Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Werkwoordspelling pv tt
Werkwoordspelling
- Pv tt
1 / 18
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Cette leçon contient
18 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Werkwoordspelling
- Pv tt
Slide 1 - Diapositive
Pv tt
Slide 2 - Diapositive
Persoonsvorm
Hoe vind je de persoonsvorm in een zin?
Slide 3 - Diapositive
Persoonsvorm
Hoe vind je de persoonsvorm in een zin?
- Tijd veranderen
Slide 4 - Diapositive
Persoonsvorm
Hoe vind je de persoonsvorm in een zin?
- Tijd veranderen > Hij loopt naar huis – Hij liep naar huis.
Werkwoord dat verandert = persoonsvorm!
Slide 5 - Diapositive
Persoonsvorm
Ik-vorm = Ik loop naar huis.
Hij/zij/jij/het-vorm = Hij loopt naar huis. [Ik-vorm + t]
Wij-vorm = Wij lopen naar huis. [Hele ww]
Slide 6 - Diapositive
Persoonsvorm
Hij/zij/jij/u/het =
ik-vorm
+
t
Hij
word
t
morgen 20 jaar.
Jij
besteed
t
veel geld aan kleding.
Zij
beantwoord
t
de vraag niet.
Slide 7 - Diapositive
Persoonsvorm
Let op: je kent een werkwoord vaak als voltooid deelwoord, maar dat is het niet altijd!
Veranderd, bepaald, verbaasd…
Slide 8 - Diapositive
Persoonsvorm
Jan
verandert
vaak zijn inrichting, maar Guus
heeft
nog nooit de inrichting
veranderd
.
Vorig jaar
heeft
Jan de vakantiebestemming
bepaald
, maar Guus
bepaalt
het dit jaar.
Slide 9 - Diapositive
Persoonsvorm
Let op: je/jij voor en achter de persoonsvorm.
Je
wordt
morgen 20 jaar.
Word
je
morgen 20 jaar?
Vul in: lopen
Slide 10 - Diapositive
Persoonsvorm
Let op: je/jij voor en achter de persoonsvorm.
Je vader
wordt
morgen 40 jaar.
Wordt
je vader morgen 40 jaar?
Vul in: lopen
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Diapositive
A
Goed
B
Fout - naderdt
C
Fout - nadert
Slide 13 - Quiz
Hij ___ vanavond wat we gaan eten.
A
bepaald
B
bepaaldt
C
bepaalt
Slide 14 - Quiz
___ je zusje morgen 12 jaar?
A
Word
B
Wordt
Slide 15 - Quiz
A
Goed
B
Fout - verkeerdt
C
Fout - verkeert
Slide 16 - Quiz
______ (verbazen) het je dat Peter altijd alles _______ (bepalen)?
A
verbaasd - bepaald
B
verbaasd - bepaalt
C
verbaast - bepaalt
D
verbaast - bepaald
Slide 17 - Quiz
Wat leuk dat ik ook op jullie bruiloft verwacht ________ !
A
word
B
wordt
Slide 18 - Quiz
Plus de leçons comme celle-ci
Werkwoordspelling + theorie 5 feb.
Février 2021
- Leçon avec
36 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Werkwoordspelling pv tt
Octobre 2024
- Leçon avec
15 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
3F Werkwoordspelling tt les 1
Septembre 2024
- Leçon avec
18 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
3F Werkwoordspelling tt
Février 2021
- Leçon avec
20 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
3F Werkwoordspelling voltooid deelwoord
Février 2021
- Leçon avec
20 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
3F Werkwoordspelling vd leerjaar 1
Avril 2021
- Leçon avec
20 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Werkwoordspelling
il y a 25 jours
- Leçon avec
17 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
3F Werkwoordspelling tt, vt
Février 2021
- Leçon avec
41 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1