Methodisch werken Helpende

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 2

Methodisch werken 

Werken volgens een vaste methode

Beginsituatie vaststellen/voorbereiden

- Bedenk voor wie?

- Wat is het probleem?

- Wat wil mijn client?

- Hoe is de situatie nu?

Doelen formuleren 

- je omschrijft doelen die haalbaar zijn!

- je maakt doelen die je kunt meten/evalueren.

Plan van aanpak maken

Plan geeft antwoord op de 6 W,s

* Wie speelt een rol?

* Wat wil ik bereiken?

* Wat moet er gebeuren?

* Waar moet het gebeuren? (plek, plaats)

* Welke werkwijze kies ik? (protocol, richtlijn)

* Wanneer moet het gebeuren? (prioriteiten)

Bij twijfel of je iets moet doen of niet, 

stel jezelf de volgende vragen

Uitvoeren

Je werkt volgens het plan van aanpak.

Maar let op! Observeer en signaleer de situatie/klant/zorgvrager, dit kan anders lopen dan vooraf gedacht. 

Signaleren en observeren

Wat is observeren? 

Bewust kijken, doelgericht kijken

Aan je observatie geef je een interpretatie

Wat is signaleren? 

Je krijgt een signaal

Er valt iets op wat eerst anders was

Je vangt iets op wat niet klopt

Reflecteren en evalueren

Reflecteren = kritisch kijken naar je eigen handelen en de effecten daarvan. 

Evalueren = wat ging er goed? en waarom? of juist niet? Wat kunnen we aanpassen?

Reflectie volgens STARR methode

Situatie                                       

Taak

Actie

Resultaat

Reflectie 

Wat ging goed?

Waarom ging het goed?

Wat ging fout?

Waarom ging het fout?

Wat zou ik een volgende keer anders doen?

Oefenen in tweetallen met reflecteren

1. Kies een situatie vanuit jouw werkgebied.

2. Kijk terug op dat moment en op jouw manier van handelen.

3. Gebruik hiervoor de STARR methode. Schrijf deze 5 punten voor jezelf op (10 minuten)

4. Bespreek jouw situatie na met je medestudent (10 minuten)

Situatie

Taak

Actie

Resultaat

 

Reflectie 

Wat ging goed?

Waarom ging het goed?

Wat ging fout?

Waarom ging het fout?

Wat zou ik een volgende keer anders doen?

Welke zintuigen kun je gebruiken tijdens het observeren en signaleren?

Opdracht:

Mw. Janssen, 85 jaar,  woont alleen in een groot vrijstaand huis. Mw. is weduwe sinds 10 jaar en heeft 2 kinderen. De kinderen komen 1x per maand langs. Mw. heeft zich altijd goed kunnen redden alleen en was zeer actief in haar dagelijkse leven. Ze ging graag op korte vakanties, bezocht familie en vrienden en deed vrijwilligerswerk in het buurtcentrum. Maar na een val waarbij zij haar heup brak en daarna 3 maanden moest revalideren, is mw. nu weer thuis. Jij komt als helpende voor het eerst bij mw. Haar huis ruikt niet fris, het is er rommelig en ook mw. zelf ziet er mager en onverzorgd uit. Mw. komt somber over en zegt tegen jou; "Ik kan niets meer en ik voel mij alleen,"

Probeer observaties te bedenken, welke signalen geeft mw? 

Rapporteren

Mondeling en/of schriftelijk.

Vertel alleen feiten, duidelijk omschreven wat je gehoord en of gezien hebt, alleen conclusie geven bij meerdere observaties en geef duidelijk aan het jouw conclusie is. Concreet en bondig.

www.zorgvoorbeter.nl

Literatuur voor thuis 

Roze boek: Dienstverlenende werkzaamheden. 

- Thema 1; Methodisch werken in de dienstverlening.

- Thema 3; Schoonmaken 

Vragen en/of feedback?

Wat neem je mee naar de praktijk