleg, toelichting en voorbeelden noem je bijzaken.

Slide 4 - Diapositive

Hoofdzaken
  • Belangrijkste informatie van de tekst.
  • Je vindt de hoofdzaken op voorkeursplaatsen, zoals de inleiding en het slot. 
  • De kernzin van elke alinea bevat een hoofdzaak. 
  • Sommige alinea's hebben geen kernzin, dan moet je zelf de hoofdzaak bepalen. 

Slide 5 - Diapositive

Hoe en waar vind je de hoofdzaken?

  • Vaak in de eerste, de tweede en/of de laatste zin van een alinea.
  • Daartussen staan vaak voorbeelden, toelichtingen of een verdere uitleg, dat zijn bijzaken.

Stel jezelf de volgende vragen:
Heb ik deze zin nodig om de tekst/de alinea goed te begrijpen?
Wat zegt deze zin over het (deel)onderwerp?

Slide 6 - Diapositive

Opdracht

We maken de opdracht van afgelopen maandag verder af in groepjes (max. 4 pers.) Zachtjes overleggen!

Zijn jullie eerder klaar? Dan maken jullie opdracht 3 op blz. 14 van het lesboek. (onderdeel van het huiswerk)

Na 10 minuten bespreken we jullie antwoorden.
Heb je vragen? Steek je hand omhoog!
timer
10:00

Slide 7 - Diapositive

Hoofdzaak of bijzaak?
A
Hoofdzaak
B
Bijzaak

Slide 8 - Quiz

Wat is het juiste antwoord over hoofdzaken?
A
De hoofdzaken staan alleen in de inleiding.
B
De hoofdzaken staan alleen in het slot.
C
De hoofdzaken staan alleen in het middenstuk .
D
De hoofdzaken staan in de inleiding en in het slot.

Slide 9 - Quiz

Bijzaken zijn het tegenovergestelde van hoofdzaken.
Dit kunnen zijn(meerdere opties):
A
voorbeelden
B
belangrijke informatie
C
herhaling
D
uitleg

Slide 10 - Quiz

Ik kan nu de kernzin van een alinea vinden?
Ja, dat is makkelijk.
Meestal wel, maar nog niet altijd.
Eigenlijk niet, ik moet nog meer oefenen.

Slide 11 - Sondage

Ik kan nu de hoofd- en bijzaken in een tekst vinden?
Ja, dat is makkelijk.
Meestal wel, maar nog niet altijd.
Eigenlijk niet, ik moet nog meer oefenen.

Slide 12 - Sondage

Huiswerk
Leesvaardigheid H1 blz. 12-17 opdr 3 en 4

Af: maandag 31 oktober. Dan kijken we het huiswerk ook na.

Slide 13 - Diapositive