Week 11, les 3, 2M

Welkom!




Nederlands 
Havo/ vwo leerjaar 2
Zoom, LessonUp, schrift, pen, boek in Schooltas, Drive

1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1,2

Cette leçon contient 19 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Welkom!




Nederlands 
Havo/ vwo leerjaar 2
Zoom, LessonUp, schrift, pen, boek in Schooltas, Drive

Slide 1 - Diapositive

Voordat we gaan beginnen
Duim omhoog/ duim naar beneden: Hoe gaat het met je?

1. Ik ben de dag goed begonnen. 
2. Ik heb zin om weer naar school te gaan. 
3. Ik heb vragen over de vorige les. 
4. Ik heb tips voor de hybride lessen.
5. Ik heb mijn spullen in orde: schrift, pen, iPad, boek via Schooltas, leesboek. 


timer
2:00

Slide 2 - Diapositive

Terugblik vorige les
Lezen en spelling:
Lezen, blok 4 opdracht 1 (signaalwoorden)
Lezen, blok 4 opdracht 2 (alineaverbanden - verbindingsmanieren)
Spelling, blok 1 t/m 5 stukjes theorie lezen (klaar voor grammatica)

Slide 3 - Diapositive

Wat we deze les gaan doen/ doelen
Lezen en grammatica 
  • Lezen, blok 4 opdracht 5 (signaalwoorden, alineaverbanden)
  • Grammatica, blok 1 opdracht 1 (zinsdelen)

Afsluiting:
  • Nieuwsquiz (algemene kennis) 

Slide 4 - Diapositive

Lezen
1. Opdracht 1 en 2 maken 
(blz 186 - 188) nakijken. 

2. Lees de theorie verbindingsmanieren. 

3. Vragen?

Slide 5 - Diapositive

Lezen blok 4, opdracht 1
1 Het onderwerp noemen en vragen stellen.
2 a Eigen antwoord, bijvoorbeeld: zijn er minder verschillen in het landschap. / wordt het landschap minder afwisselend.
 b Eigen antwoord, bijvoorbeeld: een geheel van planten en dieren in een territorium die in wisselwerking met milieufactoren een systeem vormen, dat gezond kan zijn of uit evenwicht.  c voorstellen, inbrengen.
3 a De kernzin is meestal de eerste of de laatste zin van een alinea.
 b De kernzin kan ook op de volgende plaatsen voorkomen:
 – 2e zin of 2e en 3e zin van de alinea;
 – de tweede en derde zin van de alinea;
 – midden in de alinea.
4 a De kernzin is de tweede zin van de alinea.
 b Na hun onderzoek kwamen ze met verontrustende vooruitzichten.
 c In deze zin geeft de schrijver het resultaat van het onderzoek, namelijk verontrustende vooruitzichten. In de rest van de alinea worden de vooruitzichten genoemd.
5 a De kernzin is de laatste zin van de alinea.
 b Het uitsterven van de grote planteneters blijkt dus grote gevolgen te hebben.
 c In deze zin geeft de schrijver aan dat het uitsterven van de grote planteneters grote gevolgen heeft. In de rest van de alinea worden deze gevolgen toegelicht.
6 a Een schrijver gebruikt signaalwoorden om het verband tussen zinnen, zinsgedeelten en alinea’s duidelijk te maken.
 b uitspraak-opsomming, uitspraak-tegenstelling, uitspraak-voorbeeld.
7 a Twee verontrustende vooruitzichten bij vleeseters en twee verontrustende vooruitzichten bij het landschap.
 b Na de kernzin begint de schrijver de zin met Allereerst, dat is het eerste vooruitzicht. In de zin volgt het signaalwoord en. Dat is het tweede vooruitzicht. De zin erna begint met Daarnaast, dat is het derde vooruitzicht en in die zin staat ook het signaalwoord en, dat is het vierde vooruitzicht.
 c Vooruitzichten m.b.t. de vleeseters: ze hebben geen prooien meer + hun aantal neemt af.
Vooruitzichten m.b.t. het landschap: het is veel minder divers + de grond is armer.
8 Gevolgen veranderende ecosystemen: er ontstaan eentonige landschappen met bos, woestijn of savanne. De mens ervaart nadelige gevolgen omdat er minder wilde dieren zijn.
9 a met een advies/oproep
 b De schrijver roept de lezers op ervoor te zorgen dat er leefgebied overblijft en de handel in hoorns en andere lichaamsdelen van dieren te stoppen.
10 Eigen antwoord, bijvoorbeeld: De titel past goed bij de tekst , want in de tekst wordt vermeld dat de planteneters dreigen te verdwijnen. Dat is niet goed voor de ecosystemen en aan het slot volgt een oproep ervoor te zorgen dat er planteneters blijven.
11 De ecosystemen zullen ernstig verstoord raken. Er ontstaan eentonige landschappen en het leven van de mens verandert zonder wilde dieren.
12 a de lezer informeren en evt. aansporen
 b artikel in een tijdschrift

