Wat weet ik al?

1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
OntwikkelingMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

hoe gaat het met je aan het einde van deze periode 3?
😒🙁😐🙂😃

Slide 2 - Sondage

heb je mijn hulp nog nodig bij je einddossier?
ja
nee

Slide 3 - Sondage

Slide 4 - Diapositive

Wat weet je al? 

Slide 5 - Diapositive

waar zie je de realistische fase?

Slide 6 - Sondage

schematiseringsfase?
A
goed
B
fout

Slide 7 - Quiz

Hoe tekenen kinderen in de schematiseringsfase?
A
Ze tekenen een bloem zoals hij werkelijk te zien is.
B
Ze tekenen een bloem op een abstracte manier.
C
Ze tekenen een bloem altijd op dezelfde manier.

Slide 8 - Quiz

Wat kan een kind al als het voor het eerst een koppoter tekent?
A
de pengreep juist uitvoeren
B
abstract denken
C
ergens voor of achterlangs tekenen
D
afgesloten vormen tekenen

Slide 9 - Quiz

Als kinderen zich bewust worden dat bij een geschreven teken een specifieke klank of woord hoort, noemen we dat:
A
productieve woordenschat
B
rijke taal
C
ontluikende geletterdheid
D
1-woordzin

Slide 10 - Quiz

Rond welke leeftijd vindt de woordenschatexplosie plaats?
A
tussen 1 en 2 jaar
B
tussen 4 en 6 jaar
C
tussen 2 en 5 jaar

Slide 11 - Quiz

Wat betekent metalinguïstisch bewustzijn?
A
Het begrijpen van geschreven taal.
B
Op een andere manier over taal nadenken.
C
Het aangeboren taalbegrip in een specifiek deel van de hersenen.

Slide 12 - Quiz

Wat is ontwikkelingsstotteren?
A
Het is een zware vorm van niet vloeiend spreken die niet vanzelf over gaat.
B
Het is een zware vorm van niet vloeiend spreken die vanzelf weer over gaat.
C
Het is een lichte vorm van niet vloeiend spreken die vanzelf weer over gaat.

Slide 13 - Quiz

taalcultuur
figuurlijk taalgebruik
lichaamstaal
Wat gaan we doen? Kakken in onze schoen.
Ze kijkt op haar horloge
Ze kookt van woede.

Slide 14 - Question de remorquage

wat is ontwikkelingsstotteren?
A
sneller praten dan denken
B
spraakstoornis
C
hakkelen
D
sneller denken dan praten

Slide 15 - Quiz

wat voor taalgebruik is dit ?
een gat in de lucht springen
A
letterlijk taalgebruik
B
figuurlijk taalgebruik

Slide 16 - Quiz

op welke manieren gebruiken jongeren taal?

Slide 17 - Carte mentale

kinderen die thuis een andere taal spreken dan op school zijn.......

Slide 18 - Question ouverte

wat is het beste om een nieuwe taal te leren voor de leeftijd van....
A
9
B
12
C
15
D
7

Slide 19 - Quiz

denk je dat je

Slide 20 - Sondage

denk jij dat je al goed voorbereid bent op de toets?
😒🙁😐🙂😃

Slide 21 - Sondage

Slide 22 - Diapositive