figuurlijk taalgebruik 3gt
1 / 19
La durée de la leçon est: 45 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Wat is figuurlijk taalgebruik?
A
Precies zoals het er staat.
B
Er wordt iets anders bedoeld dan er eigenlijk staat.
Slide 3 - Quiz
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Wat is een voorbeeld van figuurlijk taalgebruik?
A
Mijn kapper zit met haar handen in mijn haar.
B
De wedstrijd was onwijs spannend.
C
Onder de boom lag een dode vogel.
D
Ik zit met mijn handen in het haar.
Slide 7 - Quiz
Uitdrukkingen zijn figuurlijk taalgebruik.
A
waar
B
niet waar
Slide 8 - Quiz
Welke zin is figuurlijk taalgebruik?
A
Veronique draagt een gouden ring.
B
Hij scoorde ringloos in de basket.
C
Door hem ben ik nu de sigaar.
D
Hij rookte stiekem een sigaar.
Slide 9 - Quiz
Wat is geen voorbeeld van figuurlijk taalgebruik
A
Het zag zwart van de mensen
B
Ik vond het maar een mager cijfer
C
Mijn moeder zegt dat ik dat niet moet doen
D
Dat is niet iets om over naar huis te schrijven
Slide 10 - Quiz
Welke zin is figuurlijk taalgebruik?
A
Zij is op het paard getild.
B
Zij is over het paard getild.
Slide 11 - Quiz
Tim en Tom kunnen heel goed samen door één deur.
Wat is de letterlijke betekenis?
Wat is de letterlijke betekenis?
Slide 12 - Question ouverte
Tim en Tom kunnen heel goed samen door één deur.
Bij welk woord zoek je in het woordenboek naar
de figuurlijke betekenis?
Bij welk woord zoek je in het woordenboek naar
de figuurlijke betekenis?
Slide 13 - Question ouverte
Je raadt nooit wie ik gisteren tegen het lijf liep in de stad.
Wat is de letterlijke betekenis?
Wat is de letterlijke betekenis?
Slide 14 - Question ouverte
Je raadt nooit wie ik gisteren tegen het lijf liep in de stad.
Bij welk woord zoek je in het woordenboek naar
de figuurlijke betekenis?
Bij welk woord zoek je in het woordenboek naar
de figuurlijke betekenis?
Slide 15 - Question ouverte
Je raadt nooit wie ik gisteren tegen het lijf liep in de stad.
Zoek de betekenis en schrijf op.
Zoek de betekenis en schrijf op.
Slide 16 - Question ouverte
Mieke heeft thuis de vinger in de pap.
Wat is de letterlijke betekenis?
Wat is de letterlijke betekenis?
Slide 17 - Question ouverte
Mieke heeft thuis de vinger in de pap.
Bij welk woord zoek je in het woordenboek naar
de figuurlijke betekenis?
Bij welk woord zoek je in het woordenboek naar
de figuurlijke betekenis?
Slide 18 - Question ouverte
Mieke heeft thuis de vinger in de pap.
Zoek de betekenis en schrijf op.
Zoek de betekenis en schrijf op.