Slide 6 - Diapositive

Lezen blok 4, opdracht 1
4 a De kernzin is de tweede zin van de alinea.
 b Na hun onderzoek kwamen ze met verontrustende vooruitzichten.
 c In deze zin geeft de schrijver het resultaat van het onderzoek, namelijk verontrustende vooruitzichten. In de rest van de alinea worden de vooruitzichten genoemd.
5 a De kernzin is de laatste zin van de alinea.
 b Het uitsterven van de grote planteneters blijkt dus grote gevolgen te hebben.
 c In deze zin geeft de schrijver aan dat het uitsterven van de grote planteneters grote gevolgen heeft. In de rest van de alinea worden deze gevolgen toegelicht.
6 a Een schrijver gebruikt signaalwoorden om het verband tussen zinnen, zinsgedeelten en alinea’s duidelijk te maken.
 b uitspraak-opsomming, uitspraak-tegenstelling, uitspraak-voorbeeld.
7 a Twee verontrustende vooruitzichten bij vleeseters en twee verontrustende vooruitzichten bij het landschap.
 b Na de kernzin begint de schrijver de zin met Allereerst, dat is het eerste vooruitzicht. In de zin volgt het signaalwoord en. Dat is het tweede vooruitzicht. De zin erna begint met Daarnaast, dat is het derde vooruitzicht en in die zin staat ook het signaalwoord en, dat is het vierde vooruitzicht.
 c Vooruitzichten m.b.t. de vleeseters: ze hebben geen prooien meer + hun aantal neemt af.
Vooruitzichten m.b.t. het landschap: het is veel minder divers + de grond is armer.
8 Gevolgen veranderende ecosystemen: er ontstaan eentonige landschappen met bos, woestijn of savanne. De mens ervaart nadelige gevolgen omdat er minder wilde dieren zijn.
9 a met een advies/oproep
 b De schrijver roept de lezers op ervoor te zorgen dat er leefgebied overblijft en de handel in hoorns en andere lichaamsdelen van dieren te stoppen.
10 Eigen antwoord, bijvoorbeeld: De titel past goed bij de tekst , want in de tekst wordt vermeld dat de planteneters dreigen te verdwijnen. Dat is niet goed voor de ecosystemen en aan het slot volgt een oproep ervoor te zorgen dat er planteneters blijven.
11 De ecosystemen zullen ernstig verstoord raken. Er ontstaan eentonige landschappen en het leven van de mens verandert zonder wilde dieren.
12 a de lezer informeren en evt. aansporen
 b artikel in een tijdschrift

Slide 7 - Diapositive

Lezen blok 4, opdracht 1
5c In deze zin geeft de schrijver aan dat het uitsterven van de grote planteneters grote gevolgen heeft. In de rest van de alinea worden deze gevolgen toegelicht.
6 a Een schrijver gebruikt signaalwoorden om het verband tussen zinnen, zinsgedeelten en alinea’s duidelijk te maken.
 b uitspraak-opsomming, uitspraak-tegenstelling, uitspraak-voorbeeld.
7 a Twee verontrustende vooruitzichten bij vleeseters en twee verontrustende vooruitzichten bij het landschap.
 b Na de kernzin begint de schrijver de zin met Allereerst, dat is het eerste vooruitzicht. In de zin volgt het signaalwoord en. Dat is het tweede vooruitzicht. De zin erna begint met Daarnaast, dat is het derde vooruitzicht en in die zin staat ook het signaalwoord en, dat is het vierde vooruitzicht.
 c Vooruitzichten m.b.t. de vleeseters: ze hebben geen prooien meer + hun aantal neemt af.
Vooruitzichten m.b.t. het landschap: het is veel minder divers + de grond is armer.
8 Gevolgen veranderende ecosystemen: er ontstaan eentonige landschappen met bos, woestijn of savanne. De mens ervaart nadelige gevolgen omdat er minder wilde dieren zijn.
9 a met een advies/oproep
 b De schrijver roept de lezers op ervoor te zorgen dat er leefgebied overblijft en de handel in hoorns en andere lichaamsdelen van dieren te stoppen.
10 Eigen antwoord, bijvoorbeeld: De titel past goed bij de tekst , want in de tekst wordt vermeld dat de planteneters dreigen te verdwijnen. Dat is niet goed voor de ecosystemen en aan het slot volgt een oproep ervoor te zorgen dat er planteneters blijven.
11 De ecosystemen zullen ernstig verstoord raken. Er ontstaan eentonige landschappen en het leven van de mens verandert zonder wilde dieren.
12 a de lezer informeren en evt. aansporen
 b artikel in een tijdschrift

