lymfe

LYMFE
LYMFE
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

LYMFE
LYMFE

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we deze les doen?
Controleren huiswerk
Kan jij de plaatjes van het hart en de bloedvaten al benoemen?
Uitleg lymfe
Huiswerk
Check

Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen
Na deze les kan jij:
Het verschil benoemen tussen bloedplasma, weefselvocht en lymfe.
De functie van lymfe uitleggen
De functie van lymfeknopen uitleggen
In een plaatje benoemen waar lymfe, weefselvocht en bloedplasma voorkomen
Het verschil tussen bloed en lymfe benoemen
Uitleggen hoe een lymfevat is opgebouwd
Uitleggen  op welk bloedvat een lymfevat lijkt

Slide 3 - Diapositive

Bloedplasma,
weefselvloeistof,
lymfe
Bloedplasma, weefsel- vloeistof, lymfe

Slide 4 - Diapositive

Weefselvloeistof
weefselvloeistof is het bloedplasma dat het bloedvat is uitgegaan en in het weefsel terecht is gekomen
bloedplasma
bloedplasma is water met daarin opgelost voedingszouten, en afvalstoffen
Lymfe
lymfe is het weefselvocht dat in het lymfevat terecht is gekomen

Slide 5 - Diapositive

Weefselvloeistof
Vloeistof tussen de cellen

Zuurstof en voedingsstoffen worden uit het weefselvloeistof gehaald
Afvalstoffen worden er juist aan afgegeven

Slide 6 - Diapositive

Lymfe
Lymfe de vloeistof die in de lymfevaten zit

Lymfevaten zitten in alle organen en nemen weefselvloeistof op.

Slide 7 - Diapositive

Lymfevaten stelsel
Lymfevaten en lymfeknopen/klieren
Lymfe komt bij het sleutelbeen weer in het bloed

Slide 8 - Diapositive

Lymfe en lymfevaten
  • afweersysteem
  • weefselvocht met witte bloedcellen
  • lymfeklieren filteren lymfevloeistof
  • lymfe helpt met afvoeren vocht terug naar het bloed

Slide 9 - Diapositive

Het lymfevatsysteem bestaat uit:

1. Lymfevaten

2. Lymfeknopen 

Slide 10 - Diapositive

lymfe
weefselvloeistof die niet teruggaat in de haarvaten wordt afgevoerd door het lymfestelsel ->lymfe.
in de lymfeknopen wordt de lymfe gezuiverd van ziektekiemen.
daarnaast maken de lymfeknopen witte bloedcellen.
de lymfevaten komen samen in enkele grote aders, vlakbij het hart.

Slide 11 - Diapositive

Lymfevocht
DUS:
bloedplasma gaat het weefsel in => weefselvocht
weefselvocht gaat terug het bloed in => bloedplasma
weefselvocht gaat de lymfevaten in => lymfe

Slide 12 - Diapositive

Lymfe
LET OP:
  •  Bloedplasma  dat uit het bloedvat naar het weefsel gaat heet weefselvocht
  • Weefselvocht dat het lymfevat in gaat, heet lymfe
  • Het verschil:




Bloedplasma bevat veel voedingsstoffen en zuurstof, weinig afvalstoffen
Lymfe bevat weinig voedingsstoffen en zuurstof, 
veel afvalstoffen
Weefsel gebruikt de voedingsstoffen en zuurstof. 
Daarna geeft het afval af.

Slide 13 - Diapositive

Lymfevat
Gaat van het weefsel naar de holle ader
  • lijkt op een ader: 
  • heeft kleppen, 
  • dunne wand, 
  • geen druk
Anders dan bij een ader:
  • geen bloed
  • Open begin 

Slide 14 - Diapositive

Lymfevat in detail: 

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Lien

Slide 17 - Vidéo

Wat is de functie van een lymfeknoop?
A
Lymfe verzamelen
B
Lymfe zuiveren
C
Lymfe afbreken
D
Lymfe opnemen

Slide 18 - Quiz

Wat is de functie van een lymfeknoop?
A
Lymfe verzamelen
B
Lymfe zuiveren
C
Lymfe afbreken
D
Lymfe opnemen

Slide 19 - Quiz

In welk of welke typen vocht kunnen antistoffen voorkomen?
A
Alleen in bloed
B
In bloed, lymfe en weefselvloeistof
C
In bloed en lymfe
D
In bloed, lymfe, weefselvloeistof en traanvocht

Slide 20 - Quiz

Wat bevindt zich op plaats P?
A
bloed
B
lymfe
C
weefselvloeistof

Slide 21 - Quiz

In welke richting stroomt de lymfe?
A
De lymfe stroomt in de richting van pijl P
B
De lymfe stroomt in de richting van pijl Q
C
De stroomrichting van de lymfe is niet uit de tekening af te leiden

Slide 22 - Quiz

Wat is GEEN functie van een lymfeklier?
A
productie van lymfe
B
zuiveren van lymfe
C
productie van witte bloedcellen

Slide 23 - Quiz

Lymfe stroomt sneller dan bloed
A
waar
B
niet waar
C
soms

Slide 24 - Quiz

Witte bloedcellen kunnen in lymfe zitten
A
Waar
B
Niet waar

Slide 25 - Quiz