H6.6 - Centrummaten deel 1

Centrummaten deel 1
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Centrummaten deel 1

Slide 1 - Diapositive

Lesdoel
Aan het einde van deze les kan ik een gemiddelde, mediaan en modus berekenen van een rij waarnemingsgetallen

Slide 2 - Diapositive

Waarom?
Centrummaten zijn belangrijk in de statistiek omdat ze ons helpen een centraal of gemiddeld punt in een dataset te identificeren. Ze geven ons informatie over het "midden" van de gegevensverdeling. De drie belangrijkste centrummaten zijn de mediaan, het gemiddelde en de modus.

Slide 3 - Diapositive

Gemiddelde

Slide 4 - Diapositive

Voorbeeld 
gemiddelde

Slide 5 - Diapositive

Mediaan
Als er een uitschieter bij zit, dan is het slimmer om de mediaan te berekenen (denk aan het voorbeeld van het gemiddelde)

Slide 6 - Diapositive

Voorbeeld mediaan (oneven aantal getallen)
Bereken de mediaan van de volgende waarnemingsgetallen:
10, 4, 6, 9, 1, 3 en 100
 Stap 1: Zet de getallen van klein naar groot
1, 3, 4, 6, 9, 10, 100
Stap 2: Zoek het middelste getal op (7:2=3,5 dus het 4e getal!)
1, 3, 4,            6,             9, 10, 100
Dus de mediaan is 6

Slide 7 - Diapositive

Voorbeeld mediaan (even aantal getallen)
Bereken de mediaan van de volgende  waarnemingsgetallen
9, 6, 4, 7, 6, 10, 9, 3, 6 en 7
Stap 1: Zet de getallen van klein naar groot
3, 4, 6, 6, 6, 7, 7, 9, 9, 10
Stap 2: Zoek de middelste 2 getallen (10:2=5, dus het 5e en 6e getal!)
3, 4, 6, 6,     6, 7,      7, 9, 9, 10
Stap 3: Bereken het gemiddelde van de 2 middelste getallen
(6 + 7) : 2 = 6,5

Slide 8 - Diapositive

Bereken de mediaan van de volgende waarnemingsgetallen
A
1
B
12
C
8
D
6

Slide 9 - Quiz

Modus
Soms geeft het getal dat het meeste voorkomt het beste beeld van een serie waarnemingsgetallen.
Komen er twee of meer waarnemingsgetallen voor met de grootste frequentie, dan is er geen modus

Slide 10 - Diapositive

Voorbeeld modus
Bereken de modus van de volgende waarnemingsgetallen
9, 6, 4, 7, 6, 10, 9, 3, 6 en 7

De modus is 6, want die komt het meeste voor.

Slide 11 - Diapositive

Bereken de modus van de volgende waarnemingsgetallen
A
12
B
1
C
13
D
8

Slide 12 - Quiz

Uitlegvideo's
Toch nog iets niet begrepen, kijk dan zelf nog eens naar de video's in de volgende slides.

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

Huiswerk
Voor donderdag 30 maart

m. par. 6.6, oef. 49, 50, 51, 53

Slide 15 - Diapositive