3hv - Les 7 - modale werkwoorden

1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Modalverben auf Deutsch:

Slide 5 - Diapositive

Wat betekent het modale ww in deze zin: Ich mag diesen Busfahrer.
A
mag
B
aardig vinden
C
moet
D
willen

Slide 6 - Quiz

Wat betekent het modale ww:
Wer weiß die richtige Antwort?
A
wil
B
moet
C
kan
D
weet

Slide 7 - Quiz

Wat betekent het modale ww in deze zin: Ich soll zu Hause bleiben.
A
moet
B
zal
C
will
D
kan

Slide 8 - Quiz

Wat betekent het modale ww in deze zin: Du darfst hier nicht rauchen!
A
moet
B
kunt
C
mag
D
zult

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Du ... nicht töten!
A
sollst
B
musst

Slide 12 - Quiz

Die Coach ist schmutzig. Der Hund .... darauf gelegen haben.
A
soll
B
muss

Slide 13 - Quiz

Mein Vater ist krank, ich ... nach Hause fahren.
A
soll
B
muss

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive