Les 2: H2 woordenschat - formeel taalgebruik

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

Lesplanning woordenschat H2

• Lezen
• wat weten jullie nog/al?
• Woordenschat: H1 opdracht 1 + 3. H2 formeel taalgebruik:  opdr. 1, 2 en 4.Nabespreken 
• Blooket 

Formeel taalgebruik

21 maart  Woordenschat H2 

Formeel taalgebruik

Woorden-schat H2

Lesdoel:

Aan het einde van deze les:

• kan je het verschil tussen formeel en informeel taalgebruik benoemen
• weet je wanneer je formeel taalgebruik moet gebruiken
• heb je geoefend met formeel taalgebruik                                            
  

in welke situatie gebruik je formele taal?

1. aan je eigen keukentafel
2. aan te de telefoon met je vrienden
3. tijdens een sollicitatiegesprek
4. Tijdens de pauzes van school

Wanneer gebruik je nog meer formele taal?

Een voorbeeld van formeel taalgebruik is:

1. Hey man,
2. Hoi Sjonnie,
3. Beste meneer/mevrouw,
4. Hey, alles goed?

Je spreekt iemand aan met 'je' of 'jij'.

Je spreekt iemand aan met 'u'.

Je noemt diegene bij de achternaam en zegt 'meneer/mevrouw'.

Je noemt diegene bij de voornaam.

Je mag straattaal of jongerentaal gebruiken.

Je taalgebruik is netjes.

Formeel taalgebruik

Informeel taalgebruik

apps.noordhoff.nl

Wat is formele taal?

 

Formele taal is taal die je gebruikt in serieuze situaties. Het is een beetje ‘stijf’. Je gebruikt het als je contact hebt met mensen die je niet zo goed kent of met mensen die belangrijk zijn.

Wat is informele taal?

Informele taal is taal die je gebruikt in minder serieuze situaties. Het is ‘losser’. Je gebruikt het als je praat met je vader of moeder of als je appt naar een vriend of een klasgenoot. 

• Let op: informeel betekent niet dat je meer fouten mag maken. Je gebruikt alleen wat eenvoudigere woorden, die lijken op de taal die je spreekt.
  

Formeel taalgebruik

Wat betekent 'alsmede'?

1. over
2. en ook

Formeel taalgebruik

Wat betekent 'betreffende'?

1. over
2. hierbij

Formeel taalgebruik

Wat betekent 'gelieve'?

1. wilt u
2. eerst

Formeel taalgebruik

Wat betekent 'hetzij'?

1. als
2. of

Formeel taalgebruik

Wat betekent 'te allen tijde'?

1. om
2. altijd

Formeel taalgebruik

Wat betekent 'tevens'?

1. nu
2. ook

opdracht 1

       Formeel          Informeel

aanvankelijk  -  eerst

hetzij         -  of

   alsmede         -  en ook

mits             -  als

betreffende     -  over 

Formeel           Informeel 

te allen tijde   -   altijd

bij dezen        -   hierbij

teneinde         -   om

derhalve         -   daarom

tevens            -   ook

gelieve           -   wilt u 

thans             -    nu

Nakijken opdracht 2

Opdracht 2                                                                                               

1 + 2

- geplaatst - ondergebracht                 

- geven - verschaffen

- gevonden - aangetroffen

- officieel melden - aangeven

- opslagplaats - depot

- punten - aspecten

- soort - type

- volgens de wet - rechtmatige                                                           

- omschrijving: je kunt uit de tekst opmaken dat het gaat om een apparaat om voorwerpen te zoeken.

- je kunt op de afbeelding zien hoe een metaaldetector er uitziet.

5 Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

6 dat je iemand iets te leen geeft, zodat hij het kan gebruiken

7 Dat is balen, hè? (al. 3)

8 eigen antwoord, bijvoorbeeld: Synoniem; omschrijving; verwijswoord; de ontdekking / gevonden voorwerp / haar).

Nakijken opdracht 2

3. eigen antwoord, bijvoorbeeld:

- biologie - leer van het leven

- astrologie leer van de sterren

- criminologie leer van misdaden

- technologie leer van de techniek

- psychologie leer van de ziel

4.       

– bekende woorddelen: je herkent het woord ‘metaal’                              

- omschrijving: je kunt uit de tekst opmaken dat het gaat om een apparaat om voorwerpen te zoeken.

- je kunt op de afbeelding zien hoe een metaaldetector er uitziet.

5 Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

6 dat je iemand iets te leen geeft, zodat hij het kan gebruiken

7 Dat is balen, hè? (al. 3)

8 eigen antwoord, bijvoorbeeld: Synoniem; omschrijving; verwijswoord; de ontdekking / gevonden voorwerp / haar).

Nakijken opdracht 2

5 Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

6 dat je iemand iets te leen geeft, zodat hij het kan gebruiken

7 Dat is balen, hè? (al. 3)

8 eigen antwoord, bijvoorbeeld: 

Synoniem; omschrijving; verwijswoord; de ontdekking / gevonden voorwerp / haar.

Nakijken opdracht 4

3 C te makkelijk gezegd

4 B Het hoort erbij.

5 figuurlijk

1 + 2

- af en toe - incidenteel

- denken - redeneren

- gebruikt, heeft - hanteert

- goed doordacht plan - strategie

- loopbaan - carrière

- oplettend - alert

- rekening mee houden - calculeren in

- spannende beleving, kick - sensatie

- strafmaatregel - sanctie

- tegen de regels - onreglementair

- voor het klaar is - voortijdig

- wijst - duidt

Reflectie:
Wat ging bij jou goed tijdens deze les?
Wat kan nog iets beter?

Feedback
Wat vond je fijn/goed aan deze les?
Wat zou je liever anders willen zien?