Stijlfiguren havo 2

Lesdoelen 
1. Ik weet weer wat de stijlfiguren herhaling, tegenstelling, opsomming inhouden
2. Ik kan 2 bijzondere vormen van opsomming herkennen en benoemen (drieslag, climax)
3. Ik kan de stijlfiguren hyperbool en understatement herkennen en uitleggen
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Lesdoelen 
1. Ik weet weer wat de stijlfiguren herhaling, tegenstelling, opsomming inhouden
2. Ik kan 2 bijzondere vormen van opsomming herkennen en benoemen (drieslag, climax)
3. Ik kan de stijlfiguren hyperbool en understatement herkennen en uitleggen

Slide 1 - Diapositive

Weet je het nog?
  • herhaling ( ik wil het echt, echt, echt niet!)
  • tegenstelling (grote mond, klein hartje)
  • opsomming (drieslag, climax)  
               
       bloed, zweet en tranen
                                                goed beter best

Slide 2 - Diapositive

2 nieuwe stijlfiguren ...
  • hyperbool
  • understatement

Slide 3 - Diapositive

Hyperbool

Als je overdrijft:


Het duurde tien jaar voordat je eindelijk eens terugbelde!

Slide 4 - Diapositive

Understatement

Als je iets afzwakt. Iets is minder mooi, groot of belangrijk dan het in werkelijkheid is.


Mijn rijke oom heeft een stulpje in Monaco gekocht.

Slide 5 - Diapositive

'Een beetje saaie film', vond Hans, die de hele voorstelling had geslapen.
A
hyperbool
B
understatement
C
opsomming

Slide 6 - Quiz

Na zo'n dag houthakken sterf ik altijd van de honger.
A
hyperbool
B
understatement
C
opsomming

Slide 7 - Quiz

Ik had een twee voor het proefwerk, ik had dus wel een paar foutjes gemaakt.
A
hyperbool
B
opsomming
C
understatement

Slide 8 - Quiz

Je wordt doodgegooid met informatie over de verkiezingen.
A
hyperbool
B
opsomming
C
understatement

Slide 9 - Quiz

Hij liep stevig door en keek achterom. Hij begon zijn pas te versnellen tot hij rende.
A
hyperbool
B
climax
C
understatement

Slide 10 - Quiz

Die miljonair heeft wel
een aardig optrekje.
A
hyperbool
B
opsomming
C
understatement

Slide 11 - Quiz

Het kabinet schaft de 'bed-bad-brood-regeling' af.
A
hyperbool
B
understatement
C
opsomming (drieslag)

Slide 12 - Quiz

' Ik kwam, ik zag en ik overwon', zei Julius Caesar.
A
hyperbool
B
understatement
C
opsomming (drieslag)

Slide 13 - Quiz

Lesdoelen behaald?
1. Ik weet weer wat de stijlfiguren herhaling, tegenstelling, opsomming inhouden
2. Ik kan 2 bijzondere vormen van opsomming herkennen en benoemen (drieslag, climax)
3. Ik kan de stijlfiguren hyperbool en understatement herkennen en uitleggen

Slide 14 - Diapositive