Werkend Nederlands - Basis Oefenboek Thema 3

Werkend Nederlands - Basis Oefenboek Thema 3
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Werkend Nederlands - Basis Oefenboek Thema 3

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan het einde van de les kun je...
Nieuwe werkgerelateerde woorden gebruiken en herkennen in verschillende contexten. Specifieke grammaticale concepten toepassen in zinnen en alinea's.

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat weet je al over werkgerelateerde woordenschat en grammaticale concepten?

Slide 3 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Introductie van werkgerelateerde woordenschat met afbeeldingen en definities
Woorden en uitdrukkingen die specifiek in een professionele context gebruikt worden.

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Gebruik van nieuwe woorden in zinnen om context te bieden
Praktische toepassing van werkgerelateerde woordenschat in zinsstructuren.

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Interactieve oefeningen voor woordenschatversterking
Oefeningen om de werkgerelateerde woordenschat te versterken met interactieve voorbeelden.

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Uitleg van grammaticale concepten zoals werkwoordstijden of zinsstructuur
Verhelderende uitleg over specifieke grammaticale concepten die relevant zijn voor de les.

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Grammaticale oefeningen voor het aanvullen en corrigeren van zinnen
Oefeningen om grammaticale concepten toe te passen door zinnen aan te vullen en te corrigeren.

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Geavanceerde grammaticale oefeningen zoals het herschrijven van alinea's
Meer uitdagende oefeningen om grammaticale concepten toe te passen door alinea's te herschrijven.

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Werkgerelateerde woordenschat
Woorden en uitdrukkingen die specifiek in een professionele context gebruikt worden.

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Grammaticaal concept
Een regel of principe dat de structuur van zinnen in een taal bepaalt, zoals werkwoordstijden of zinsstructuur.

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 12 - Question ouverte

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 13 - Question ouverte

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 14 - Question ouverte

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.