5.2: Taken van de regering.

5.2
Welke taken heeft de regering?
En welke rol speelt de koning daarbij?
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
MaatschappijkundeMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 4

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

5.2
Welke taken heeft de regering?
En welke rol speelt de koning daarbij?

Slide 1 - Diapositive

Planning:
1ste uur: 
- Uitleg 5.2 
- Maken 5.2 



Slide 2 - Diapositive

Regering ≠ Kabinet
De regering bestaat uit de Koning en de ministers
Het kabinet bestaat uit ministers en staatssecretarissen


Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Vidéo

5.2: Taken van de regering.
Het kabinet: De ministers + staatssecretarissen.
Ze lossen de dagelijkse problemen op en hebben de dagelijkse leiding over het land.
- Ze maken wetsvoorstellen
- Zorgen dat wetten worden uitgevoerd.
- Stellen de jaarlijkse begroting op (prinsjesdag)

Slide 6 - Diapositive

filmpje prinsjesdag:
Vraag:
Wat wordt er bekend gemaakt op prinsjesdag?

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

Filmpje 2 prinsjesdag:
Vraag 1:
Wat is de rijksbegroting?
Vraag 2:
Wat zijn de algemene beschouwingen?

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Koning 
-De koning is staatshoofd door erfopvolging en lid van de regering. De bevoegdheden en de macht van de koning zijn beperkt door de Grondwet (constitutie)

- de ministers zijn verantwoordelijk voor het beleid en daarom zijn de ministers verantwoordelijk voor wat de koning zegt en doet in het openbaar (ministeriële verantwoordelijkheid).
De koning is onschendbaar.

- De koning als staatshoofd overlegt regelmatig met de minister-president en de ministers.
De inhoud van al deze gesprekken is geheim; dit wordt het Geheim van Noordeinde genoemd

Slide 11 - Diapositive

 formele taken koning
 - Handtekening zetten onder alle wetten

 - Het voorlezen van de Troonrede op Prinsjesdag

 - Beëdigen ministers

Slide 12 - Diapositive

informele taken koning 
Samenbinden: hij is Koning voor iedereen. En dat maakt ons samen een groep

Vertegenwoordigen: relaties onderhouden met andere landen


Aanmoedigen: positieve vibe in zijn toespraken nu.nl reacties

Slide 13 - Diapositive

Republiek

Staatshoofd wordt gekozen door volk
(Biden, in de VS)





Elke vier jaar een ander staatshoofd gekozen door volk.

Monarchie
Staatshoofd wordt bepaald door erfopvolging 




Dit hebben we in Nederland. Koning Willem Alexander geeft het op zijn beurt weer door aan zijn dochter Amalia

Slide 14 - Diapositive

Maken 5.2
Blz 60: Opdracht 12
Blz 62: Opdracht 15/16/17
Blz 63: Opdracht 18/19/20

Slide 15 - Diapositive

2de uur:

- Nakijken 5.2            
                                                         
- Herhalen met wisbordjes.
         

Slide 16 - Diapositive

extra oefenvragen:

Slide 17 - Diapositive

Wie zitten er in de regering?
A
Ministers en de staatsecretarissen
B
Ministers en de Koning
C
Koning en de Koningin
D
Kabinet en de Koning

Slide 18 - Quiz

Welke taken hebben ministers?
A
wetsvoorstellen maken en de wetten uitvoeren
B
stemmen over wetten en de troonrede voorlezen
C
handtekening zetten onder wetten en de wetten uitvoeren
D
stemmen over wetten en de Tweede Kamer controleren

Slide 19 - Quiz

de regering bestaat uit:
A
Coalitiepartijen
B
Oppositiepartijen

Slide 20 - Quiz

Hoeveel zetels hebben de coalitiepartijen minstens nodig om te regeren?
A
51
B
76
C
101
D
150

Slide 21 - Quiz

I. Coalitiepartijen stemmen vaak tegen de plannen van de regering
II. De minister-president is lid van een van de oppositiepartijen
A
I is juist, II is onjuist
B
I is onjuist, II is juist
C
I en II zijn beide juist
D
I en II zijn beide onjuist

Slide 22 - Quiz

Wie zitten er in het kabinet??
A
Koning en staatssecretarissen
B
Ministers en staatssecretarissen
C
Koning en ministers

Slide 23 - Quiz

Wie is het staatshoofd van Nederland?
A
Rutte
B
voorzitter Tweede Kamer
C
Koning Willem-Alexander
D
Koningin Maxima

Slide 24 - Quiz

Wat gebeurt er op Prinsjesdag?
A
Dan leest de Koning de Troonrede voor.
B
Dan leest de Koning de Miljoenennota voor.
C
Dan leest de Koning de Rijksbegroting voor.

Slide 25 - Quiz

Stap 1 van de kabinetsformatie
Stap 2 van de kabinetsformatie
Stap 3 van de kabinetsformatie
Stap 4 van de kabinetsformatie
De formateur kiest de ministers en staatssecretarissen.
De Tweede Kamer benoemd een informateur. Hij of zij kijkt welke partijen kunnen en willen samenwerken.
De partijen stellen een regeerakkoord op.
De Koning benoemt het nieuwe kabinet.

Slide 26 - Question de remorquage

Wat zit er NIET in het
Prinsjesdag-koffertje?
A
De Troonrede
B
De rijksbegroting
C
De Miljoenennota
D

Slide 27 - Quiz