1 Zet een streep onder de pv.
2 Zet de pv tussen zinsdeelstrepen.
Alles wat vóór de pv staat, is altijd een zinsdeel. Daar hoef je dus geen strepen meer te zetten.
3 Verander de woordvolgorde van de zin.
Alles wat nu vóór de pv staat, is weer een zinsdeel.
4 Ga hiermee door tot je alle zinsdelen hebt gevonden.