3GL herhaling zinsdelen

Herhaling zinsdelen
(H1 taalverzorging)
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Herhaling zinsdelen
(H1 taalverzorging)

Slide 1 - Diapositive

Doel: deze les kun je de volgende zinsdelen benoemen:
PV (persoonsvorm)
OW (onderwerp)
WG (werkwoordelijk gezegde)
LV (lijdend voorwerp)
MV (meewerkend voorwerp)
BWB (bijwoordelijke bepaling)


Slide 2 - Diapositive

Stappenplan
1. Zet de zin in een andere tijd. Zoek de persoonsvorm (PV).
2.  Doe de zinsdeelproef. Zet streepjes tussen de zinsdelen.
3. Zoek het onderwerp (OW). Wie (soms: Wat) + PV?
4. Benoem het gezegde (WG). Zoek alle werkwoorden in de zin die bij elkaar horen. 


Slide 3 - Diapositive

Stappenplan
5. Zoek het lijdend voorwerp (LV). Wat (soms: Wie) + WG + OW?
6. Zoek het meewerkend voorwerp (MV). Aan (soms: Voor) wie + gezegde + onderwerp + lijdend voorwerp?
7. Zoek de bijwoordelijke bepaling (BWB). Vraag: Waar? Waarheen? Waarover? Waarom? Waardoor?
Ook losse woorden kunnen BWB zijn, zoals: niet, misschien, toch, waarheen, waarom en hoe. 

Slide 4 - Diapositive

Wat is de persoonsvorm (PV) in de volgende zin?

De leerlingenraad zoekt dit jaar nieuwe leden.

Slide 5 - Question ouverte

Wat is de persoonsvorm (PV) in de volgende zin?

Hoeveel zakgeld heb jij gekregen?

Slide 6 - Question ouverte

Wat is het onderwerp (OW) in de volgende zin?

Alle winkels blijven tot 2 maart dicht.

Slide 7 - Question ouverte

Wat is het onderwerp (OW) in de volgende zin?

De huidige coronamaatregelen worden met drie weken verlengd.






De huidige coronamaatregelen worden met drie weken verlengd.


Slide 8 - Question ouverte


Wat is het gezegde (WG) in de volgende zin?

Morgen geven premier Rutte en minister De Jonge een persconferentie.

Slide 9 - Question ouverte

Wat is het gezegde (WG) in de volgende zin?

Rijkswaterstaat en de waterschappen bereiden zich voor op de komst van een hoogwatergolf.

Slide 10 - Question ouverte

Wat is het lijdend voorwerp (LV) in de volgende zin?

Ik geef hem een tik op zijn achterhoofd.

Slide 11 - Question ouverte

Wat is het lijdend voorwerp (LV) in de volgende zin?

Wij verkopen dit product niet.

Slide 12 - Question ouverte

Wat is het meewerkend voorwerp (MV) in de volgende zin?

Heb ik jou iets gevraagd?

Slide 13 - Question ouverte

Wat is de bijwoordelijke bepaling (BWB) in de volgende zin?

Hij heeft aan Sanne voor haar verjaardag een cadeau gegeven.

Slide 14 - Question ouverte

Wat is het meewerkend voorwerp (MV) in de volgende zin?

Ik zou haar mijn hele leven kunnen vertellen.

Slide 15 - Question ouverte

Wat zijn de bijwoordelijke bepalingen (2 stuks) (BWB) in de volgende zin?

Vorige week wilden zij een cadeaubon gaan kopen bij de boekhandel.

Slide 16 - Question ouverte

Hoeveel zinsdelen heeft de volgende zin?

Heb ik aan jouw vriend iets gevraagd?
A
4
B
5
C
6
D
7

Slide 17 - Quiz

Hoeveel zinsdelen heeft de volgende zin?

Ik zou haar mijn hele leven vertellen.
A
4
B
5
C
6
D
7

Slide 18 - Quiz

Aan het werk
Maak opdracht 3, 4 en 5 op blz. 30-31

Slide 19 - Diapositive