H8: Voorkennis / Machten - 3M

Start geen nieuwe vergadering
Accepteer 
in LessonUp c
deze les. Als het c
kan o
p een 2e device.
Welkom   wiskunde!
Stel je camera, microfoon en profielfoto
goed

in.
Wat gaan we doen?
●  Lesdoel bespreken
●  Terugblik: H2, H7
●  Uitleg: vk8
●  zelfstandig werken
bij
We gaan zo starten.
Pak je wiskundespullen.
1 / 46
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 46 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Start geen nieuwe vergadering
Accepteer 
in LessonUp c
deze les. Als het c
kan o
p een 2e device.
Welkom   wiskunde!
Stel je camera, microfoon en profielfoto
goed

in.
Wat gaan we doen?
●  Lesdoel bespreken
●  Terugblik: H2, H7
●  Uitleg: vk8
●  zelfstandig werken
bij
We gaan zo starten.
Pak je wiskundespullen.

Slide 1 - Diapositive

Lesdoel
●  Je kent de begrippen macht, grondtal en exponent.
●  Je kunt een macht uitspreken en berekenen
 met en zonder de rekenmachine.
●  Je kent de begrippen duizend, miljoen, miljard, biljoen
 en je kunt dit schrijven als macht van 10.
●  Je kunt getallen op de juiste manier afronden.
●  Je kunt de rekenvolgorde op de juiste
 manier toepassen.


H7: Oppervlakte en inhoud
VK 2D en 3D
1. Eenheden omrekenen
2. Oppervlakte en omtrek
3. Oppervlakte ruimtefiguren
4. Inhoud
5. Oppervlakte en vergroten
6. Inhoud en vergroten

H8: Getallen
VK Machten
1. Grote getallen
2. Wetenschappelijke notatie
3. Eenheden van tijd
4. Eenheden van snelheid
5. Verhoudingen
H2: Meetkunde
VK Rekenen en Pythagoras
4. Aanzichten

Slide 2 - Diapositive

Als je met de auto rijdt dan meet je de snelheid in
A
kilometers
B
liters
C
grammen
D
km/uur

Slide 3 - Quiz

Wat zijn de eenheden van lengte op volgorde van groot naar klein?

Slide 4 - Question ouverte

Welk aanzicht is naast het bovenaanzicht getekend?
voor
A
rechterzijaanzicht
B
linkerzijaanzicht
C
vooraanzicht
D
achteraanzicht

Slide 5 - Quiz

Wat is de formule voor de oppervlakte van een driehoek?
A
opp.Δ=0,5lb
B
Opp.Δ=0,5zbh
C
Opp.Δ=lb
D
Opp.Δ=zbh

Slide 6 - Quiz

Wat is de formule voor de oppervlakte van een cirkel?
A
opp.cirkel=πstraat2
B
opp.cirkel=diameterπ
C
opp.cirkel=πstraal2h
D
opp.cirkel=diameterπh

Slide 7 - Quiz

Wat is de formule voor de inhoud van een cilinder?
A
I.cilinder=lbh
B
I.cilinder=0,5zbhh
C
I.cilinder=πstraal2h
D
I.cilinder=diameterπh

Slide 8 - Quiz

Als de vergrotingsfactor groter is dan 1, dan zal het beeld groter/kleiner zijn dan het origineel?
A
groter
B
kleiner

Slide 9 - Quiz

Als de vergrotingsfactor tussen 0 en 1, dan zal het beeld groter/kleiner zijn dan het origineel?
A
groter
B
kleiner

Slide 10 - Quiz

Wat gebeurd er als de vergrotingsfactor precies 1 is?

Slide 11 - Question ouverte







  • Hoe reken je dit uit?
  • Hoe toets je het in op je rekenmachine?




34
Macht
Exponent
Grondtal

Slide 12 - Diapositive

Grote getallen
Hoeveel nullen heeft: duizend? miljoen? miljard?
  • 1 duizend = 1 000 (3 nullen) = 10 x 10 x 10 = 103
  • 1 miljoen = 1 000 000 (6 nullen) = 106
  • 1 miljard = 1 000 000 000 (9 nullen) = 109
  • 1 biljoen = 1 000 000 000 000 (12 nullen) = 1012
  • Deze kun je ook schrijven als macht van 10.



Slide 13 - Diapositive

Grote getallen
Hoeveel nullen heeft: duizend? miljoen? miljard?
  • 1 duizend = 1 000 (3 nullen) = 10 x 10 x 10 = 103
  • 1 miljoen = 1 000 000 (6 nullen) = 106
  • 1 miljard = 1 000 000 000 (9 nullen) = 109
  • 1 biljoen = 1 000 000 000 000 (12 nullen) = 1012
  • Deze kun je ook schrijven als macht van 10.



