Werkwoorden herkennen

• Nederlands
• Secondary Education

Leer 

meer

over werkwoorden

Wat weet je nog over werkwoorden van de vorige les?

Werkwoord

Ander woord

Lopen

Warm

De was

Was

Reis

Hoger

klap

haring

vliegtuigen

zwom

lagen

Hoe herken je een werkwoord?

1. Je kunt het in het enkelvoud of meervoud zetten:

Je koopt - jullie kopen

2. je kunt de tijd ervan veranderen:  je koopt - je kocht

3. je kunt het vervoegen: ik zie/jij ziet/zij ziet/wij zien/jullie zien/zij zien

vind het werkwoord

1. Hij zag de vliegen vliegen. 

2. Als vliegen achter vliegen vliegen, vliegen vliegen vliegen achterna. 

'Vragen vragen is vragen om moeilijkheden,' zei mijn vader altijd.
Hoeveel werkwoorden staan in deze zin?

1. 3
2. 4
3. 5
4. 6

Maak een zin met zoveel mogelijk werkwoorden erin

Hoeveel vormen zijn er van een werkwoord?

1. 5
2. 6
3. 7
4. 8

Welke vormen zijn dat? Denk aan persoonsvorm, ...

zoek de ww'en: Als we op vakantie gaan naar een land waarvan we de taal niet spreken, zijn we altijd wel in staat om ons te redden. Zo lukt het ons altijd wel weer om een slaapplek te vinden en de weg daar naartoe te vragen.

Einde van deze les

Je hebt nu geleerd hoe je werkwoorden kunt herkennen en welke vormen er zijn. 

Herhaal nog een maal deze lesdoelen! Tot slot volgt hierna nog een poll. 

Wat vond je van deze manier van les volgen via lessonup?

😒🙁😐🙂😃