M3: BAC-methode

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vmbo t, mavo
• Leerjaar 4

Welkom in de Geschiedenisles!

Wat gaan we doen vandaag?

• Lesdoelen
• Check
  
• BAC-methode
• Afsluiting  

Lesdoelen

Aan het eind van deze les:

• Kun je verschillende soorten vragen herkennen

• Weet je welke stappen je moet zetten om tot een juist antwoord te komen.

• Kun je de BAC-methode toepassen op toetsvragen.

Docent - toets bouwen

• Je gaat zelf een toets maken over één van de themakaternen
• Minimaal 10 vragen, met RTTI aanduiding
  
• Individueel 
• In de toets moeten alle vaardigheden verwerkt zijn (beeldanalyse, chronologie, een bron vraag, verandering&continuïteit, oorzaak/gevolg en betrouwbaarheid, begrippen) 
  
• Zet de vragen om in toetsvorm --> zie document in magister
• Af de volgende les!
  

1. TK: CMO
   
2. TK: KO
3. TK: IAW
   

Zm3.gs1 

Start met CMO

Zm3.gs2 

Start met CMO

Historische vaardigheden 

• BAC-methode en antwoordstructuren
• Soorten bronnen
• Oorzaak-gevolg relaties
• Betrouwbaarheid-, representativiteit en bruikbaarheid van bronnen
• Beeldanalyse
• Chronologie (volgorde)
• Continuïteit en verandering 
• Standplaatsgebondenheid (begrip + eigen standpunt)

Leg uit waar je de BAC-methode voor gebruikt en hoe deze werkt.

Soorten examenvragen

1. Open vragen

2. Bron vragen

3. Meerkeuze vragen

Examentaal

Verklaren: Verklaar hoe dat komt/ is ontstaan (oorzaken-gevolg)/ verbanden leggen

Beschrijven: benoem wat je ziet/ leest/ herkent/ hebt geleerd 

Beargumenteren: Leg uit

Let op: het aantal argumenten dat wordt gevraagd. Als er drie redenen worden gevraagd en je schrijft er vier op. Mogen alleen de eerste drie worden nagekeken. Ook al is de eerste fout en de vierde juist. 

BAC-methode

B = basis

Kijk naar de informatie uit de vraag --> onderstreep de jaartallen, begrippen, personen, gebeurtenissen (welke vragen stel je jezelf) die je hebt geleerd. 

Kijk naar informatie uit de bron  --> onderstreep de jaartallen, begrippen, personen, gebeurtenissen (welke vragen stel je jezelf) die je hebt geleerd. 

(Tijdscontext + plaatscontext) Stel de vraag: Wat vragen ze van je? 

A = antwoord formuleren

Hoe moet je antwoord geven? (antwoordstructuren of een doe het zo?)

Benoem wat je hebt geleerd over dit onderwerp/begrippen, doe dit eerst op je kladblaadje!

Maak gebruik van de informatie uit de bron!

C= check
Lees de vraag nog eens goed door en check of het antwoord op papier staat.
Dus ... check of je antwoord voldoet; juiste aantal argumenten/ invalshoek/ etc

1. Lees de vraag goed door (wat vragen ze van je?)

2. Herhaal een stuk van de vraag

3. Signaalwoord + uitleg

4. Verwijzing naar de bron (optioneel)

Vragen

B = basis

Wat betekenen de begrippen?  Welke moeilijke woorden staan er in de vraag?

Wie zijn de personen/groepen? Wat wilt deze persoon/groep?  

Wat weet ik over dit jaartal?  Bij welk tijdvak hoort dit? 

Waarom is deze gebeurtenis belangrijk?  

 In welk land speelt de vraag zich af? In welke tijd speelt de vraag zich af?  Wat vragen ze van mij?

A = antwoord formuleren

Is er een doe het zo? Moet ik antwoordstructuren gebruiken? Welk stuk ga ik herhalen? Heeft je antwoord juiste aantal argumenten/ invalshoek/ etc. 

C= check
Ben ik volledig geweest? Was de vraag moeilijk? Moet ik hem nog een keer bekijken? 

1914-1918

Israël en de Arabische wereld

Volkerenbond

Klaagmuur

Mcmahon-Hussain-correspondentie - 1915

Syles-Picot verdrag - 1916

Balfour verklaring - 1917

Israël en de Arabische wereld

Net na de Jom Kipoeroorlog

Na CD en na OK

Na de Camp David akkoorden en de Oslo akkoorden kregen de onderhandelaren de Nobelprijs voor de vrede. 

Uiteenvalling SU

Balkanlanden, onafhankelijkheid

Koude Oorlog, 1945-1991

samenwerkingsverband, 1952

militaire organisatie, 1949

militaire organisatie, 1955

financiele hulp, na 1945

Praagse lente, Hongaarse opstand etc.

SU

A & EU

Opdrachten

• Pas de BAC-methode toe op de vragen (3 minuten per vraag):

1. onderstreep alles wat belangrijk is, welke vragen stel jij jezelf bij de informatie?
   
2. formuleer een antwoord (ook als je het niet zeker weet!)
3. controleer je antwoord door middel van je boek.
   

• Gebruik je eigen naam met hoofdletter!
  
• Classkick code in magister
  

2018 1ste tijdvak

Spotprent over het Midden-Oosten-conflict.

Links zit een Palestijn die zegt: ‘... We zouden natuurlijk Israël kunnen erkennen ...’

Rechts zit een Israëli die zegt: ‘... en wij ons kunnen terugtrekken uit de bezette gebieden ...’

Onderaan staat de tekst: ‘... Maar nee! ... Dat is te gemakkelijk!’

De tekenaar heeft kritiek op zowel de Palestijnen als op de Israëli’s.

Leg uit, met behulp van de bron, welke kritiek de tekenaar heeft op beide strijdende partijen.

Doe het zo:

De kritiek van de tekenaar is: ... (noem kritiek).

Dat doet hij door: ... (gebruik de bron, twee beeldelementen).

Tot slot ...

1. Alle vragen staan in chronologische volgorde

(dus... maak op je kladpapier een lijstje met belangrijke jaartallen en grove indeling.)

2. Benoem feiten. Schrijf op wat je weet en noem het beestje bij zijn naam. Geen 'lul-verhaal'.  Benoem jaartallen, begrippen en gebeurtenissen.

Dus...  goed leren!!!!!!!

Tot slot ...

3. Begin je antwoord met herhaling van de vraag. (antwoordstructuur!)

Zo dwing je jezelf om een volledig antwoord te geven met kop en staart. Een half en vaag antwoordt wekt ergernis op van de correctoren.

4. Schrijf ieder antwoord los van elkaar op

Maak geen verwijzingen naar andere antwoorden

5. Sla een regel over tussen ieder antwoord.

Nabespreken

Aan het eind van deze les:

• Kun je verschillende soorten vragen herkennen

• Weet je welke stappen je moet zetten om tot een juist antwoord te komen.

• Kun je de BAC-methode toepassen op toetsvragen.

Fijne dag!