Slide 8 - Diapositive

Lezen blok 4, opdracht 1
7 b Na de kernzin begint de schrijver de zin met Allereerst, dat is het eerste vooruitzicht. In de zin volgt het signaalwoord en. Dat is het tweede vooruitzicht. De zin erna begint met Daarnaast, dat is het derde vooruitzicht en in die zin staat ook het signaalwoord en, dat is het vierde vooruitzicht.
 c Vooruitzichten m.b.t. de vleeseters: ze hebben geen prooien meer + hun aantal neemt af.
Vooruitzichten m.b.t. het landschap: het is veel minder divers + de grond is armer.
8 Gevolgen veranderende ecosystemen: er ontstaan eentonige landschappen met bos, woestijn of savanne. De mens ervaart nadelige gevolgen omdat er minder wilde dieren zijn.
9 a met een advies/oproep
 b De schrijver roept de lezers op ervoor te zorgen dat er leefgebied overblijft en de handel in hoorns en andere lichaamsdelen van dieren te stoppen.
10 Eigen antwoord, bijvoorbeeld: De titel past goed bij de tekst , want in de tekst wordt vermeld dat de planteneters dreigen te verdwijnen. Dat is niet goed voor de ecosystemen en aan het slot volgt een oproep ervoor te zorgen dat er planteneters blijven.
11 De ecosystemen zullen ernstig verstoord raken. Er ontstaan eentonige landschappen en het leven van de mens verandert zonder wilde dieren.
12 a de lezer informeren en evt. aansporen
 b artikel in een tijdschrift

Slide 9 - Diapositive

Lezen blok 4, opdracht 1
8 Gevolgen veranderende ecosystemen: er ontstaan eentonige landschappen met bos, woestijn of savanne. De mens ervaart nadelige gevolgen omdat er minder wilde dieren zijn.
9 a met een advies/oproep
 b De schrijver roept de lezers op ervoor te zorgen dat er leefgebied overblijft en de handel in hoorns en andere lichaamsdelen van dieren te stoppen.
10 Eigen antwoord, bijvoorbeeld: De titel past goed bij de tekst , want in de tekst wordt vermeld dat de planteneters dreigen te verdwijnen. Dat is niet goed voor de ecosystemen en aan het slot volgt een oproep ervoor te zorgen dat er planteneters blijven.
11 De ecosystemen zullen ernstig verstoord raken. Er ontstaan eentonige landschappen en het leven van de mens verandert zonder wilde dieren.
12 a de lezer informeren en evt. aansporen
 b artikel in een tijdschrift

Slide 10 - Diapositive

Lezen blok 4, opdracht 1
10. Dat is niet goed voor de ecosystemen en aan het slot volgt een oproep ervoor te zorgen dat er planteneters blijven.

11 De ecosystemen zullen ernstig verstoord raken. Er ontstaan eentonige landschappen en het leven van de mens verandert zonder wilde dieren.

12 a de lezer informeren en evt. aansporen
 b artikel in een tijdschrift

Slide 11 - Diapositive

Lezen blok 4, opdracht 2
1 Lees tekst 4 nog een keer. 
2 a herhaling en/of aankondigende zin
 b De schrijver herhaalt: het team van ecologen.
 De laatste zin van alinea 1 kondigt aan dat een team ecologen onderzoek heeft verricht.
3 a door een overgangszin met een verwijzing
 b In de eerste zin van de derde alinea staat: al deze factoren. Dit is een verwijzing naar de zinnen met vooruitzichten in de tweede alinea.

Slide 12 - Diapositive

Lezen
1. Opdracht 5 maken op blz 191 (= hw voor 24-3). 

2. Lees de theorie verbindingsmanieren. 

3. Vragen?

Slide 13 - Diapositive

Grammatica
1. Zinsdelen. Wat weet je er nog van?

2. Maak opdracht 1 op blz 19 (= huiswerk 24-3)

3. Extra oefenen? Ga naar www.cambiumned.nl

Slide 14 - Diapositive

Volgende les
1. Lezen blok 4, opdracht 5 nakijken. 

2. Grammatica blok 1, opdracht 1 nakijken. 



Slide 15 - Diapositive

Nieuwsquiz

1. Via www.kahoot.it
2. Eigen voornaam

https://create.kahoot.it/details/96e1ea43-d683-48b8-a676-5fe4d592d00a

Slide 16 - Diapositive

Doelen/ Reflectie
1. Signaalwoorden
2. Verbindingsmanieren
3. Klaar voor Grammatica

1. Wat ging goed?
2. Wat zijn verbeterpunten?
3. Hoe ga je dat aanpakken?


Slide 17 - Diapositive

Afsluiting
Fijne dag!

Slide 18 - Diapositive

Afsluiting
Reflectie: Welke smiley kies je?
1. smiley= hoe vond je de les en waarom?
2. smiley = hoe voel jij je na deze les en hoe komt dat?

Slide 19 - Diapositive