4.6 optimale bestelgrootte

Van een bepaald artikel is de afzet 30 stuks per maand. Er worden 15 stuks per keer besteld. Bereken de bestelfrequentie (jaarlijks).
A
20
B
24
C
26
D
28
1 / 13
suivant
Slide 1: Quiz
BedrijfseconomieMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs.

Éléments de cette leçon

Van een bepaald artikel is de afzet 30 stuks per maand. Er worden 15 stuks per keer besteld. Bereken de bestelfrequentie (jaarlijks).
A
20
B
24
C
26
D
28

Slide 1 - Quiz

Van een bepaald artikel is de afzet 50 stuks per maand. Er wordt 10 keer per jaar besteld.
Bereken de bestelgrootte.
A
40
B
50
C
60
D
70

Slide 2 - Quiz

Een winkelier verkoopt van een bepaald artikel 25.000 stuks per jaar.
De inkoopprijs is € 3,50 per stuk. De voorraadkosten bedragen 10% van de inkoopprijs van het artikel. Per bestelling bedragen de vaste bestelkosten € 4,50. De voorraad wordt 25 keer per jaar aangevuld. Ga uit van 50 weken in een jaar
Bereken de bestel en voorraadkosten.

Slide 3 - Question ouverte

Een winkelier verkoopt van een bepaald artikel 25.000 stuks per jaar.
De inkoopprijs is € 3,50 per stuk. De voorraadkosten bedragen 10% van de inkoopprijs van het artikel. Per bestelling bedragen de vaste bestelkosten € 4,50. De voorraad wordt 25 keer per jaar aangevuld. Ga uit van 50 weken in een jaar
Bereken de bestelkosten.

Slide 4 - Question ouverte

Een winkelier verkoopt van een bepaald artikel 25.000 stuks per jaar.
De inkoopprijs is € 3,50 per stuk. De voorraadkosten bedragen 10% van de inkoopprijs van het artikel. Per bestelling bedragen de vaste bestelkosten € 4,50. De voorraad wordt 25 keer per jaar aangevuld. Ga uit van 50 weken in een jaar.
Bereken de totale kosten bij een bestelfrequentie van 25.


Slide 5 - Question ouverte

Een winkelier verkoopt van een bepaald artikel 25.000 stuks per jaar.
De inkoopprijs is € 3,50 per stuk. De voorraadkosten bedragen 10% van de inkoopprijs van het artikel. Per bestelling bedragen de vaste bestelkosten € 4,50. De voorraad wordt 25 keer per jaar aangevuld. Ga uit van 50 weken in een jaar.
Bereken de totale kosten bij een bestelfrequentie van 50.


Slide 6 - Question ouverte

Een winkelier verkoopt van een bepaald artikel 25.000 stuks per jaar.
De inkoopprijs is € 3,50 per stuk. De voorraadkosten bedragen 10% van de inkoopprijs van het artikel. Per bestelling bedragen de vaste bestelkosten € 4,50. De voorraad wordt 25 keer per jaar aangevuld. Ga uit van 50 weken in een jaar.
Bereken de optimale bestelgrootte. Welke bestelfrequentie hoort daatbij?

Slide 7 - Question ouverte

jaarafzet: 8.610 stuks.
bestelkosten: per keer € 110
voorraadkosten: € 2,50 per artikel per jaar
ga uit van een bestelfrequentie van 30

Bereken de bestelkosten per jaar.

Slide 8 - Question ouverte

jaarafzet: 8.610 stuks.
bestelkosten: per keer € 110
voorraadkosten: € 2,50 per artikel per jaar
ga uit van een bestelfrequentie van 30

Bereken de voorraadkosten per jaar.


Slide 9 - Question ouverte

jaarafzet: 8.610 stuks.
bestelkosten: per keer € 110
voorraadkosten: € 2,50 per artikel per jaar
ga uit van een bestelfrequentie van 30

Bereken de totale bestel- en voorraadkosten per jaar.

Slide 10 - Question ouverte

jaarafzet: 8.610 stuks.
bestelkosten: per keer € 110
voorraadkosten: € 2,50 per artikel per jaar
Bereken de totale bestel- en voorraadkosten per jaar bij een bestelfrequentie van 10.


Slide 11 - Question ouverte

jaarafzet: 8.610 stuks.
bestelkosten: per keer € 110
voorraadkosten: € 2,50 per artikel per jaar

Waarom kan je de optimale bestelgrootte hier niet berekenen met de formule van Camp?

Slide 12 - Question ouverte

Afzet 30.000 stuks per jaar.
De inkoopprijs is € 2,80 per stuk. De voorraadkosten bedragen 15% van de inkoopprijs van het artikel. Per bestelling bedragen de vaste bestelkosten € 12,50. Wat is de optimale bestelgrootte als je de formule van Camp gebruikt?

Slide 13 - Question ouverte