Hoofdstuk 4: chemische reacties

• Natuurkunde
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 3

Hoofdstuk 4 Stoffen

Leerdoelen

Hoofdstuk 4 paragraaf 4 : Chemische reacties

4.4.1 Je kunt een aantal chemische reacties herkennen die veel in het dagelijks leven voorkomen.

4.4.2 Je kunt toelichten dat bij een chemische reactie zowel stoffen verdwijnen als stoffen ontstaan.

4.4.3 Je kunt aan de hand van een reactieschema uitleggen wat er gebeurt bij een ontledingsreactie en een verbrandingsreactie.

4.4.4 Je kunt uitleggen wat er nodig is om een verbrandingsreactie op gang te brengen.

4.4.5 Je kunt beschrijven hoe corrosie verloopt bij ijzer en bij andere veelgebruikte metalen.

00:50

Waarmee verbindt het ijzer poeder zich?

1. lucht
2. koolstofdioxide
3. zuurstof
4. vuur

02:05

Lost ijzer op?

1. Ja
2. Nee
3. Ja maar heel langzaam

03:37

Om schaatsen te beschermen tegen roesten doe je

1. het lakken
2. schuren
3. in de vet zetten
4. nooit schaatsen

06:06

Hoe noem je metalen die nooit roesten?

1. Edelmetalen
2. Supermetalen
3. Sterke metalen
4. roestvrije metalen

moleculen en atomen

een stof heeft 1 type molecuul.

Dit molecuul is opgebouwd uit atomen.

je hebt de stof water

het molecuul heeft de samenstelling H2O

de gebruikte atomen zijn 2 keer H (waterstof) en 1 keer O (zuurstof)

atomen zijn de bouwstenen

de samenstelling van de atomen zorgen voor een molecuul

de moleculen van een stof veranderen niet

of de stof nu vast, vloeibaar of gasvormig is dat maakt niet uit het blijven dezelfde moleculen. 

ook al veranderd de fase de moleculen blijven hetzelfde

reactie

bij fase overgangen verandert de samenstelling van deze moleculen niet.

Bij een chemische reactie gebeurt dit wel. 

Het is dan ook niet omkeerbaar. 

je begint met de beginstoffen, tijdens de chemische reactie wordt er een nieuwe samenstelling van de atomen gemaakt--> ontstaan nieuwe stoffen.

je eindigt met reactieproducten. 

ontledingsreactie

bij een ontledingsreactie begin je uit 1 beginstof.

tijdens de reactie worden de atomen van deze begin stof los getrokken en herverdeeld 

00:41

Welke kant heeft nu meer "water" zitten?

1. Positieve kant
2. Negatieve kant

verbranding reactie 

Veel stoffen reageren met zuurstof. Gebeurd dit langzaam heet dit oxideren, gebeurd dit snel (vaak met vlammen) noem je dit verbranden.

De tempratuur waarbij een stof gaat verbranden is bij elke stof anders. Gebeurd dit al bij een hele lage tempratuur noem je de stof licht ontvlambaar.

01:10

Hoe lang mag je maximaal wachten?

1. 20 seconden
2. 1 minuut
3. 2 minuten
4. 5 minuten

Verbranding

Stoffen verbranden op verschillende manieren. Een gasvormige brandstof zoals aardgas kun je direct mengen met lucht en aansteken. Een vloeibare brandstof zoals benzine moet je eerst laten verdampen. De damp kun je aansteken, de vloeistof zelf niet. Een vaste brandstof zoals hout of papier moet je eerst verhitten, zodat de stof gaat ontleden. De gassen die daarbij ontstaan, kun je in brand steken

Hoofdstuk 4 Stoffen

Huiswerk nakijken.

Bij de docent kan je nakijkbladen halen.

Huiswerk staat in magister voor de volgende les.

Proefwerk 21-1-2025