Woordstrategie

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

WOORDSTRATEGIE

Weet je nog wat een strategie is?
Wanneer gebruik je een strategie?
Waarom gebruik je een strategie?

Geef eens een voorbeeld van een situatie waarin jij een bepaalde stratgie gebruikt.

Wanneer gebruik je een woordstrategie?

woordstrategie 1

Vraag jezelf af of het nodig is om de betekenis van het woord te kennen. Op basis waarvan bepaal je dat?

woordstrategie 2

Kijk of je een gedeelte van het woord kent.

woordstrategie 3

Lees een stukje terug of een stukje verder. Je kijkt dan naar de context. Misschien ken je nu de betekenis.

woordstrategie 4

Kijk of er in de tekst een omschrijving of een definitie van het woord staat.

woordstrategie 5

Lees een stukje terug of een stukje verder. Je kijkt dan naar de context. Misschien ken je nu de betekenis.

woordstrategie 6

Kijk of er een synoniem in de tekst staat. Weet je nog wat een synoniem is?

woordstrategie 7

Kijk of er een tegenstelling in de tekst staat. Weet je nog wat een tegenstelling is?

woordstrategie 8

Kijk of er een voorbeeld van het woord in de tekst staat.

De jongen toont veel berouw van zijn daden. Zijn moeder vindt het prettig dat haar zoon spijt heeft.
In de bovenstaande zin staat een:

1. tegenstelling
2. voorbeeld
3. synoniem
4. omschrijving

In elke tekst staat een tegenstelling.

1. Juist
2. Onjuist

Is de onderstaande zin een tegenstelling?
Ik houd van spruitjes, maar mijn broertje vindt ze ontzettend vies.

1. juist
2. Onjuist

Staat er in de onderstaande zin een voorbeeld?
Jordan houdt van Mexicaans eten. Denk dan aan gevulde tortilla's, bonen met rijst en guacamole.

1. Juist
2. Onjuist

Herhaling

Welke woordstrategieën hebben we deze les behandeld?

Zouden er nog meer woordstrategieën zijn? Zou je een voorbeeld kunnen geven?

De volgende les:

We bespreken de weekdoelen.
Heb je die gehaald? Hoe weet je dat?

Uitleg over voor- en achtervoegsels