Jeelo: Bron 3449 Boek: Over de grens

Boek: Over de grens
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
Begrijpend lezenBasisschoolGroep 7

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Boek: Over de grens

Slide 1 - Diapositive

Ben jij wel eens over de Nederlandse grens geweest? Waar ging je naar toe?

Slide 2 - Question ouverte

Als mama of de juf zegt: "Jij gaat over mijn grens". Wat bedoelt ze dan?

Slide 3 - Question ouverte

Doel van de les:
- Je maakt kennis met een fragment uit het boek: Over de grens.
- Je leert over voordelen en nadelen van de Europese Unie. 
- Je leest over de Joris die enerzijds het fijn vindt om in vrijheid samen met opa te leven maar anderzijds ook weet dat zij verkeert bezig zijn en dat hij het liefst een eerlijk leven wil leiden.
- Je gebruikt je fantasie door een scene uit het verhaal te beschrijven en er een tekening bij te maken.
- Vindt je het verhaal leuk, mooi, spannend........je mag het boek van de juf lenen.

Slide 4 - Diapositive

Woordenschat:
In de tekst kom je de volgende "moeilijke woorden" tegen.
Bespreek samen met je schoudermaatje wat ze betekenen.....

Aanlokkelijk, ambtenaar, btw,  iemand heeft een "dikke nek",  betalen met een frank, frauderen, infraroodlamp, klassiek, kolen, kranig, MTV, spieden, gebruiken van een UV-lamp.




Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Welke munteenheid zie je op dit plaatje? Dus...................... is dit een verhaal van nu of van vroeger?

Slide 7 - Question ouverte

Wat zie je op het plaatje?

Slide 8 - Diapositive

Wat zie je op het plaatje?

Slide 9 - Question ouverte


A
infra- roodlamp
B
UV-lamp

Slide 10 - Quiz

Welk woord past bij:
- een vals paspoort gebruiken
- niet eerlijk bij de belasting aangeven wat je verdient

Slide 11 - Question ouverte

Wat is BTW?

Slide 12 - Diapositive

Wat is BTW?

Slide 13 - Question ouverte

Wat vooraf ging............

Slide 14 - Diapositive

De juf leest voor.............

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Voordeel: geen oorlog
Nadeel: niet altijd alles in je eigen land zelf kunnen beslissen................

Slide 17 - Question ouverte

Opa heeft aan Joris ouders belooft om goed voor hem te zorgen. Vindt je dat opa zich goed an zijn belofte houdt? Waarom wel of waarom niet?

Slide 18 - Question ouverte

Nederlanders hebben "dikke nekken" zegt Michelle. Waarom denk je dat Joris niet snapt wat ze bedoelt?

Slide 19 - Question ouverte

Deel 2

Slide 20 - Diapositive

Opdracht:
Samen met je schoudermaatje:



Maak er tenslotte ook een mooie tekening bij.

Slide 21 - Diapositive

Voorlezen?
Wie wil zijn verhaal voorlezen?

Slide 22 - Diapositive

Over welke "eerste keren" gaan deze hoofdstukken?
A
Michelle doet haar eerste klus voor opa en Joris wordt voor het eerst betrapt.
B
Joris gaat voor het eerst in België naar school en Michelle doet haar eerste klus voor opa.
C
Joris ziet Michelle voor het eerst en Joris doet zijn eerste klus voor opa.

Slide 23 - Quiz

Bij welk schoolvak hoort tekenen in Vlaanderen?
A
Bevo
B
Muzische vorming
C
Wero

Slide 24 - Quiz

Wat is de taak van Joris en Michelle in de handel van opa?
A
Ze moeten in de winkels met valse biljetten betalen want dan zijn ze goedkoper uit.
B
Ze moeten met een vals biljet iets kleins kopen om veel echt wisselgeld te krijgen.
C
Ze moeten proberen de vals biljetten om te ruilen voor echte.

Slide 25 - Quiz

Wat vindt Joris van het leven dat hij leidt?
A
Hij vindt het oké zolang zijn ouders in de gevangenis zitten.
B
Hij vindt het stoer om klusjes voor opa te doen en van land naar land te trekken.
C
Hij zou liever eerlijk zijn, ergens vast wonen en naar school gaan.

Slide 26 - Quiz