Les 1 Formuleren: verbanden tussen zinnen aanbrengen

Lezen
timer
10:00
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Lezen
timer
10:00

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Weekplanning
Formuleren: verbanden tussen zinnen (creatief schrijven)

Woordenschat: uitdrukkingen handel en scheepsvaart

Creatief schrijven
Vandaag


Les 2, week 50


Les 3, week 50

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vandaag 

  1. Huiswerk opdracht 1, gezamenlijk opdracht 2 maken
  2. Formuleren: verbanden tussen zinnen aanbrengen
  3. Zelf aan de slag

Slide 3 - Diapositive

Het lijdend voorwerp vind je door te vragen: 
WIE (OF WAT) + WERKWOORDELIJK GEZEGDE + ONDERWERP
Let op: 
Niet elke zin heeft een lijdend voorwerp: geen goed antwoord op de vraag? Geen lijdend voorwerp!
Lijdend voorwerp begint nooit met een voorzetsel! 
Opdracht
Waar? 
Bladzijde 152-153

Welke opdracht?
Huiswerk: opdracht 1 
Nu: samen opdracht 2





timer
3:00

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdrachten NN maken
Waar? 
Bladzijde 183

Welke opdracht?
Opdracht 3





timer
10:00

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht 1
  • 1 In Nederland moet je 16 jaar of ouder zijn om een tatoeage te laten zetten.
  • 2 Veel ouders vinden dat de leeftijdsgrens verhoogd moet worden, want pubers kunnen niet overzien wat de gevolgen zijn van het laten zetten van een tatoeage. Of: Veel ouders vinden dat de leeftijdsgrens verhoogd moet worden, want pubers kunnen de gevolgen van het laten zetten van een tatoeage niet overzien.
  • 3 Pubers hebben een denkwijze die soms niet zo verstandig is, die uitdaging zoekt en die op de korte termijn gericht is. Dit maakt hen ongeschikt voor het nemen van belangrijke beslissingen.

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht 2
  • (1) Hoewel de kunstwerken van de Amerikaanse kunstenaar Steve Casino nog kleiner zijn dan een vinger, zijn ze niet goedkoop. (2) Casino verdiende vroeger als speelgoedontwerper de kost. Tegenwoordig maakt hij kunst van pinda’s. (3) Met een kunstwerk van een enkele doppinda is Casino 20 uur bezig. (4) De kunstenaar maakte al beeldjes van beroemdheden als Donald Trump, Michael Jordan en Vincent van Gogh en kan ook door particulieren worden ingeschakeld om een volstrekt uniek beeld van hen te laten maken. (5) Omdat Casino een hele dag bezig kan zijn met het maken van zo’n volstrekt uniek beeldje uit een pinda, moet de opdrachtgever wel diep in de buidel tasten.

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht 4
  • 1 (1) Er is te weinig variatie in woordgebruik. (2) Er is te weinig variatie in zinsopbouw: veel zinnen hebben de volgorde OPA en er zijn alleen enkelvoudige zinnen gebruikt.
  • 2 Je kunt synoniemen en verwijswoorden gebruiken, zinnen samenvoegen en woorden weglaten.
  • 3 bijvoorbeeld:
  • Lego is niet goedkoop. Een klein doosje kost al vijf euro en voor grote dozen betaal je soms wel 100 euro. De duurste set kost 4500 euro. Deze set bevat 5174 steentjes, waarmee je een Star Wars Spaceship kunt bouwen. Maar het kan nog gekker. Rond 1980 deelde Lego gouden blokjes uit aan zakenrelaties en trouwe werknemers. Voor een van die blokjes betaalde een Engelsman 19.000 euro!

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat weet je al over:
verbanden tussen zinnen?

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik kleedde me dik aan, omdat het zo koud was.

Signaalwoord =

Slide 10 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Het zonnetje scheen, maar het was nog steeds koud.
Signaalwoord =

Slide 11 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Eerst ging ik naar school en daarna ging ik naar de hockeytraining
Signaalwoord =

Slide 12 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Verbanden tussen zinnen
Zinnen in een tekst zijn met elkaar verbonden door middel van een verband. Een tekst wordt duidelijker als de schrijver de verbanden duidelijk aangeeft.
Verbanden zijn met elkaar verbonden door signaalwoorden.

Ik heb mijn huiswerk niet gemaakt, omdat ik het te druk had met leren.

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verbanden tussen zinnen
Er zijn bepaalde signaalwoorden die altijd bij een bepaald verband horen - 
opsomming: ook, bovendien, en
tegenstelling: maar, echter
tijd: eerst, toen, eens, vroeger, nu
oorzaak-gevolg: daardoor, doordat, als gevolg van
reden: omdat, want, namelijk
toelichting: bijvoorbeeld, zoals
conclusie/samenvatting: dus, samengevat, daarom
voorwaarde: als( ..dan), indien, tenzij, wanneer

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Signaalwoord?
Ik wil graag Netflix kijken, maar ik ben nog niet klaar met leren.

Slide 15 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Verband?
Ik wil graag Netflix kijken, maar ik ben nog niet klaar met leren.

Slide 16 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Signaalwoord?
Ik kijk graag spannende series, zoals The 100.

Slide 17 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Verband?
Ik kijk graag spannende series, zoals The 100.

Slide 18 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Huiswerk
Waar? 
Bladzijde 183

Welke opdracht?
Opdracht 1, 2 en 4

Is dit huiswerk voor de volgende keer?
Ja



timer
10:00

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Morgen repetitie grammatica 1-3

Welke vragen heb je nog?
Stel ze!

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht 3

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions