Het menselijk lichaam: zintuigen (2)

Zintuigen (1)
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 23 diapositives, avec diapositives de texte et 3 vidéos.

Éléments de cette leçon

Zintuigen (1)

Slide 1 - Diapositive

Lesdoel

Ik kan benoemen welke zintuiglijke beperkingen er zijn.  

Slide 2 - Diapositive

Waarom
Zintuigen verbinden! Ze zorgen dat jij en ik verbonden zijn met de wereld. Dat heb je niet zo door... het gaat automatisch. We hoeven er niet over na te denken. Maar dan moeten ze het wel doen!  Wat gebeurt er als onze zintuigen ons in de steek laten? 

Slide 3 - Diapositive

Waar kom je het tegen?

Slide 4 - Diapositive

Woordbegrip
Zintuig

Een manier om de wereld te kunnen waarnemen. 

Met onze vijf zintuigen kunnen we zien, horen, ruiken, proeven en voelen

Slide 5 - Diapositive

Woordbegrip
Waarnemen

zien, horen, ruiken of voelen

Slide 6 - Diapositive

Woordbegrip
Zintuiglijke beperking

Bij een zintuiglijke beperking werken één of meerdere zintuigen niet of minder goed. 

Slide 7 - Diapositive

Een beperking aan je zintuigen kan een grote impact op je leven hebben.

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Vidéo

Niet kunnen ruiken

Reuk en smaak zijn erg aan elkaar verbonden. Wie niet kan ruiken, heeft een andere smaakbeleving. Veel mensen die niet kunnen ruiken, kunnen niet meer van eten genieten. 

Slide 10 - Diapositive

Niet kunnen ruiken.
Mensen die eten ruiken wat ze lekker vinden, activeren hun speekselklieren. Mensen die dus niet kunnen ruiken hebben dat niet. Bij het zien van het eten activeren zij wel hun speekselklieren. Blijkbaar nemen andere zintuigen het over als de reuk wegvalt. Dit geldt ook voor het mondgevoel. 

Slide 11 - Diapositive

Niet kunnen ruiken.
Geur is van groot belang tussen mensen onderling. Geur is vaak bepalend voor wie we aardig vinden of wie niet. Bovendien worden herinneringen opgeslagen aan de hand van geuren. Wie dat mist, mist ook dat deel. 

Slide 12 - Diapositive

Niet kunnen ruiken.
Wie niet kan ruiken, mist bovendien ook de geur van een bos na een regenbui, de geur van bloemen of van schone was. Daar komt nog bij dat iemand die niet kan ruiken ook niet kan beoordelen of voedsel niet goed is. Iemand met een goede ruik kan direct beoordelen of voedsel bedorven is.

Slide 13 - Diapositive

Reuk is een waarschuwer.

Ook andere gevaren zoals een gaslucht of brandlucht kan iemand die geen ruik meer heeft niet meer ruiken. Dat is gevaarlijk.

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

Smaakverlies
Weet je nog smaakpapillen hebben we om te kunnen proeven. We kunnen in totaal vijf smaken proeven en dat zijn zoet (zoals snoep), zout (te denken aan chips), bitter (zoals spruitjes), zuur (zoals azijn) en Umami = hartig (te denken aan bijvoorbeeld peper).

Slide 16 - Diapositive

Smaakverlies
Reuk en smaak zijn erg aan elkaar verbonden. Wie niet kan ruiken, heeft een andere smaakbeleving. Dus als je niet kunt proeven, moet er eerst uitgezocht worden of je problemen hebt met ruiken. Er zijn heel veel oorzaken voor smaakverlies. Zoals: een verbrande tong, infectieziekte, hersenbeschadiging etc.

Slide 17 - Diapositive

smaakverlies
Heb je geen smaak, dan mis je een vorm van waarschuwing.
Is het eten bedorven of niet? 
Eet je teveel zout of teveel suiker? 
Eet je te weinig of te veel?
Smaak speelt ook een rol bij de processen die de spijsvertering in gang zetten.

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Vidéo

Voelen

Zintuigen zijn voor mensen van belang om te overleven. Toch kunnen mensen overleven zonder alle zintuigen, denk aan iemand die blind is. Van de vijf zintuigen is de tastzin, het voelen, de meest onmisbare voor de mens.  

Slide 20 - Diapositive

Voelen

De tastzin heeft twee functies. Het verhoogt de kwaliteit van ons leven. Een voorbeeld hiervan is dat mensen het fijn vinden om aangeraakt te worden, bijvoorbeeld binnen een relatie. 

Slide 21 - Diapositive

Voelen

Daarnaast fungeert de tastzin (het voelen) als het natuurlijke alarmsysteem van het lichaam. 

Slide 22 - Diapositive

voelen

Zonder tastzin zou het niet mogelijk zijn om een veilige omgeving te kunnen onderscheiden van een gevaarlijke omgeving.

Slide 23 - Diapositive