Slide 14 - Diapositive

Grote getallen
Hoeveel nullen heeft: duizend? miljoen? miljard?
  • 1 duizend = 1 000 (3 nullen) = 10 x 10 x 10 = 103
  • 1 miljoen = 1 000 000 (6 nullen) = 106
  • 1 miljard = 1 000 000 000 (9 nullen) = 109
  • 1 biljoen = 1 000 000 000 000 (12 nullen) = 1012
  • Deze kun je ook schrijven als macht van 10.



Slide 15 - Diapositive

Grote getallen
Hoeveel nullen heeft: duizend? miljoen? miljard?
  • 1 duizend = 1 000 (3 nullen) = 10 x 10 x 10 = 103
  • 1 miljoen = 1 000 000 (6 nullen) = 106
  • 1 miljard = 1 000 000 000 (9 nullen) = 109
  • 1 biljoen = 1 000 000 000 000 (12 nullen) = 1012
  • Deze kun je ook schrijven als macht van 10.



Slide 16 - Diapositive

Grote getallen
Hoeveel nullen heeft: duizend? miljoen? miljard?
  • 1 duizend = 1 000 (3 nullen) = 10 x 10 x 10 = 103
  • 1 miljoen = 1 000 000 (6 nullen) = 106
  • 1 miljard = 1 000 000 000 (9 nullen) = 109
  • 1 biljoen = 1 000 000 000 000 (12 nullen) = 1012
  • Deze kun je ook schrijven als macht van 10.



Slide 17 - Diapositive

Grote getallen
Hoeveel nullen heeft: duizend? miljoen? miljard?
  • 1 duizend = 1 000 (3 nullen) = 10 x 10 x 10 = 103
  • 1 miljoen = 1 000 000 (6 nullen) = 106
  • 1 miljard = 1 000 000 000 (9 nullen) = 109
  • 1 biljoen = 1 000 000 000 000 (12 nullen) = 1012
  • Deze kun je ook schrijven als macht van 10.



Slide 18 - Diapositive

Schrijf 5,78 miljoen met alleen cijfers.

Slide 19 - Question ouverte

Schrijf met het woord miljoen, rond af op één decimaal:
1.234.567

Slide 20 - Question ouverte

Bereken met je rekenmachine en rond af op twee decimalen:

5,64

Slide 21 - Question ouverte

Rekenvolgorde
1.

2.

3.

4.



Haakjes wegwerken
Vermenigvuldigen en delen. (L naar R)
Optellen en aftellen (L naar R)
Kwadrateren en worteltrekken.

Slide 22 - Question de remorquage

Goede notatie:
    164    : 23 +    253    :  54  =


    

Slide 23 - Diapositive

Goede notatie:
    164    : 23 +    253    :  54  =


    

Slide 24 - Diapositive

Goede notatie:
    164    : 23 +    253    :  54  =
65 536 : 23 +    253    :  54  = 

    

Slide 25 - Diapositive

Goede notatie:
    164    : 23 +    253    :  54  =
65 536 : 23 +    253    :  54  = 

    

Slide 26 - Diapositive

Goede notatie:
    164    : 23 +    253    :  54  =
65 536 : 23 +    253    :  54  = 

    

Slide 27 - Diapositive

Goede notatie:
    164    : 23 +    253    :  54  =
65 536 : 23 +    253    :  54  = 
65 536 :   8  +    253    :  54  = 

    

Slide 28 - Diapositive

Goede notatie:
    164    : 23 +    253    :  54  =
65 536 : 23 +    253    :  54  = 
65 536 :   8  +    253    :  54  = 

    

Slide 29 - Diapositive

Goede notatie:
    164    : 23 +    253    :  54  =
65 536 : 23 +    253    :  54  = 
65 536 :   8  +    253    :  54  = 

    

Slide 30 - Diapositive

Goede notatie:
    164    : 23 +    253    :  54  =
65 536 : 23 +    253    :  54  = 
65 536 :   8  +    253    :  54  = 
65 536 :   8  + 15 625 :  54  =

    

Slide 31 - Diapositive

Goede notatie:
    164    : 23 +    253    :  54  =
65 536 : 23 +    253    :  54  = 
65 536 :   8  +    253    :  54  = 
65 536 :   8  + 15 625 :  54  =

    

