Poëzie en rijm

Poezie, hoe doe je dat?







Les gemaakt op basis van het boek 
Olijven moet je leren lezen  van Ellen Deckwitz
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Poezie, hoe doe je dat?







Les gemaakt op basis van het boek 
Olijven moet je leren lezen  van Ellen Deckwitz

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Lien

Welk woord ontbreekt er in het raadgedicht?

Slide 3 - Question ouverte

Slide 4 - Vidéo

Waarom heet dit filmpje 'De slechtste rapper van de straat'?

Slide 5 - Question ouverte

Soorten rijm
  • Eindrijm
  • Beginrijm 
  • middenrijm

Slide 6 - Diapositive

Welke woorden rijmen niet?
A
pet - bed
B
Schoen - doen
C
dame - game
D
cool - doel

Slide 7 - Quiz

Rijm en lettergrepen
Als een woord meerdere lettergrepen heeft, is het belangrijk dat de klemtoon op de juiste lettegreep ligt.

Slide 8 - Diapositive

Welke woorden rijmen niet mooi?
A
halen - balen
B
balkon - ozon
C
gezin - kin
D
aardbeving - trouwring

Slide 9 - Quiz

Beginrijm (alliteratie)
  • Rijm vindt plaats aan het begin van het woord. 
  • Het gaat om de medeklinker
Voorbeeld: 
Liesje leerde lotje lopen
Hoe hard hij holde

Slide 10 - Diapositive

Middenrijm (assonantie)
alleen de (beklemtoonde) klinkers rijmen
Voorbeelden:
rode boten varen stil
schuimend rui

Slide 11 - Diapositive

rijmschema's
de manier waarop rijmwoorden (van eindrijm) ten opzichte van elkaar gerangschikt staan.
De eerste rijmklank krijgt de A en elke volgende: een volgende letter uit het alfabet.  
 

Slide 12 - Diapositive

Rijmschema
IJspret

Het wordt echt koud, de sloten vriezen dicht
En dus verheug ik mij op winterpret
Ik haal mijn oude schaatsen uit het vet
Voor als er straks een flinke ijslaag ligt

Mijn kind moet dit natuurlijk ook beleven
Dus stel ik voor dat scholen ijsvrij geven











Slide 13 - Diapositive

Rijmschema
IJspret

Het wordt echt koud, de sloten vriezen dicht     A
En dus verheug ik mij op winterpret                       B
Ik haal mijn oude schaatsen uit het vet                 B
Voor als er straks een flinke ijslaag ligt                  A

Mijn kind moet dit natuurlijk ook beleven             C
Dus stel ik voor dat scholen ijsvrij geven               C











Slide 14 - Diapositive

Sonnet schrijven
  • Dichtvorm uit de 13e eeuw
  • Klinken mooi door eindrijm
  • Vast vorm van 14 regels
  • Vast rijmschema: abba abba cdc dcd
  • Na de 8e regel vindt er een volta (wending) plaats. 

Slide 15 - Diapositive

Hoeveel regels heeft een Sonnet?
A
14
B
10
C
12
D
6

Slide 16 - Quiz

Wat is een volta?
A
Iets wat niet rijmt
B
Een wending
C
Een dichtvorm
D
Een rijmschema

Slide 17 - Quiz

Als de eerste 8 regels van een sonnet gaan over de dood, dan gaat het daarna (waarschijnlijk) over:
A
de kleur rood
B
een dier
C
het leven
D
weer over de dood

Slide 18 - Quiz

Als de eerste 8 regels van een sonnet gaan over de zomer, dan gaat het daarna (waarschijnlijk) over:
A
een kerk
B
de kleur wit
C
de winter
D
een slak

Slide 19 - Quiz


SLAK

Soms gaat hij met zijn huis, soms gaat hij naakt,  
maar hoe dan ook, gestaag gaat hij naar voren.  
Ik zie hoe hij op slijmerige sporen  
toch altijd bij zijn einddoel weer geraakt.  
Ik zie hem door de bladeren boren.  
Ik zie dat slechts de nerf hem niet zo smaakt.  
Ook de moestuin is soldaat gemaakt.  
Zijn noeste arbeid kan mij niet bekoren.  

O, de mens in deze snelle tijd  
met uren die steeds sneller gaan verstrijken  
met hartinfarct en overspannenheid,  
je moet de slak toch beter gaan bekijken.  
Dan zie je wat volstrekt geen twijfel lijdt:  
elk doel kan men met slakkengang bereiken. 

Slide 20 - Diapositive

Wat is de volta in het gedicht SLAK?
A
slak - mens
B
langzaam - snel
C
tuin - binnen
D
zekerweten - twijfel

Slide 21 - Quiz