les 2 : rijmvormen

Wat is poezie ?
Les 2 
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsBasisschoolGroep 6-8

Cette leçon contient 13 diapositives, avec diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

Wat is poezie ?
Les 2 

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Versjes uit 'Piet'
  • Gedichten van vroeger
  • Kinderen moesten wel iets leren.
  • Ging altijd over stoute dingen doen en de straf die je dan kreeg.
  • Gruwelijk... 
  • 2 voorbeelden.
  • Let ook op de afbeeldingen!

Slide 5 - Diapositive

Tsja,
Dan moet je maar doen wat je gezegd wordt....


Is dit oké ?

Slide 6 - Diapositive

NU
  • Nog steeds veel kinderboeken met versjes.
  • Annie MG Schmidt:  ik ben lekker stout.
  • Nijntje boeken.
  • Roald Dahl's gruwelijke rijmen.
  • Minder erg, geen straf, geen wijze lessen en heel veel humor. 

Slide 7 - Diapositive

Opbouw 
  • Een herhaald stukje heet een REFREIN (denk aan lied).
  • De 'alinea's' heten hier STROFES. 
  • RIJM KAN OP VERSCHILLENDE MANIEREN

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Vidéo

Gedichten rijmen op allerlei manieren en lang niet allemaal aan het eind.
  • rijmen op de regel ervoor
ik ga voor geen geld a
naar het voetbalveld a

  • steeds een regel overslaan
ik ben een beetje vreemd a
want ik ga voor geen geld b
nee, zelf niet voor een miljoen c
naar een voetbalveld b
  • tussenzinnen ook laten rijmen
Weet je wat ik nooit zou doen ? a
ik ga voor geen geld b
nee zelf niet voor een miljoen a
naar het voetbalveld b

  • of gooi alles door elkaar
ik ga nog niet voor een miljoen a
naar een voetbalveld b
ik ga veel liever met mijn geld b
leuke dingen doen a
Kies één van de rijmvormen blijf deze tot het einde gebruiken .......anders chaos !

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

1. kies een regel uit het gedicht
2. kies een dier dat bij de regel past ( maak steeds een zin met acht lettergrepen)
3. kies een feest
4. kies een gevoel 
5.  lees wat je nu hebt en maak het gedicht af met nog vier regels met acht lettergrepen. 
6. bedenk een titel
Het hoeft niet te rijmen maar het mag wel .
Na elke twee regels komt een witregel.

Slide 13 - Diapositive