Slide 32 - Diapositive

Goede notatie:
    164    : 23 +    253    :  54  =
65 536 : 23 +    253    :  54  = 
65 536 :   8  +    253    :  54  = 
65 536 :   8  + 15 625 :  54  =

    

Slide 33 - Diapositive

Goede notatie:
    164    : 23 +    253    :  54  =
65 536 : 23 +    253    :  54  = 
65 536 :   8  +    253    :  54  = 
65 536 :   8  + 15 625 :  54  =
65 536 :   8  + 15 625 : 625 =
    

Slide 34 - Diapositive

Goede notatie:
    164    : 23 +    253    :  54  =
65 536 : 23 +    253    :  54  = 
65 536 :   8  +    253    :  54  = 
65 536 :   8  + 15 625 :  54  =
65 536 :   8  + 15 625 : 625 =
    

Slide 35 - Diapositive

Goede notatie:
    164    : 23 +    253    :  54  =
65 536 : 23 +    253    :  54  = 
65 536 :   8  +    253    :  54  = 
65 536 :   8  + 15 625 :  54  =
65 536 :   8  + 15 625 : 625 =
    

Slide 36 - Diapositive

Goede notatie:
    164    : 23 +    253    :  54  =
65 536 : 23 +    253    :  54  = 
65 536 :   8  +    253    :  54  = 
65 536 :   8  + 15 625 :  54  =
65 536 :   8  + 15 625 : 625 =
        8 192      + 15 625 : 625 =  

Slide 37 - Diapositive

Goede notatie:
    164    : 23 +    253    :  54  =
65 536 : 23 +    253    :  54  = 
65 536 :   8  +    253    :  54  = 
65 536 :   8  + 15 625 :  54  =
65 536 :   8  + 15 625 : 625 =
        8 192      + 15 625 : 625 =  

Slide 38 - Diapositive

Goede notatie:
    164    : 23 +    253    :  54  =
65 536 : 23 +    253    :  54  = 
65 536 :   8  +    253    :  54  = 
65 536 :   8  + 15 625 :  54  =
65 536 :   8  + 15 625 : 625 =
        8 192      + 15 625 : 625 =  

Slide 39 - Diapositive

Goede notatie:
    164    : 23 +    253    :  54  =
65 536 : 23 +    253    :  54  = 
65 536 :   8  +    253    :  54  = 
65 536 :   8  + 15 625 :  54  =
65 536 :   8  + 15 625 : 625 =
        8 192      + 15 625 : 625
        8 192      +             25          = 

Slide 40 - Diapositive

Goede notatie:
    164    : 23 +    253    :  54  =
65 536 : 23 +    253    :  54  = 
65 536 :   8  +    253    :  54  = 
65 536 :   8  + 15 625 :  54  =
65 536 :   8  + 15 625 : 625 =
        8 192      + 15 625 : 625
        8 192      +             25          = 

Slide 41 - Diapositive

Goede notatie:
    164    : 23 +    253    :  54  =
65 536 : 23 +    253    :  54  = 
65 536 :   8  +    253    :  54  = 
65 536 :   8  + 15 625 :  54  =
65 536 :   8  + 15 625 : 625 =
        8 192      + 15 625 : 625
        8 192      +             25          = 

Slide 42 - Diapositive

Goede notatie:
    164    : 23 +    253    :  54  =
65 536 : 23 +    253    :  54  = 
65 536 :   8  +    253    :  54  = 
65 536 :   8  + 15 625 :  54  =
65 536 :   8  + 15 625 : 625 =
        8 192      + 15 625 : 625
        8 192      +             25          = 8 217

Slide 43 - Diapositive

Goede notatie:
    164    : 23 +    253    :  54  =
65 536 : 23 +    253    :  54  = 
65 536 :   8  +    253    :  54  = 
65 536 :   8  + 15 625 :  54  =
65 536 :   8  + 15 625 : 625 =
        8 192      + 15 625 : 625
        8 192      +             25          = 8 217

Slide 44 - Diapositive

Huiswerk week 10

Maken van H8:

Voorkennis H8 -> blz. 106-107: opg. 1 t/m 14

Paragraaf 8.1 volgens van jouw leerroute

Paragraaf 8.2 theorie I volgens van jouw leerroute


Nakijken en verbeteren:

Huiswerk van H2,  H7 en H8 tot nu toe.



Testopgaven: 
A -> blz. 109
B -> blz. 113
C -> blz. 118
D -> blz. 122 

Slide 45 - Diapositive

Welk leerpunt neem jij mee uit deze les?

Slide 46 - Carte mentale