Het Interbellum

1. De weg naar links in Rusland

1 / 48
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 48 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

1. De weg naar links in Rusland

Slide 1 - Diapositive

4

Slide 2 - Vidéo

02:27
Welk beeld heerste over Rusland in Europa?

Slide 3 - Question ouverte

03:04
In welke lagen van de Russische samenleving kwamen de eerste barsten in het systeem?

Slide 4 - Question ouverte

06:53
Wat waren de gevolgen van het afschaffen van het lijfeigenschap? Waarom veranderde het lot van de mensen niet echt?

Slide 5 - Question ouverte

08:01
Hoe heeft de opheffing van het lijfeigenschap onrechtstreeks wel bijgedragen tot het ontstaan van het idee van een revolutie?

Slide 6 - Question ouverte

Beeld in het westen van het Russische Rijk
Enorm groot gebied (moeilijk te veroveren)
Veel grondstoffen (bodemschatten)
Grote bevolking (grote legers)

Slide 7 - Diapositive

Maar: barsten Russische Rijk
Arme bevolking (meer dan 80% arme boeren)
Nauwelijks industrie (slechter bewapend dan moderne landen)
Zeer gelovige (Russische Orthodox)bevolking (niet geneigd te willen veranderen)
Onderdrukkende elite (de adel)
Bijna geen middenklasse (ondernemers)

Slide 8 - Diapositive

Arme boeren (80%)

Slide 9 - Diapositive

Winterpaleis Sint Petersburg

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Liberalisering => verboden
Harde oppositie < MARX 

Russische Sociaaldemocratische Arbeiderspartij 
MAAR: intern verdeeld 

 


Slide 12 - Diapositive

Verschil Bolsjewieken en mensjewieken (beide communistisch)
Bolsjewieken willen een keiharde revolutie op weg naar het communisme

Mensjewieken willen een gematigde overgang naar het communisme en eerst industrialisatie

Slide 13 - Diapositive

Bloedige zondag

Slide 14 - Diapositive


Bloedige Zondag
1905


De Russische bevolking protesteert én steunt de tsaar.
Uit paniek op het volk geschoten.
Gevolg: ontstaan Doema (volksvertegenwoordiging)

Slide 15 - Diapositive

Rusland in de 
Eerste Wereldoorlog


  • Veel boeren moeten het leger in gevolg: daling voedselproductie -> hongersnood
  • Grote verliezen aan het front. (1,5 miljoen)
  • Tsaar: treedt hard op tegen eigen bevolking en geen goede legerleider

-> het volk komt in opstand

Slide 16 - Diapositive

Februarirevolutie
Februari 1917

  • Voedselrellen en stakingen.
  • Demonstraties tegen de tsaar (opgezet vanuit sovjets).
  • Er komt een voorlopige regering van vooral mensjewieken 
  • Tsaar treedt af en wordt gearresteerd.

Slide 17 - Diapositive

Lenin's aprilstellingen
  1. Alle grond naar de boeren
  2. Alle macht naar de sovjet's
  3. Alle fabrieken aan de arbeiders
  4. Vrede met Duitsland


Slide 18 - Diapositive

Oktober Revolutie
1917
Onrust in Rusland blijft
Communisten Lenin en Trotsky grijpen de macht

Slide 19 - Diapositive

Wat hoort bij wie?
timer
0:15
Econoom en filosoof
Aprilstellingen
Tsaar
Vermoord in 1917
Romanov
Das Kapital
Leider bolsjewieken
Lenin
Karl Marx
Nicolaas II

Slide 20 - Question de remorquage

Revolutie 1905
Februari revolutie
Oktober revolutie
Rusland krijgt een parlement
Lenin grijpt de macht
Kerenski wordt regeringsleider
De Tsar treedt af
Rusland verliest strijd met Japan
Mensjewieken stappen op
Bolsjewieken negeren verkiezingsuitslag

Slide 21 - Question de remorquage

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

politiek: dictatoriaal
:
  • Geheime politie = TSJEKA
  • Rode Terreur en ‘zuiveringen’ 
  • Strafkampen voor tegenstanders (later: Goelag)



Slide 27 - Diapositive

Goulag: Strafkampen voor tegenstanders

Slide 28 - Diapositive

Economie = staatsgestuurd
Nieuwe Economische Politiek
NEP
Door de revolutie en burgeroorlog was er hongersnood ontstaan: 
economie moest hersteld worden. 

 Nieuwe Economische Politiek (NEP)

  • Boeren mogen weer deel van hun productie verkopen op de vrije markt.
  • Kleine particuliere bedrijven werden weer toegestaan

  • Banken en grote bedrijven (industrie) blijven wel in handen van de staat.

