Spelling hoofdletters, leestekens, meervoud, verkleinwoorden en samenstellingen

Welkom
Pak je laptop, zet hem aan en log in op LessonUp. 

                                                    Nederlands vwo 4
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Welkom
Pak je laptop, zet hem aan en log in op LessonUp. 

                                                    Nederlands vwo 4

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Spelling
Ik ken de regels voor hoofdletters en leestekens, meervoudsvorming, verkleinwoorden en samenstellingen en kan ze correct toepassen.


Slide 3 - Diapositive

Hoofdletters: gewoon leren zoals ze in het boek staan
  • We drinken een glas bordeaux (soortnaam) in Champagne (aardrijkskundige naam).
  • We drinken een glas champagne (soortnaam) in Bordeaux (aardrijkskundige naam).
  • Rond Kerstmis (feestdag) gaan we nooit met vakantie, maar in de paasvakantie (afleiding van een feestdag) gaan we altijd weg.
  • In de renaissance (historische periode) was de Tweede Wereldoorlog (historische gebeurtenis) nog ver weg.

Slide 4 - Diapositive

En let ook hier op:
Aan het begin van een zin begint een 's-woord met een kleine s; de vervolgletter is groot:
  • 's Middags gingen we bowlen.
  • 's-Hertogenbosch is de hoofdstad van Noord-Brabant.
En natuurlijk staat dat kommaatje vóór de s en niet erachter...

Tussenvoegsels in namen schrijf je met een kleine letter TENZIJ er geen naam of voorletter voor staat:
Jorrit van der Meer; J. van der Meer; de heer Van der Meer

Slide 5 - Diapositive

op tweede kerstdag speelt het jeugdorkest de vuurvogel in de gereformeerde verrijzeniskerk daar wordt ook dit jaar veel publiek verwacht

Slide 6 - Question ouverte

was de heer de brouwer eigenaar van het fregatschip johanna maria of was hij de kapitein vroeg ze

Slide 7 - Question ouverte

goed
fout
bacteriën
ideën
kopieën
ruine
weeën
olieën
wijk-agent
carnavalshit
lente-ui
auto ongeluk
zwart-wit
Zuid Holland
80'jarige
jongerenpas
A4-formaat
tussen-s
IQ test
CDA-voorzitter
procesverbaal
ge-sms't
ikverteller
ge-e-maild
s'avonds
vwo-leerling
vwo-er
hbo'er
AOW'er
bhv-opleiding
Ajax' speler
Maries bril
Pasen
J. De Boer
opas huis
Sarahs tip
lolly'tje
tv-s

Slide 8 - Question de remorquage

Meervoudsvorming
Woorden die eindigen op -ee, krijgen altijd -ën erachter:
  • ree --> reeën
  • orchidee --> orchideeën
  • moskee --> moskeeën
Bij woorden die eindigen op -ie, kijk je of de klemtoon op die ie valt. Ja? +en, Nee? +n
  • fantaSIE --> klemtoon op ie, dus: fantasieën
  • bacTErie --> geen klemtoon op ie, dus: bacteriën

Slide 9 - Diapositive

Jockey
A
Jockeys
B
Jockies
C
Jockey's

Slide 10 - Quiz

luiwammes
A
luiwammesen
B
luiwammi
C
luiwammessen
D
luiwamesen

Slide 11 - Quiz

Accu
A
Accus
B
Accu's
C
Accuus

Slide 12 - Quiz

kolonie
A
koloniën
B
kolonieën
C
kolonies

Slide 13 - Quiz

Verkleinwoorden
Let op:
  • soms een klinkerverdubbeling: café - cafeetje, pyjama- pyjamaatje
  • apostrof: A5- A5'je , dvd - dvd'tje 

Slide 14 - Diapositive

A4

Slide 15 - Question ouverte

baby

Slide 16 - Question ouverte

collega

Slide 17 - Question ouverte

haring

Slide 18 - Question ouverte

schram

Slide 19 - Question ouverte

Samenstelling
-s als je hem hoort: dorpshuis dus dorpsstraat
-e: er is maar 1 van: maneschijn, er is geen mv van: tarwemeel, het is geen zn: rodekool, versterking: apetrots, niet herkenbaar als woord: bolleboos, mv op n én op s: groentesoep

-n: alleen meervoud op n: kattenstaart

Slide 20 - Diapositive

rijst+brij

Slide 21 - Question ouverte

groente+soep

Slide 22 - Question ouverte

beer+gezellig

Slide 23 - Question ouverte

Huiswerk

  • Formuleren t/m P8 
  • Spelling t/m P7 leren/oefenen
  • 22 april boek 6
  • Volgende week: boek 5 kiezen

Slide 24 - Diapositive