Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Zinsdelen
Zinsdelen
1 / 55
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
Hoger onderwijs
Cette leçon contient
55 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Zinsdelen
Slide 1 - Diapositive
Zin met twee woorden
Slide 2 - Carte mentale
Slide 3 - Diapositive
Welke zin past niet in het rijtje?
A
Melk maakt je botten sterk.
B
Melk drinkt mijn broer graag warm.
C
Melk laat kleine kalfjes groeien.
D
Melk maakt boeren rijk.
Slide 4 - Quiz
Dat boek word je morgen geschonken.
Deze zin is...
A
JUIST
B
FOUT
Slide 5 - Quiz
Stromae geeft morgen een concert in de AB in Brussel.
Wat is het direct object?
A
Stromae
B
een concert
C
geeft
D
de AB
Slide 6 - Quiz
Je vriend had het mij niet mogen vertellen.
Wat is het direct object?
A
vriend
B
mij
C
het
D
je vriend
Slide 7 - Quiz
De docent geeft de student een complimentje.
Wat is het indirect object?
A
de docent
B
de vlijtige student
C
een complimentje
D
geeft
Slide 8 - Quiz
Hij schreef dat liedje voor mij.
Wat is niet juist?
A
hij = onderwerp
B
dat liedje = direct object
C
voor mij = indirect object
D
voor mij = direct object
Slide 9 - Quiz
Angèle kondigt een nieuwe plaat aan en zullen optredens geven in de AB.
Deze zin is ....
A
JUIST
B
FOUT
Slide 10 - Quiz
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Diapositive
De politie arresteerden de brandstichters.
A
JUIST
B
FOUT
Slide 13 - Quiz
De directrice of de burgemeester moest ontslag nemen.
A
JUIST
B
FOUT
Slide 14 - Quiz
Het bedrijf heeft veel werknemers al jaren in dienst en investeren daarom in loyaliteitsprogramma’s.
A
JUIST
B
FOUT
Slide 15 - Quiz
Het bedrijf heeft veel werknemers. Ze investeren daarom in loyaliteitsprogramma’s.
A
JUIST
B
FOUT
Slide 16 - Quiz
Een op de zeven jongeren heeft mentale prolemen.
A
JUIST
B
FOUT
Slide 17 - Quiz
Slide 18 - Diapositive
Slide 19 - Diapositive
Slide 20 - Diapositive
Slide 21 - Diapositive
Slide 22 - Diapositive
Slide 23 - Diapositive
Slide 24 - Diapositive
Slide 25 - Diapositive
Slide 26 - Diapositive
Slide 27 - Diapositive
Het wordt heel mooi weer vandaag.
Wat is juist?
A
Dit is een bijzin
B
Dit is een samengestelde zin
C
Dit is een hoofdzin
D
Dit is een zin met inversie
Slide 28 - Quiz
Toen Omar bij zijn oma woonde, kwam ik er vaak.
Wat is juist?
A
Eerst een hoofdzin en dan een bijzin
B
Eerst een hoofdzin en dan een hoofdzin
C
Eerst een bijzin en dan een hoofdzin
D
Eerst een bijzin en dan een bijzin
Slide 29 - Quiz
Ik weet zeker dat ik dit jaar slaag voor al mijn examens.
Wat is juist?
A
Enkelvoudige hoofdzin
B
Eerst een hoofdzin en dan een hoofdzin
C
Samengestelde bijzin
D
Eerst een hoofdzin en dan een bijzin
Slide 30 - Quiz
Dat hij zou slagen voor dat examen, was geen verrassing.
Wat is juist?
A
Eerst een bijzin en dan een hoofdzin
B
Eerst een hoofdzin en dan een hoofdzin
C
Eerst een hoofdzin en dan een bijzin
D
Eerst een bijzin en dan een bijzin
Slide 31 - Quiz
Slide 32 - Diapositive
Slide 33 - Diapositive
Slide 34 - Diapositive
Julia wordt door de taxi naar huis gebracht.
Slide 35 - Question ouverte
In deze paper wordt bewezen dat telewerk niet altijd nuttig is.
Slide 36 - Question ouverte
Hierbij kunnen door de medewerkers de volgende punten worden vastgesteld...
Slide 37 - Question ouverte
Het antwoord zal u worden gegeven door een van onze medewerkers
Slide 38 - Question ouverte
Slide 39 - Diapositive
Slide 40 - Diapositive
Slide 41 - Diapositive
Slide 42 - Diapositive
Dat boek heb ik aan je moeder gegeven.
Wat is 'dat boek'?
A
subject
B
direct object
C
indirect object
D
bijzin
Slide 43 - Quiz
Slide 44 - Diapositive
Slide 45 - Diapositive
Slide 46 - Diapositive
Slide 47 - Diapositive
Slide 48 - Diapositive
Slide 49 - Diapositive
Slide 50 - Diapositive
zodra de maatregelen het toelaten vertrekken we vol vreugde moed en motivatie opnieuw naar de campus om les te volgen
Dit woord moet beginnen met een hoofdletter.
,
,
.
Slide 51 - Question de remorquage
Slide 52 - Diapositive
Maak een zo lang mogelijke correcte zin met minstens één S, V, DO en IO.
Kies minstens 5 woorden uit de woordenlijst.
Gebruik correcte leestekens.
Slide 53 - Question ouverte
Slide 54 - Diapositive
Slide 55 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
Zinsbouw
Octobre 2023
- Leçon avec
10 diapositives
Nederlands
Hoger onderwijs
Zinsontleding
Mai 2024
- Leçon avec
15 diapositives
Nederlands
Lager onderwijs
04. Wat zijn de verplichtingen van een werkgever bij de indienstneming van personeel?
Septembre 2024
- Leçon avec
36 diapositives
Toegepaste economie
Secundair onderwijs
Herhaling 2A Examens
il y a 20 jours
- Leçon avec
34 diapositives
Nederlands
Secundair onderwijs
zinsdelen quiz
Septembre 2024
- Leçon avec
29 diapositives
LessonUp
Primary Education
Lower Secondary (Key Stage 3)
Upper Secondary (Key Stage 4)
W4 - NE MC3/NE E: Zinnen splitsen in zinsdelen
il y a 29 jours
- Leçon avec
30 diapositives
Nederlands
Secundair onderwijs
Zinsleer 1: Zinnen splitsen in zinsdelen
il y a 29 jours
- Leçon avec
29 diapositives
Nederlands
Secundair onderwijs
Les 9 (18 oktober 2024) draft
Octobre 2024
- Leçon avec
35 diapositives
Nederlands
Secondary Education
Age 12,13