Dit was een succes: er ontstond welvaart. 


Slide 29 - Diapositive

In maart 1919 werd Stalin als één van de vijf leden van het bestuur van de Communistische Partij gekozen.
In april 1922 werd hij secretaris-generaal van de partij. 

Slide 30 - Diapositive

Stalin, de opvolger van Lenin
  • Joseph Dzjoegasjvili
  • In 1924 volgt Stalin Lenin op
  • Stalinisme
  • Totalitaire Bureaucratische politiestaat
  • uitschakeling tegenstand (Trotski) ==> GOELAG
  • Russificatie -  volksverhuizingen
  • plan economie
  • collectivisering 

Slide 31 - Diapositive

Planeconomie

Onder Stalin invoering planeconomie 
  • overheid bepaalt wat er in een land geproduceerd moet worden 
  • Iedere fabriek krijgt te horen wat er gemaakt moet worden in 5 jaar. 

Slide 32 - Diapositive

Collectivisatie
  • Boerderijen worden samengevoegd (= collectief) tot grote landbouwbedrijven (kolchoz)  => dit gebeurt niet vrijwillig!!!
  • Moeten grote hoeveelheden produceren voor de export => leidt tot hongersnoden.  
  • Oekraïne: ongeveer 7.5 miljoen doden door honger 

Slide 33 - Diapositive

Collectivisatie
  • Opstanden: verstoppen van graan en slachting van vee. 
  • Boeren en arbeiders die zich tegen de collectivisatie verzetten  werden vermoord of gedeporteerd naar Siberië.




Slide 34 - Diapositive

Onderwijs
Indoctrinatie partijleer
verspreiding communistische doctrine
ook jeugdorganisatie, vrije tijd, sport, .... 
maar ook: verdwijnen analfabetisme 

Slide 35 - Diapositive

Persoonsverheerlijking

  • Om het volk te laten zien dat hij de beste leider voor het beste volk, in het beste land was, liet Stalin zich graag afbeelden als een geweldige leider
  •  een vader voor het volk.

Slide 36 - Diapositive

Sociale schade
burgeroorlog Roden - Witten 
Rode Terreur olv Lenin en Bosljewieken 
Goelags
Grote Zuivering Stalin
Hongersnoden: HOLODOMOR in Oekraine

Slide 37 - Diapositive


De Grote Zuivering

  • Stalin zag overal tegenstanders, vooral in mensen die een belangrijke rol in het bestuur of leger hadden.
  • Tussen 1934 en 1938 laat Stalin rond de 1 miljoen 'tegenstanders' oppakken en veroordelen.
  • De Sovjet-Unie wordt zo 'gezuiverd'.

Slide 38 - Diapositive



  • ...en ze waren zeer effectief! De angst onder de bevolking was groot. 
  • Zelfs zó groot dat mensen niet meer op een familiefoto met deze 'verraders' wilden worden vertoond.

Slide 39 - Diapositive

Holodomor 
  • Collectivisatie mislukt, grote voedseltekorten
  • 1932-1943
  •  2,5 tot 7,5 miljoen Oekraïniërs 
  • Genocide?

Slide 40 - Diapositive

Komsomol: de jongerenorganisatie van de Sovjet-Unie
Al het goede kwam van vadertje Stalin!

Slide 41 - Diapositive

Bij wie hoort het begrip: Lenin of Stalin?
Lenin
Stalin
Nep
vijfjarenplan
Collectivisatie landbouw
Oktoberrevolutie
Goelag
Censuur

Slide 42 - Question de remorquage

In welk jaar kwam Stalin aan de macht?
A
1917
B
1921
C
1924
D
1929

Slide 43 - Quiz

Wat was geen maatregel van het totalitaire dictatuur van Stalin?
A
Kolchozen
B
Planeconomie
C
Tsjeka
D
Koelakken

Slide 44 - Quiz

Stalin collectiviseerde de landbouw. Wat betekent dat?
A
Bestaande boerderijen werden samengevoegd tot grote boerderijen van de staat
B
Bestaande boerderijen werden samengevoegd
C
Alle boeren moesten aan akkerbouw en veeteelt gaan doen
D
Stalin pikte alle boerderijen voor zichzelf in.

Slide 45 - Quiz

Wat was de echte naam van Jozef Stalin?
A
Jozef Vladimirovitsj Ioeljanov
B
Filchenkov Yegor Yemelyanovich
C
Josif Andropov Bjoeliarsvili
D
Ioseb dze Besarionis Dzjoegasjvili

Slide 46 - Quiz

Slide 47 - Diapositive

Slide 48 - Diapositive