smaak

SMAAK
1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
KokMBOStudiejaar 3

Cette leçon contient 30 diapositives, avec diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

SMAAK

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Slide 3 - Vidéo

Een belangrijke invloed op de smaak zijn onder andere terug te voeren op:

Ras
Rijpheid
Herkomst
Temperatuur

Slide 4 - Diapositive

ras
ras

Slide 5 - Diapositive

Rijpheid
Rijpheid

Slide 6 - Diapositive

Spaanse aardbeien
(herkomst)
Hollandse aardbeien
(herkomst)

Slide 7 - Diapositive

Terrine foie
(temperatuur)
Franse kaas

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Vidéo

In alles wat je proeft, komen dezelfde smaakfactoren voor. Alleen niet in dezelfde mate. 
Er zijn 3 smaakfactoren:

Mondgevoel
Smaakgehalte
Smaaktype

Slide 10 - Diapositive

Mondgevoel:
Strak: mondsamentrekkend of mondopdrogend

Filmend:mondbedekkend

Balans


Slide 11 - Diapositive

Mondsamentrekkend:

Kenmerk: behoorlijke zuurgraad.
Verfrissend en wekt speeksel op.
het speeksel wordt opgefrist

Slide 12 - Diapositive

Voorbeelden:
Mosterd, peper, mierikswortel, radijs,tomaat, rauwe ui, azijn.
Verder lichte en frisse rode en witte wijn.

Slide 13 - Diapositive

Mondopdrogend:

Tannine gaat een verbinding aan met speeksel en maakt de mond stroef. Tannine en zuur beinvloeden elkaar.

Slide 14 - Diapositive

Voorbeelden:
Bescuitjes, beschuit, toast, pils,
thee, koffie, krachtige jonge rode wijnen met tannine.

Slide 15 - Diapositive

Filmend; mondbedekkend
filmend houdt in dat het speeksel dikker en plakkeriger wordt. Er blijft een dun filmlaagje in de mond achter. 
Filmend: Romig, vettig, rond, dik, vol en rijk.

Slide 16 - Diapositive

Voorbeelden:

honing, boter, zalm, room, olie, pindakaas,
alcohol, zoete witte wijnen.




Slide 17 - Diapositive

Balans:

Wanneer is iets in balans?

Slide 18 - Diapositive

Producten zijn vaak samengesteld uit strakke en filmende elementen

Slide 19 - Diapositive

Vinaigrette of dressing
Versgebakken friet met mayonaise

Slide 20 - Diapositive

Mondbeleving: strak of filmend
Smaakgehalte: laag of hoog
Complexiteit: laag of hoog
Smaaktype: fris of rijp

Slide 21 - Diapositive

Smaakgehalte= hoeveel je proeft van 1 smaaktoon.
complexiteit=  Meerdere smaaktonen in een gerecht.

Echte compexiteit onstaat wanneer die smaaknuances bij elkaar passen, oftewel met elkaar in harmonie zijn. (evenwicht)

Bij een smaak met een hoge complexiteit kan elke hap weer anders smaken.


Slide 22 - Diapositive

Hoog smaakgehalte
Lage complexiteit
Hoog smaakgehalte
Hoge complexiteit

Slide 23 - Diapositive

Laag smaakgehalte
Lage complexiteit
Hoog smaakgehalte
Lage complexiteit

Slide 24 - Diapositive

Complexe smaken komen het best tot hun recht in fase van rust. De waardering voor de verfijning komt als de proever zichzelf de tijd gunt. heb je die tijd niet, of zijn de omstandigheden er niet naar, dan is de keuze voor complexe smaken al bij voorbaat gedoemd te mislukken. Je proeft het niet eens....

Slide 25 - Diapositive

Smaaktype: fris of rijp


Slide 26 - Diapositive

Fris

Slide 27 - Diapositive

Rijp

Slide 28 - Diapositive

Kooktechnieken:

Fris: Pocheren, stomen,koken
Rijp: Bakken, grilleren, frituren

Slide 29 - Diapositive

Zijn er nog vragen?

Slide 30 - Diapositive