Mozaiek Europa verovert de wereld - 2.4 deel 1 Slaven worden vrij

Lesopzet
K: Presentatie §2.4 (deel 1)
Z: maken §2.4 (tm vraag 7)
Klaar? Ga verder met je studiewijzer.

1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 29 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Lesopzet
K: Presentatie §2.4 (deel 1)
Z: maken §2.4 (tm vraag 7)
Klaar? Ga verder met je studiewijzer.

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Vorige keer...
  • Je kunt uitleggen welke sociale en culturele gevolgen het modern imperialisme had. 

Slide 3 - Diapositive

Rangorde
Bovenaan:
  • Nederlandse mannen
  • Bestuurders, soldaten of een bedrijf. 

Slide 4 - Diapositive

Rangorde
Vrouwen:
  • Meestal weinig witte vrouwen.
  • Trouwen met inheemse

Slide 5 - Diapositive

Rangorde
Indo's: 
  • Kinderen van Nederlanders en Indonesiërs
  • Lichtere huid = hogere status. 

Slide 6 - Diapositive

Modern Imperialisme & cultuur
  • Eerst bekeren tot Christen.
  • 1900: Scholen die Europese kennis en cultuur overdragen.

Slide 7 - Diapositive

Gevolgen scholing
  • Willem van Oranje, ieder mens gelijk, etc.
  • In de praktijk: geen inspraak
  • Hierdoor begin van Indonesisch Nationalisme.

Slide 8 - Diapositive

Deze keer...
  • Je kunt 3 argumenten noemen waarmee slavernij in de 19e eeuw werd verdedigd. 
  • Je kunt twee argumenten noemen waarmee abolitionisten slavernij verwierpen & hoe zij anderen probeerden te overtuigen.

Slide 9 - Diapositive

Je kunt 3 argumenten noemen waarmee slavernij in de 19e eeuw werd verdedigd. 

Slide 10 - Diapositive

Waarom slavernij?


  • Veel plantages lagen in Zuid-Amerika en waren bezit van Europeanen.
  • Plantageproducten, zoals koffie, tabak, katoen en suiker, zijn erg populair in Europa.
  • Om de producten te verbouwen waren veel landarbeiders nodig.
  • De oorspronkelijke bewoners (Indianen) van dit gebied waren volgens de Europeanen 'ongeschikt' voor deze arbeid...of al uitgemoord in de eeuwen ervoor...



Slide 11 - Diapositive

Reden 1
In de bijbel staat volgens sommigen dat  donkere mensen knecht zijn. 

Slide 12 - Diapositive

Reden 2
Aziaten en Afrikanen kunnen niet omgaan met vrijheid. (White man's burden.)

Slide 13 - Diapositive

Reden 3
Zonder slavernij geen winst in de koloniën.

Slide 14 - Diapositive

Slaven vervoer

  • Vervoer en behandeling van de tot slaaf gemaakten was vreselijk
  • Ze werden vaak naakt en geketend aan elkaar vervoerd
  • Onhygiënische en ziekmakende omstandigheden leidden vaak tot de dood
  • Een slavenschip kon je soms op 5 zeemijlen (9 kilometer) afstand ruiken







Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slavenmarkten

  • De slaven die het overleefden werden verkocht op slavenmarkten
  • Daar werden ze 'opgepoetst' om er goed uit te zien.
  • Ze waren niet goedkoop: ongeveer 200 gulden. Dat zou tegenwoordig ongeveer €2000 zijn. Voor die tijd waren dit enorme bedragen.
  • ...maar eigenlijk kocht je dus een mens voor een paar duizend euro...







Slide 17 - Diapositive


Op de plantages

  • De slaven moesten hard werken onder vreselijke omstandigheden
  • Regelmatig werden ze mishandeld en/of misbruikt
  • Ze werden soms gebrandmerkt, net zoals dat bij vee gebeurt. Hiermee kon iedereen zien wie de eigenaar van de slaaf was
  • De meeste plantagehouders hadden blanke opzichters in dienst, maar er waren ook zwarte opzichters: de basja’s








Een halsklem en handboeien waarmee de slaven gevangen worden gehouden.

Slide 18 - Diapositive


Opstanden

  • Slavenopstanden kwamen maar weinig voor. Dit kwam omdat:
  1. de slavenhouders de slaven geboeid hadden
  2. de slavenhouders goed bewapend waren
  3. de slaven uit verschillende delen van Afrika kwamen en elkaar daardoor niet goed begrepen. Ze konden zich daardoor niet organiseren








Er is een aantal slavenopstanden geweest, bijvoorbeeld die onder leiding van Boni in Suriname (1757-1793) en die van Tula op Curaçao (1795)

Op de foto zie je Desenkadena ('verbreken van de ketenen'), ook wel het Tula monument genoemd. Het staat op de plek waar de opstand begon.

Slide 19 - Diapositive


Europese slaven

  • Tussen 1600 en 1800 zijn, naast de Afrikaanse slaven, ook rond de 1 miljoen slaven uit Europa verhandeld.
  • Sommigen waren bijvoorbeeld gevangen genomen door piraten.
  • Deze blanke christenslaven hadden overigens wel een beter bestaan dan de meeste Afrikaanse slaven, en werden vaak ook vrijgekocht








Slide 20 - Diapositive

Je kunt twee argumenten noemen waarmee abolitionisten slavernij verwierpen & hoe zij anderen probeerden te overtuigen.

Slide 21 - Diapositive


De Verlichting

  • Periode (vanaf ongeveer 1700) waarin mensen hun kennis (willen) vergroten, door steeds meer uit te gaan van het verstand.
  • Ze waren daarbij kritisch: niet zomaar alles aannemen omdat een koning of de kerk dat zegt.

  • Ze vinden dat iedereen vrij en gelijkwaardig moet zijn: arm of rijk, slim of dom

Slide 22 - Diapositive


Abolitionisme

  • To abolish betekent in het Engels 'afschaffen'
  • Abolitionisten willen slavernij afschaffen
  • Reden 1: Het past niet bij de ideeën van de Verlichting: mensen zijn gelijkwaardig.
  • Reden 2: Het christendom: mensen moeten voor elkaar zorgen








Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Video
Histoclips: Slavernij
tot 8:08

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Vidéo

Deze keer...
  • Je kunt 3 argumenten noemen waarmee slavernij in de 19e eeuw werd verdedigd. 
  • Je kunt twee argumenten noemen waarmee abolitionisten slavernij verwierpen & hoe zij anderen probeerden te overtuigen.

Slide 28 - Diapositive

Lesopzet
K: Presentatie §2.4 (deel 1)
Z: maken §2.4 (tm vraag 7)
Begin op blz. 96
Klaar? Ga verder met je studiewijzer.

Slide 29 - Diapositive