Herhaling persoonsvorm en onderwerp
1 / 15
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
WERKWOORDEN
Slide 2 - Carte mentale
Slide 3 - Diapositive
Wat is de infinitief van het werkwoord 'knipt' ?
A
knipen
B
knippen
C
knip
D
knipt
Slide 4 - Quiz
Geef de infinitief van de onderstaande werkwoorden
slaapt - verstoppen - leest
slaapt - verstoppen - leest
Slide 5 - Question ouverte
Slide 6 - Diapositive
Sleep de stam naar de juiste infinitief.
helpen
mediteren
praten
praat
mediteer
help
Slide 7 - Question de remorquage
Slide 8 - Diapositive
Zet de zin in de juiste volgorde zodat het een ja-nee vraag wordt.
Jan
loopt
rondjes
op
school
Slide 9 - Question de remorquage
Geef de persoonsvormen van de onderstaande zin.
Op zaterdag is er een voetbalwedstrijd.
Op zaterdag is er een voetbalwedstrijd.
Slide 10 - Question ouverte
Wat is de pv in de onderstaande zin?
De meester heeft hard gelopen.
De meester heeft hard gelopen.
A
meester
B
gelopen
C
heeft
D
hard
Slide 11 - Quiz
Slide 12 - Diapositive
Wat is het onderwerp?
Morgen gaan we op uitstap met de juf.
Morgen gaan we op uitstap met de juf.
A
de juf
B
we
Slide 13 - Quiz
Wat is het onderwerp?
De juffen en meesters geven graag les op de Wavo.
De juffen en meesters geven graag les op de Wavo.
